Voor kinderen.

HIJ IS WAARLIJK OPGESTAAN!

Die krachtiglijk bewezen is de Zoon van God te zijn, door de opstanding uit de dooden.

Onie Heiland is verrezen; Is v3rrezen uit den dood, Is met kracht Gods Zoon bewezen Draagt een naam vóór alle groot.

Heeft Hij smaad en kruis geleden, Thans erft Hij der smarten loon, Zetelt Hij in 's Vaders troon, In des hemels heerlijkheden, Die Hij willig eens verliet. Die Hem thans verwinnaar ziet.

Laat ons lied den Heere prijzen. Hem, der Schepping Heer en Hoofd, Zien wij uit den grafkuil rijzen, Stavend wat Hij heeft beloofd.

Zoo is ons het heil ontsproten Uit den Heiland, die 't geweld Van den booze brak, den held Die hem heeft in boei gesloten. Die den dood verwonnen heeft Is de Heer, die eeuwig leeft!

Opdat wij 't verderf ontvloden, Is Hij in het graf gegaan, Opdat ons geen dood zou dooden. Is Hij heerlijk opgestaan.

Wat de ziel verschrikking baarde, Maakt verrijzend Hij te niet. Nu de Heer den dood gebiedt, Zinkt wel 't lichaam straks in de aarde. Maar verrijst tot heerlijkheid. Die den Zijnen is bereid.

Hij de Weg, de Waarheid, 't Leven, Ging hun voor ten hemel in, Heeft die macht ook hen gegeven, Maakt hun 't sterven tot gewin.

Eeuwig heil schenkt hun Zijn lijden. Hope Zijn verrijzenis. Nu is 't heil nabij, gewis. Als Hij de eerekroon na 't strijden Al die overwonnen, geefl. Halleluja, Jezus leeft!

Laat de lofgezangen rijzen Voor den leeuw uit Juda'» stam, Dat ze den Verwinnaar prijzen? Die den dood zijn buit ontnam.

Heller nog dan zonnestralen Is het licht uit Jozefs hof, Schijnend allen luister dof. Wie zal recht Zijn roem verhalen? Van die leed, die stierf, die leeft! — Halleluja, Jezus leeft!

HOE IS DAT MOGELIJK?

In de eerste jaren der vorige eeuw arbeidde een zendeling onder de Kafiers in Zuid Afrika. Velen hoorden naar hem. Onder dezen was ook een machtig, krijgshaftig opperhoofd.

Op zekeren tijd sprak de zendeling over het lijden en sterven van den Heere Jezus en liet daarop volgen:

„Maar Hij is opgestaan uit de dooden, en eens zal Hij komen om te oordeelen de levenden en de dooden. Want allen die gestorven zijn, zullen ook eens opstaan uit de graven.”

Toen kon de hoofdman, die stil geluisterd had, zich niet langer bedwinger». Hij stond op en nep:

„Mijn Vader, ik houd veel van u. Uw woorden zijn zoeter dan honig. Maar wat zijn dat voor woorden over de dooden? Zullen die allen opstaani? "

„Gewis, " was het antwoord.

De hoofdman ging weer zitten en „Hoe is dat mogelijk? " fluisterde:

Die vraag hebben vele heidenen en ook wel anderen gedaan. Paulus geeft er in i Cor. 15 een antwoord op. En al begrijpen wij ook nog alles niet, wij weten het door de opstanding onzes Heeren. Hij heeft het leven en de onverderfe-• lijkheid aan het licht gebracht.

CORRESPONDENTIE.

C. B. te Am. We zulbn gaarne trachten, zoo mogelijk althans, op de vraag, door u gezonden, een antwoord te gevea. Maar zoo spoedig als u vervacht gaat dit niet, wijlfc een en ander vóór moet gaan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen