GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de Pers.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Pers.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zie hier een Indo-stem uit Indië:

Er is reeds zooveel geschreven omtrent pauperisme, waarbij dit en dat werd te berde gebracht om zulks te bestrijden en te keeren. Geschreven en gesproken werd in vele bladen en meetings om uitbreiding van onderwijs. Gewikt en gewogen is er geworden om, kan 't, de belastingen te verminderen ; ja, den kleinen man wiens oogst mislukt is, wordt behalve tijdelijke afschrijving zijner padjêq soms tegemoet gekomen met het autoriseeren ran reliefworks, waarbij de Javaan niet als onbe taalde heerendienstplichtige moet uitkomen maar waaraan hij als koelie in betaalden arbeid zijn dagelijksch brood kan verdienen. Men denke maar aan de reliefworks in het Koeto Ardjo'sche in dit en vorig jaar toegestaan.

Dat alles is prijzenswaardig, doch dit laatste betreft meer dan Javaan.

Bezuiniging op. traktementen, reorganisatie van enkele diensttakken, vermindering van toelagen werden uitgedacht en in practijk gebracht om zooveel mogelijk den Lande te bevoordeelen.

Ook dit is zeer te prijzen, daar de staatsschuld daarmede verminderd zal kunnen worden; alleen maar ongelukkig en minder aangenaam is het voor de kleintjes., die hiervoor meestal het moesten ontgelden. Denk slechts eene aan het tegenwoordige aanvangs-traktement van den adjunct-commiss bij den post-en telegraafdienst, aan de verminderde toelage van ertkele opzichters bij de irrigatie afdeelingen aan het wegens-overcompleet ontslaan van menigen klerk. Als gevolg daarvan zal min of meer achteruitgang bij den Indo moeten plaats vinden.

Wil of durft men niet de grootere traktementen aan, tengevolge waarvan de kleinere bezoldigingen er voor moeten boeten, daarin zal berust worden. Evenwel staat vragen vrij, niet waar ? en daarom dan de vraag : Wat kan er gedaan worden inzake de s^Jfelijke belangen van den Javaan en den Indo ?

Bovenaangehaalde bezuinigingen en reorganisatie beoogen toch mi7idere uitgaven aan den Lande te bezorgen. Indien de uitgaven minder worden en de inkomsten stationair, zoo niet grooter, dan kan een meerder saldo niet achterwege blijven. Zou dat niet ten behoeve van genoemde vraag aange wend kunnen worden ? — Het ware anders een weldaad voor den Indo en den Javaan!

Maar al kon hierop niet worden ingegaan, daar wellicht vele voorzorgen en maatregelen moeten worden genomen voor den B(uitenlandschen V)ijand, dan ware toch uitkijken naar andere middelen het wachtwoord. En gaan wij eens na welke post van de onderscheidene diensttakken de Staat uit zijne begrooting kan doorhalen, teneinde den Javaan en den Indo op stoffelijk gebied tegemoet te komen met de uitgaven die daardoor vrijkomen, dan ligt m. i. voor de hand : •!> Eeredienst."

Mij komt het voor dat, indien de zware ftnantieele banden van de Roomsch Katholieke en Protestant sche kerken in Nederlandsch Indië aan den Staat werden onttroken, zulks voor Javaan en Indo eene heele verlichting zoude kunnen worden.

Ik wil thans eens het hiervolgende onder de oogen zien, namelijk :

1. de Staat behoort op godsdienstig terrein alleen toe te zien, dat de in zijn gebied verkondigde leerstellingen niet in strijd zijn met 's landswetten ;

2. de Staat is zedelijk verplicht geen enkele kerk of kerkgenootschap met zijne gelden te steunen, en de door het volk opgebrachte belas tingen ook ten dienste van de stoffelijke belangen van de inwoners van dat land te gebruiken.

Gaan wij in onze Indische wereld na hoe de menschen allengs zich gegroepeerd hebben, dan •jien wij dat er tengevolge daarvan vele verschillende vereenigingen op maatschappelijk en geestelijk gebied zijn ontstaan. Bijna alle deze groepeeringen zijn onafhankelijk van den Sta'at en toch wassen zij voordeelig op. Als staatshulp ingeroepen wordt, verraadt dit zwakheid en weinig levensvatbaarheid.

Om een paar voorbeelden uit die bloeiende maatschappelijke vereenigingen aan te halen, denke men maar aan de vrijmetselaars, te Semarang, Djocja en elders; de ondersteuningsfondsen; de verscheidene bonden en zoo al meer. In alles waar behoefte, liefde en lust aangetroffen wcftdt, openbaart dat zich in daden en men vormt met elkander een geheel om meerdere kracht en macht te verkrijgen. Men zal contributies, giften en alle geoorloofde middelen bijeen brengen maar steeds zal gezorgd, dat men souverein in eigen kring blijft.

En wat betreft de geestelijke groepeeringen, men sla even op den Regeerings Almanak 1901, Tweede gedeelte, bladzijden 363 tot 370, daar zien wij dat verschillende zendingsvereenigingen en de Gerefor meerde Kerken onafhankelijk van den Staat vol lust en leven op vele plaatsen arbeiden, doch alweder: een ieder souverein in eigen kring.

