GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

ONTKOMEN.

XXVIII.

Een jaar later werd aan het hof des keurvorsten van Saksen een schitterend feest gevierd. Een neef van den vorst trad in het huwelijk, en van allen kant kwamen de gasten, edelen en vrouwen, om het huwelijk bij te wonen.

Ook Philip van Hessen bleef niA achter. De vorst van Saksen, dat toen een machtiger rijk was dan nu, behoorde tot zijn beste vrienden, met wie hij door eenzelfde geloof verbonden was. Wel kon de landgraaf niet zelf gaan, maar hij verzocht Ulrich hem bij het feest te willen vertegenwoordigen. Deze nam gaarne de opdracht aan en vertrok door Janowitz vergezeld naar Saksen, waar hij aan het hof bijzonder minzaam werd ontvangen.

Het huwelijk werd voltrokken en de bruiloft gehouden op een slot niet ver van Wittenberg, dat toen tot Saksen behoorde. Ettelijke dagen lang hield men feest; er had een jachtpartij plaats en een ridderspel, waarbij Janowitz zich zeer onderscheidde. Kortom ieder vermaakte zich kostelijk. Ook hertog Ulrich had de feesten alle bijgewoond. Men had hem met groote eer ontvangen, en een plaats gegeven naast den keurvorst. Edelen en grooten hadden den vroegeren hertog van Wurtemberg eer en vriend schap bewezen, en duidelijk was hoe allen verwachtten hem vroeg of laat in zijn hertogdom hersteld te zien. Doch hoe goed en hartelijk en feestelijk hij ook ontvangen werd, toch ^as en bleet hertog Ulrich ernstig, ja min of meer somber gestemd. Hij nam deel aan alles, was vriendelijk en hoffelijk, doch wie goed toezag moest toch wel opmerken, dat de vroegere heer van Wurtemberg toch eigenlijk met zijn hart elders was.

Doch in de feestvreugde lett'en daar weinigen op, een echter wel, en dat was de keurvorst Johan van Saksen zelf. Hij, de eerste in rang, de man die het feest gaf ter eere van bruid en bruigom, wist als gastheer ten volle de eer van zijn hof op te houden, dagen lang. Hij toonde zich een uitnemend gastheer, die 'taan niets liet ontbreken, die voor alles zorgde. Maar zelf vervulden blijkbaar nog andere en gewichtiger dingen des vorsten hoofd, en Ulrich, die in 't zelfde geval verkeerde, begreep zeer goed dat er behalve hem nog iemand anders naar het einde der feestelijkheden ver langde.

Nauw waren die dan ook afgeloopen, of de hertog ontving een uitnoodiging om den keurvorst te Wittenberg te bezoeken. Heer Ulrich draalde niet aan die oproeping gehoor te geven. Hij werd ontvangen in het kabinet van vorst Johan, die met het hoofd op de hand geleund, en met een juist niet feestelijk gelaat, in zoo diepe gedachten verzonken zat, dat hij 't niet eens hoorde dat iemand binnentrad. Zoodra hij Ulrich zag ging hij op hem toe, reikte hem zwijgend de hand en wenkte hem zich naast hem neer te zetten.

„Zijt gij met de plannen van den landgraaf bekend? " zoo begon Johan te vragen, als iemand die rechtstreeks op zijn doel afgaat.

„Ik geloof 't wel, " was het antwoord. „En kent gij Zwingli, den leeraar van Zurich ? " „Zeer goed, wij hebben meermalen te samen gesproken, " hernam Ulrich, die nu eensklaps ten volle begreep waar de ander heen wilde.

„En acht ge uitvoerbaar wat hij wil? " „Ik weet, " antwoordde de Wurtemberger, langzaam sprekend, „dat hij groote voornemens koestert. Hij wil heel Zwitserland bevrijden van het Roomsche bijgeloof."

„Ja, maar hij wil nog meer." „Voorzeker; hij zou het zeer goed vinden als allen die de Hervorming liefhebben, onverschillig of het Zwitsers zijn of anderen, zich vereenigden tot een bond. Zoo konden alle Duitschers en Zwitsers en wellicht nog anderen, die van het Pausdom afkeerig zijn, zich aaneensluiten om malkander bij te staan, vooral tegen den gemeenen vijand."

De keurvorst zag zijn gast doordringend aan als wilde hij zeggen: gij zijt nog beter op de hoogte dan ik dacht. Hij zweeg een oogenblik en sprak toen:

„Gij denkt? " weet, hoe landgraaf Philip hier over •

„Ik meen van ja; hij wil eveneens dat alle Hervormden in Duitschland zich vereenigen zullen, zoodat er niet langer oneenigheid besta en felle twist tusschen Lutherschen en Gereformeerden. Maar of hij het plan van Zwingli zou goedkeuren, dat durf ik niet zeggen."

„Dat zou hij zeker, " sprak de keurvorst. „Hij heeft het mij doen weten. Ik voor mij geloof, dat we wijs zouden doen ons althans aaneen te sluiten, want er dreigt gevaar. Wat dunkt u? "

„Ik ben in Zwitserland geweest, " sprak de hertog, „en kan eenigszins oordeelen. Gesteldal, dat we het hier in Duitschland eens werden, dan vrees ik nog, dat het met de Zwitsers kwalijk gaan zal. Ik ben geen godgeleerde, maar Luther en Zwingli zijn in menig opzicht van elkaar verschillend, veel meer dan Luther en Calvijn."

„Ik ben het geheel met u eens, " sprak de keurvorst, „doch 't zal de vraag zijn, of mijn neef Philip evenzoo denkt. Hij heeft altijd een besliste overtuiging gehad, die moeilijk aan 't wankelen was te brengen. Zoo zal het, vrees ik, nu ook zijn. Intusschen weet gij nu mijn meening, en ik zou het zeer aangenaam vinden zoo gij met ons beider vriend Philip spreken woudt en hem beduiden dat, hoe goed wij zijn plannen ook vinden, hij toch niet vast rekenen moet, dat er iets van komt."

„Ik wil 't beproeven, " sprak Ulrich, „doch gij gevoelt zelf dat dit toch niet makkelijk is. Misschien ware het goed Dr. Luther te vragen, dat hij trachte de strijdige partijen te vereenigen."

De keurvorst haalde de schouders op en zuchtte. Eenige oogenblikken later nam de hertog afscheid, en verliet het paleis. Het was een schoone avond en zoo ging hij al wandelend verder tot hij aan de Elbe kwam, langs wier oevers hij eenige oogenbUkken voortwandelde, peinzend over 't geen hij zoo pas gehoord had, en over meer.

CORRESPONDENTIE.

De verdere vragen van F. N. hopen we in een volgend nr. te beantwoorden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 13 november 1898

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 13 november 1898

De Heraut | 4 Pagina's