GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

UIT HET VUUR GERUKT.

XXII. (Slot.)

IN HET VADERLAND.

De oude heer bleek een zeer spraakzaam man te zijn, en toen Frederik na een poosje weer opstapte, werd hij vriendelijk uitgenoodigd nog eens weer te komen. Aan die uitnoodiging was 'them gemakkelijk te voldoen. Dat zijn gezelschap den ander zoo leek had een goede reden. Deze heer was namelijk professor in de wiskunde en sterrekunde geweest en had, at leefde hij nu stil, altijd nog veel liefde voor die wetenschappen. En nu vond hij in Frederik iemand met wien hij over deze dingen kon spreken, wat zelden voorkwam. Onze jonkman had op 't schip genoeg geleerd, om althans den ouden hoogleeraar best te kunnen volgen als hij sprak, en zoo raakte hij met den laatste zoo vertrouwd, dat hij hem ook zijn levensgeschiedenis vertelde en uitlegde, hoe hij zoo al den lijd had om te wandelen.

De oude heer zei op het laatste niet veel. Doch twee dagen later stond Frederik niet weinig verbaasd toen hij, aan het huis komende, den professor in een wagentje zag zitten en zich hoorde toeroepen: «Rijdt ge mee? " Hij stapte op en een poos later hielden ze stil voor een gel)Ouw, waar leeraars en jongelui zich bezig hielden met onderzoekingen in de sterrekunde en andere wetenschappen, die _ daarbij behooren. Frederik begreep niet wat hij hier moest doen en de professor, die - seer beleefd werd ontvangen, zei het ook niet. Doch toen belden weer op weg huiswaarts waren, vroeg de oude heer aan zijn jongen vriend, of hij ook lust zou hebben in de inrichting die hij gezien had werken behulpzaam te zijn. Frederik antwoordde dat hij 't gaarne wilde beproeven. En, om kort te gaan, een week later kreeg hij een aanstelling die hem tevens een redelijk inkomen bezorgde. Alleen moest hij den 'hoogleeraar beloven hem trouw een paar malen per week te bezoeken.

We moeten nu 'een langen, heel langen tijd overslaan. Gaarne zou ik u vertellen wat daarin is gebeurd, hoe het mijnheer Leenderts en zijn zoons en al onze verdere kennissen ging, maar iemand kan niet meer vertellen dan hij weet. En het eenige wat ik van de eerstvolgende twintig jaren ongeveer weet is, dat de beide jongelui Leenderts weldra in staat waren zooveel te verdienen, dat vader als vroeger geheel rustig leven kon, maar ook dat dit leven toch een ander was dan het vroegere. AVat dat beteekent zullen de vrienden zeker wel begrijpen. Als iemand tot den Heere bekeerd wordt en leert afzien van zijn eigen deugd en gerechtigheid, om alleen te vertrouwen en te roemen in het werk van den Heere Christus en de genade Gods, dan begint voor hem een ander leven. Hij kan dan zeggen: het oude is voorbijgaan, zie, het is alles nieuw geworden. Mijnheer Leenderts ondervond daar iets van, en het was hem goed dat ook zijn twee zonen daarin lust hadden. Wel kostte het Frederik veel strijd — v/ant hij verkeerde meest met ongeloovige menschen — om den Heere trouw te blijven, doch hij had eens een les ontvangen die hem bijbleef en het middel was om hem te bewaren voor afwijken van het enge pad, dat ten leven leidt. Jan had het gemakkelijker, want zijn patroon , was, gelijk we reeds zagen, een man die God vreesde en zich zeer verblijdde als hij 't zelfde opmerkte in hen, die bij hem in dienst waren.

Zooals de lezer weet, bracht het jaar 1813 een geheele en heugelijke omkeering in de zaken onzes lands. De macht van Napoleon was verbroken. De Heere had tot hem gesproken: Niet verder! En ook ons land mocht weer, nadat het een paar jareifeen stuk van Frankrijk was geweest, de vrijheid begroeten en zijn Oranjevorsten terug ontvangen, die het eens in dwaasheid had uitgedreven. De vreemdeling haastte zich het land uit en ons volk was weer een vrije natie onder zijn eigen vorsten.

Hoe goed' mijnheer L-eanderts en zijn zonen het nu ook in Engeland hadden, toen zij hoorden wat in Nederland geschiedde, konden zij het daarginds niet meer uithouden. »Ik ben mijn prins eens van Nederland naar Engeland gevolgd, " zei mijnheer Leenderts, »nu zijn zoon uit Engeland naar Nederland is teruggekeerd, volg ik hem ook weer. gelijk ik zijn vader gedaan heb."

En zoo geschiedde het. Veel, heel veel vonden onze vrienden in die twintig jaar veranderd. Haast konden ook zij zeggen: Onze plaats kent ons niet meer. Iloe gaarne hij dan ook weer in Den Haag was gaan wonen, mijnheer Leenderts begreep dat het om vele redenen, beter was dit niet te doen en vestigde zich te Rotterdam. Dit herinnerde door de scheepvaart en den handel ook nog meer aan Londen, al was 't verschil dan ook groot.

Daarbij kwam, dat de vader het, althans in den eersten tijd na zijn overeenkomst, tamelijlc stil kreeg, want de zoons hadden te Londen hun zaken en konden die moeielijk prijs geven. Jan was in Engeland getrouwd en had daar nu zijn gezin; Frederik die ongetrouwd was, woonde bij hem. De laatste echter is daar niet gebleven. Hij trachtte in zijn vaderland een betrekking te vinden en toen hem dit gelukte ging hij bij vader te Rotterdam wonen. De jongste zoon is, zoo ver ik weet, in Engeland gebleven.

Doch wat ook veranderd was en waardoor zij ook naar het lichaam mochten gescheiden zijn, dit hadden zij ervaren, dat de Heere getrouw blijft, Hij die hen uit de duisternis geroepen had tot het licht, en ook dat wie in Hem vereend zijn, elkander blijven liefhebben, al zien ze ook malkaars aangezicht niet dagelijks. Er had in het gezin van mijnheer Leenderts altijd liefde tot elkaar geheerscht, maar nu de vreeze Gods in het hart van vader en kinderen woonde, was ook hun genegenheid tot elkander nog een andere geworden dan vroeger. Want zij wisten nu dat zij een Vader in den hemel hadden, en dat niets hen van Hem scheiden zou, en dit hadden ze vroeger wel gehoord en nagezegd, maar eerst nu was het hun zeker. Dikwijls verhaalde Frederik, die later ook een eigen gezin kreeg, de geschiedenis van zijn jongelingsleven, hoe wonderlijk de Heere zijn broeder en hemzelf had geleid, wat kapitein Todd voor hem was geweest en zooveel meer. Maar het einde van alles was dat hij het voor allen uitsprak: »lk ben in dien schriklijksten nacht van mijn leven gered uit twee gevaren, schoon de menschen slechts van één wisten. Geloofd zij de Heere, die mij behouden en uit het vuur gerukt heeft, die uit de tijdelijke ramp mij een eeuwigen zegen heeft gewerkt."

DE OUOE KLOK.

De fabrikant Walter was een man die groote zaken deed. In zijn werkplaatsen vonden honderden menschen werk en brood, en hij was daarbij een heer, die voor zijn werkvolk goed zorgde, en die door hen zeer werd bemind.

Op het kantoor van den heer Walter hing een oude, houten klok, die ruw was bewerkt en wel wat afstak bij al het andere er omheen, dat er veel fraaier uitzag. Velen verwonderden zich, dat de rijke fabrikant zulk een onoogelijkeklok op zijn kantoor wou hebben.

Eens vroeg een vriend die bij hem kwam, hem, wat toch de reden was, dat hij zich geen beteren tijdwijzer aanschalte.

»Dat zal ik u zeggen, " was 't antwoord, sin de streek waar ik geboren ben, verdienen de menschen in den wintertijd dikwijls nog iets met het vervaardigen van klokken en andere voorwerpen, die voor een deel uit hout gesneden kunnen worden. Zoo deden mijne ouders, die behoeftige lieden waren, ook. 't Eenige wat ik van hen erfde, was deze klok. En nu heeft het God beliefd mij te zegenen en tot een vermogend man te maken. Maar opdat ik niet zou vergeten wat ik geweest ben, en bewaard blijven voor hoogmoed, bewaar en gebruik ik deze klok. Zij herinnert mij, dat het de Heereis die arm en die rijk maakt. En zoo hoop ik, zal ik bewaard blijven om, gelijk hun die 't goed gaat licht overkomt, mijn hart te verheffen. Zoo lang de klok nog goed wil loopen, blijft zij bij mij in dienst."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 juni 1895

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 juni 1895

De Heraut | 4 Pagina's