Trouwens wat heeft de Regeering toch met al deze geestelijke richtingen te maken ? Zij is immers een belijdenisloos lichaam, en als zoodanig kan de regeering daarom op godsdienstig gebied noch als beschermheer noch als hoofd optreden van eenig kerkgenootschap. De Staat behoort slechts toe te zien; dat de in zijn gebied verbreide leeringen van die onderscheidene vereenigingen, genootschappen en kerken niet strijdig zijn met de wetten van den lande.

Verleent nu de regeering aan het een of ander Christelijk kerkgenootschap of aan de een of ander Christelijke kerk steun, dan vragen wij of zij niet tekort doet aan den Javaan (de Islam), die in het jweet zijns aanschijns zijne patjeq aan den lande moet betalen, doch waarvan het gebruik aan iets besteed wordt dat zelfs tégen hem is ? Of stel eens voor dat de Staat den Mahomedaanschen gods dienst geldelijke hulp gaf uit onze belastingpen ningen, zou de Europeaan niet om recht en billijkheid schreeuwen?

Het ligt voor de hand, 'de regeering heeft geen enkel kerkgenootschap met hare gelden te steunen, dat is zij zedelijk verplicht. De bevolking brengt hare belastingen op, ter goeder trouw meenende daarvoor hulp te verkrijgen voor hare stoffelijke belangen.

Indien de Staat toch aan enkele kerkgenootschappen zijne hulp verleent, is het niet meer dan billijk dat van de leden daarvan meerder belasting geëischt wordt; of: dat degenen, die buiten die gesubsidieerde kerkgenootschappen staan, minder belasting betalen.

Is dat geen onafwijsbare eisch van recht en billijkheid?

De regeering dient zooveel mogelijk den druk der verschillende belastingen op blank en bruin vooral te verminderen, dan wel de heerendienstplichtige zooveel mogelijk door betaalden arbeid te vervangen; armenwezen, ziekenverzorging uit te breiden; meerdere gelegenheid tot divers onderwijs geven door het oprichten van vak , lagere middelbare, hooge en militaire scholen.

Kan dat alles nu voorloopig nog niet geschieden, door de opheffing van den diensttak sËeredienst" zouden de daaraan verbonden staatsuitgaven, die alsdan vrijkomen, den Javaan en den Indo eeniger mate ten goede komen.

Gaan wij de Begrooting voor 1901 eens na, dan vinden wij daarin ten behoeve van jsEeredienst' uitgetrokken, de volgende posten:

Toelage aan de commissie voor de .Protestantsche kerken in Oost-en West-Indië ƒ 1, 200

Ondersteuning van Christelijke vereenigingen tot opleiding van hulppredikers, leeraars en onderwijzers, ter bevordering der godsdienstige belangen van de Christelijke gemeenten en de militaire garnizoenen in Indië » 8, 000

Traktementen van den adjunct-secretaris bij het bestuur over de Protestantsche kerk in Ned.-Indië, klerken en minder personeel, alsmede schrijfloonen en schrijf­ behoeften » 3, 300

Traktementen, voorloopige inkomsten, toelagen, vivres-indcmniteiten en gratificatiën van predikanten, hulppredikers, Roomsch Katholieke geestelijken, godsdienstonderwijzers en dergelijke tot voorziening in de godsdienstige behoeften van militairen in de garnizoenen en van de minder gegoede leden der Christelijke gemeenten aangestelde personen, alsmede hulppredikers en inlandsche leeraren bij inlandsche Christengemeenten » 555, 000

Opleiding van élèves tot inlandsche leeraren bij de inlandsche Christengemeenten ï 24, 000

Reiskosten van predikanten, hulppredikers en inlandsche godsdienstleeraren, Roomsch-Katholieke geestelijken, alsmede van ouderlingen, die de predikanten vergezellen bij kerkvisitatiën » 75, 000

Toelagen en onderstanden aan zendelingen en zendelingleeraren » 144, 000

Reis-en verblijfkosten van zendelingen Memorie Subsidiën aan kerkfondsen tot bezoldiging van kerkelijke bedienden en toelagen voor het geven van godsdienstig onderwijs, alsmede bijdragen in de kosten van den openbaren Christelijken eeredienst op plaatsen, waar van gouvernementswege blijvende geestelijken bescheiden en bezoldigd worden » 59, 000

Traktementen en toelagen van inlandsche priesters, tegemoetkoming in het onderhoud van graven en vergoeding van verpondingsbelasting verschuldigd van eenige perceelen in eigendom toebehoorende aan den Mahomedaansche tempel te Batavia » 7, 700

Totaal ƒ747, 600

Wat zou er met dat bedrag van Zeven honderd zeven en veertig duizend, zes honderd gulden voor den Javaan en den Indo gedaan kunnen worden ? Mij dunkt, zeer veel!

(Wordt vervolgd.)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 4 augustus 1901

De Heraut | 2 Pagina's

Uit de Pers.

Bekijk de hele uitgave van zondag 4 augustus 1901

De Heraut | 2 Pagina's