GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de Pers.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Pers.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Uit Indië. In Hollands Kerkilad komen brieven uit Indië voor, die een helderen blik geven op Indische toestanden. Ziehier wat in het voorlaatste nummer in dezen brief werd medegedeeld:

Nu de feesten van 31 Augustus tot 6 September hier in de Oost goed en wel achter den rug zijn, wil ik daarover en naar aanleiding daarvan eens een en ander schrijven. En dan begin ik maar eens met den «bidstond", die hier overal op 6 September is gehouden.

Wacht u wel om uit het feit, dat er hier overal bidstond gehouden werd, de gevolgtrekking te maken, dat de Europeanen hier, over het algemeen genomen, menschen zijn, die nog met God rekenen en behoefte hebben om een zegen van den Koning der Koningen over onze geliefde Vorstin af te smeeken.

Ik wenschte van harte, dat gij die gevolgtrekking er terecht uit kondt maken, doch om de waarheid te zeggen, gij zoudt u zeer vergissen. En denk ook niet, dat de Gouverneur-Generaal nu bepaald door een dergelijke behoefte gedrongen, dien bidstond uitschreef. Als dat zoo was, dan zou in zijn woord, op 31 Augustus gesproken, de naam Gods niet ontbroken heSben, gelijk ik nu uit wat er van die rede gepubliceerd is, moet opmaken.

Dr. Kuyper sloeg den spijker op den kop, toen hij schreef, dat men het hier tegenover den Islam niet aandorst om feest te vieren zonder dien bidstond. Maar daarmee is ook juist de beweegreden aangeduid.

Het was politiek, gij moet het meer als een politieke dan als een godsdienstige handeling beschouwen.

De sKerk" staat hier in dienst van de politiek.

Ik zet dat woord Kerk tusschen aanhalingsteekens, omdat ik het geen Kerk kan noemen. De mannen die er als «predikanten" in optreden, zijn immers ambtenaren van den Staat, evengoed als een controleur of een zoutverkooppakhuismeester!

Ze worden niet door een gemeente beroepen, maar door de Overheid benoemd en geplaatst en verplaatst gelijk alle andere ambtenaren. Ze worden door den Staat betaald en goed ook. Een 500 gulden in de maand is toch waarlijk geen kleinigheid en dat is nog lang niet het hoogste. Ze zijn op en top ambtenaren van de wereldlijke macht en staan dus niet in dienst van Hem, die gezegd heeft, dat zijn koninkrijk niet van deze wereld is. Ze zijn in geen enkel opzicht bedienaren des Woords, herders en leeraars van de gemeente Christi. En dat niet alleen omdat ze niet door Christus, maar door de Overheid zijn aangesteld, maar ook omdat er geen gemeente van Christus is. Wat menhierde »Kerk"

noemt heeft geen belijdenis. Is niet een vergadering van «Christ, geloovigen" maar een lichaam, dat krachtens de landswet bestaat. Gij zult zeggen:

er zijn toch kerkeraden en dus toch zeker gemeenten? Met uw welnemen! Kerkeraden in den zin,

zooals we die in het vaderland hebben, zijn er hier niet. Een ambt van ouderling of diaken bestaat niet. De tipredikanten" worden niet eens in het ambt gesteld, niet bevestigd, veel minder dus de zoogenaamde kerkeraadsleden. Als er van de week een kerkeraadslid vertrekt, ziet gij soms een volgende week een ander op zijn plaats zitten, maar noch van verkiezing door de gemeente, noch van bevestiging in zijn ambt in het midden der gemeente, is sprake.

Gij voert mij tegen: maar er is toch doop en avondmaal, er zijn dus sacramenten.

Mijn antwoord is: ja er is zoo iets, wat men avondmaal noemt, maar als ik u nu vertel, dat er geen tucht geoefend wordt en dat ieder «predikant" leert, wat hij voor waar houdt en ieder lid gelooft en verwerpt van de Schrift wat hem goed dunkt, dan zult gij toch wel verstaan, dat er geen avondmaal is in den eigenlijken zin des woords.

En er is ook geen doop. In de samenkomsten wordt zelden een kind met water besprengd onder het uitspreken van een of andere formule, ? iaar believen van den yipredikant". Men doet hier veel aan den huisdoop. Ik ontmoette eens een «predikant", die nog niet lang hier Gouvernements-dominee was. Hij vertelde, dat hij op een dienstreis op een afgelegen plaats het verzoek kreeg om te komen doopen bij iemand. Hij trok er heen en vroeg, hoeveel kinderen er gedoopt moesten worden. Hem werden daarop drie bruintjes aangewezen, die wel één vader, maar ieder een afzonderlijke inlandsche moeder hadden, die alle drie nog de wouw waren van dien Europeaan Of liever niet de vrouwen van hem, want hij was er natuurlijk nooit mee getrouwd, het waren zijn «huishoudsters".

Wat dunkt u, als de «predikant" dergelijk kroost met wat water besprenkelt, is dat dan de doop, het teeken van Gods genadeverbond voor de kinderen der geloovigen? Zie op grond van dit alles zeg ik: er is hier geen Kerk.

Wat hier Kerk heet is eenvoudig een instituut krachtens de landswet ontstaan en door staatsgeld op de been gehouden om politieke doeleinden. En daarmee kom ik nu weer terug op wat ik daar straks zeide: de «Kerk" staat hier in dienst van de politiek, en het houden van dien bidstond op 6 September was meer een pohtieke handeling dan een godsdienstige.

In Djocja, waar de Sultan woont en in Solo, waar de Soesoehoenan resideert, wordt elk jaar op den verjaardag van de Koningin kerk gehouden. En dan trekt alles naar de kerk. Lieden, die er anders nooit een voet in zetten, gaan dan ter kerk. Al, wat ambtenaar is, al, wat militair is, moet dan naar de kerk. Want weet gij waarvoor die «dienst" in de kerk gehouden wordt? Om te bidden voor de Koningin meent ge? Wel neen! Om het prestige van het gezag hoog te houden. De redacteur van de Heraut zou zeggen: omdat men dit niet laten durft tegenover den Islam. Meen niet, dat die menschen, die in Djocja en in Solo op dien dag de kerk vullen, daar saamkomen met de behoefte om den levenden God aan te roepen. Ach, hoe weinig zullen er onder hen aan te wijzen zijn, die den naam Gods niet alle dagen misbruiken. Die menschen kunt gij op dien eigen dag 's avonds op een groote danspartij terug vinden, die' vermaken zich dan met dans of kaartspel en het gebruik van de noodige spiritualiën.

's Morgens zijn ze voor het prestige naar de kerk geweest, maar nu halen ze hun hart eens op tot laat in den nacht op het bal.

Zie, zóó is het nu ook gegaan op 6 September. lles trok toen des morgens naar de kerk en des vonds naar het bal, de «dominee" met vrouw evenoed als ieder ander. Des morgens moesten de lieen, die anders liever naar de sociëteit gaan, naar e kerk. Het was eenvoudig dienst voor hen, evenoed als anders het op tournee gaan, of naar het antoor of iets dergelijks. Ieder ambtenaar kreeg an zijn chef een kennisgeving, dat er bidstond as, dat was een officieus bevel om er heen te gaan.

Op de feestprogramma's kwam onder het officieele, het voor de ambtenaren verplichte gedeelte, ook de «bidstond" voor. Daarom las ik dan ook in een dagblad het volgende omtrent een zekere plaats:

Uit P schrijft onze correspondent: «Dinsdagochtend werd volgens programma de officieel aangekondigde «bidstond" gehouden; de kerk, die op gewone Zondagen zoo goed als leeg is, was op dien morgen meer dan vol; zij was gevuld met Europeesche en inlandsche ambtenaren, ofiScicren, enkele particulieren en de Chineesche hoofden."

Wat zegt u daarvan ? Islarasche Javaansche ambtenaren, en Boeddhistische Chineesche ambtenaren,

saam met de Europeanen om «bidstond" te houden! Twijfelt gij er nog aan, of het een politieke handeling was? Dat is immers zoo klaar als de dag!

De bidstond was eenvoudig een nummer van het programma, evengoed als het gala-bal. Dus moesten dan ook feitelijk alle ambtenaren des morgens naar den «dominee", ook al waren ze Roomsch, of Jood, of wat ook. De «predikant", modern of «orthodox", fnoest naar dat gala-bal, moest deelnemen aan die danspartij. Hij is immers amblenaar en het zou zeer «onbeleefd" zijn tegenover den hooggeplaatsten ambtenaar, die het bal gaf, om daar niet te verschijnen.

Zie, «zoo zijn onze manieren" zouden de menschen in de Oost hier zeggen en die aan die manieren niet meedoet is een kniesoor en kwezel. Daaruit moet gij het verklaren, dat zelfs «predikanten", die zeggen rechtzinnig te zijn, den moed missen om van zulk een danspartij, waar de grootschheid des levens haar hoogtij viert en de ijdelheid haar schepter zwaait, weg te blijven. Wat de vrome Mohammedanen, voor wie alle dans en spel en drinkgelag «onrein" is, van den Christelijken godsdienst denken, welker officieele predikers aan zulke danspsrtijen deelnemen, kunt gij wel nagaan. En dat zulk een «Indische Kerk" nu juist niet dienen kan om den Inlanders een goeden indruk van het Christendom te geven, zult gij al wel begrepen hebben.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 november 1898

De Heraut | 4 Pagina's

Uit de Pers.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 november 1898

De Heraut | 4 Pagina's