GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De zending en de Regeering in Ned.-Indië.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De zending en de Regeering in Ned.-Indië.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Door het hoogste centrale gezag in Ned.-Oost-Indiö is onlangs een regeeringscirculaire aan de ambtenaren van binnenlandsch bestuur toegezonden, die tot strekking heeft, eenige regelen vast te stellen omtrent de houding, door de vertegenwoordigers van de Nederlandsche Regeering aan te nemen, ten aanzien der Christenzendelingen. Het stuk is te belangrijk, dan dat we niet het uittreksel, gelijk het door ons werd aangetroffen in de N. Rott. Ct., ook onder de oogen onzer lezers zouden brengen:

»Hoewel de verhouding tusschen de Europeesche bestuursambtenaren en de zendelingen in de laatste jaren veel verbeterd is, komen toch wel eens opvattingen aan den dag, die niet in overeenstemming zijn met de inzichten der regeering. Het wordt daarom noodig geacht, nog eens met nadruk er op te wijzen, dat het zendingswerk ten volle aanspraak mag maken op steun, waar het niet geacht kan worden de openbare rust en orde in gevaar te brengen, " Aldus luidt de aanhef van eene in de Java Ct. afgedrukte circulaire van I Juni j.l., door den isten gouvernementssecretaris aan de hoofden van gewestelijk bestuur gericht, in zake de houding, welke tegenover de zending behoort te worden aangenomen.

Menigmaal heerscht tusschen bestuursambtenaren en zendelingen meer wantrouwen dan sympathie en samenwerking. Noch voor de goede vervulling der bestuurstaak, noch voor het welslagen van de evangelieprediking — lezen wij in de circulaire — is zulk eene verhouding gunstig te noemen. Het gezag van den ambtenaar en de bij primitieve volken vaak machtige invloed van den zendeling kunnen elkaar steunen en aanvullen, wanneer aan beide zijden naar waardeering gestreefd wordt.

Ook waar de aanvragen van zendelingen om de bijzondere toelating tot uitoefening van hun dienstwerk om advies in handen komen van het bestuur, heeft wel eens misvatting bestaan omtrent de omstandigheden, waaraan die aanvragen getoetst moeten worden. Meermalen heeft men zich daarbij de vraag gesteld, in hoever de zending kon rekenen op resultaten in het door haar beheerde arbeidsveld, terwijl dergelijke overweging op de beslissing der regeering juist van geen invloed mag zijn en uitsluitend dient te worden onderzocht, of pogingen, om de christelijke leer onder de inlandsche bevolking te verspreiden in de streek, waarvoor de toelating is verzocht, niet gevaarlijk kunnen zijn voor de orde en rust.

In een enkel geval meende een bestuursambtenaar zich van advies te moeten onthouden, op grond van de meening, dat overwegingen van localen aard geen waarde zouden hebben voor de beoordeeling der toelating van christelijke propaganda. Verzoeken om toelating van zendelingen moeten echter wel degelijk aan plaatselijke omstandigheden getoetst worden, al zal de beslissing niet altijd uitsluitend door de omstandigheden, maar soms ook door de toestanden in naburige streken worden beheerscht.

Een ander bestuursambtenaar voerde in zijn advies op een verzoek om toelating aan, dat het weren van pogingen om proselieten te maken onder de inheemsche bevolking een beginsel was, waarvan in geen geval mocht worden afgeweken, terwijl integendeel het beginsel, dat de regeering hier voorop wenscht te zien gesteld, is, dat pogingen, als bovenbedoeld niet langer mogen worden geweerd dan voor het belang der openbare orde en rust noodzakelijk is.

De vrees van het bestuur voor de gevolgen van dweepzucht, schijnen ook niet altijd voldoende gemotiveerd. Waar neiging bestaat tot geestdrijverij verdienen pogingen om den invloed daarvan geleidelijk te verminderen, zeer zeker steun in plaats van tegenwerking.

De Europeesche ambtenaren van het bestuur behooren zich ook in hunne bemoeiingen met zendelingen te onthouden van elke minder gepaste inmenging, die aan het werk der zending zou kunnen schaden. De controle, die een bestuursambtenaar zich eens meende te moeten veroorloven omtrent de vragen of mohammedaansche kinderen al dan niet met toestemming van hun ouders een zendingsschool bezochten, en of de ouders zich wel bewust waren van de strekking van het op die school gegeven christelijk onderwijs, moet slechts

aan verdachtmakingen en onjuiste voorstellingen voedsel geven en vindt bovendien in geen enkele bepaling steun.

Wanneer een ambtenaar van het bestuur reden heeft om bezwaar te maken tegen handelingen van een zendeling of om aan te nemen, dat deze zich aan eventueel hem gestelde beperkingen in de uitoefening van zijn dienstwerk niet houdt, behoort hij dien zendeling persoonlijk om opheldering te vragen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 4 augustus 1901

De Heraut | 2 Pagina's

De zending en de Regeering in Ned.-Indië.

Bekijk de hele uitgave van zondag 4 augustus 1901

De Heraut | 2 Pagina's