GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

BESCHAAMD.

Te Deatz (spreek uit Duits) bij Keulen zaten ettelijke jaren geleden eenige heeren in de wachtkamer van het station, 't Waren handelsreizigers die het druk hadden over hun zaken j ban boekjes doorliepen, of ook wel lachten en schertsten, al naar het hun inviel.

Kort vóór de trein zou vertrekken stapte een heer binnen, wiens kleeding en voorkomen deed vermoeden, dat hij een predikant was. Niemand echter lette op hem. Want elk oogenblik verwachtte men het teeken te hooren, dat de trein voor stond.

Doch het liep eenigs tins anders. Er verscheen namelijk een beambte die bekend maakte, dat trein nr. 23 onderweg oponthoud had eekregen en eerst over een kwartier te Deutz kon zijn.

Algemeene telenrstelling en klachten onder de reizigers. Doch et viel ^niets aan te doen,

Oase handelsreizigeis namen weer hun plaatsen bij de tafel, waaraan zij eerst hadden gezeten, waarbij nu ook de preflikant een stoel had bezet.

Of kwam het uit verveling of uit leelijker ootxaak, de handelsreizigers schenen opeens bijzonder belang te stellen in den dominé, en lieten dat blijken door ettelijke, juist niet beleefde opmerkingen over hem, die zoo luid gemaakt werden dat hij ze wel hooren meest. Toch scheen de vreemde er niet op te letten. Hij was als doof.

Dit beviel echter den anderen niet, die hem juist tot hel mikpunt hunner la£fe aardigheden en spotternijen hadden gemaakt, in de hoop dat hij iets weerom zou zeggen, en zij met bun allen hem dan eens flink deuken konden. Dat zou den vromen man eens recht ergeren, dachten de spotters, uit wier woorden duidelijk bleek, dat zij zich om God noch om Zijn gebod bekommerden.

„Ik zal hem toch wel aan het praten krijgen, " fluisterde een der helden zijn makker toe.

Hij wendde zich tot den onbekende en sprak:

„Er zijn toch heel vreemde dingen in de wereld, dominé."

„Zeker, " was het antwoord, heel kalm,

„Zie eens, " ging de eerste voort, „hoe vreemd is b.v. het onderscheid tusschen u en mij, wat het uiterlijk betreft. We zijn allebei niet zoo jong meer, maar toch nog ver van oud. Nu zijn bij u de haren van het hoofd al geheel vergrijsd en daarentegen die om den mond en de kin, de baard, nog donkerbruin. £u bij mij is het, gelijk u ziet, net andersom. Mijn hoofd haar is nog zwart, maar mijn baard grijst al sterk. Hoe zou dat verschijnsel toch ontstaan? "

De predikant haalde de schouders op, en de andere vervolgde, terwijl de vrienden met spotachtige blikken toeluisterden:

„Ik heb wel eens gehoord dat de haren het eerst grijs worden op die plaatsen waar het lichaam het swakst is. Is iemand b.v. zwak van hoofd en van hei sens dan zal zijn haar al spoedig vetklemen en zoo ook op andere plekken. Zou dat waar zijn? "

De hoorders zaten al te giebelen. Maar de leeraar was even kalm als te voren.

„Ik heb daar nooit zoo bijzonder op gelet. Evenwel geloof ik niet dat die opvatting waar u van spreekt, juist is."

„Waarom niet, mag ik vragen? " zei de handelsreiaiger, in zijn schik, dat hij den heer toch eindelijk tot praten had gekregen.

„Dat wil ik u wel zeggen, " hernam de laatste, „Ik heb eens een zeer verstandig man ook over dat grijzen der haten hooren spreken. Hij nu veronderstelde dat het haar bij elk mensch het meest verkleurt op die plaatsen des lichaams welke hij het meest gebruikt. Als hoofd en hersens veel en goed hard werken, zullen de haren die ze dekken al spoedig grijzen. Krijgt de mond het meest te doen met babbelen of met eten, dan wordt dat aan de kleur der baard merkbaar. Ik vind dese uitlegging lang niet slecht, en u? "

De spotter zat verlegen en bleef het antwoord schuld'g, terwijl meer dan een der hoorders in lachen uitbrak, en de spotter best begreep wat dat nu beteekende. Hij ^sei wijselijk niets meer en was blij toen eenige oogenblikken later de beambte opnieuw verscheen en riep : „Trein 22 voor 1 Icsiappen, heeren !"

„Antwoord den zot naar zijn dwaasheid, opdat hij beschaamd worde, " zegt de Schrift, Ook''hier bleek dit waarheid.

UIT VROEGER DAGEN.

Zal uvsf doen God welgevallen Zoo gebied den leden allen.

Dat U9ir oog zich altijd keere Tot wat goed is voor den Heere,

Leen het oor dat gij verstaat Vrome leer en wijzen raad.

Steek uw neus niet in de zaken Van uw buur, als ze u niet raken.

Laat uw mond, in heel uw leven God den Schepper eere geven.

Houdt tot alle nuttig werk Bei uw handen ree en sterk.

Richt uw voet naar 's Heeren wegen Tot zijn huis. Zoo hebt ge zegen.

Zoo gebied uw leden allen. Dat ze doen Gods welgevallen.

NIET.

Wat u niet bijt, veij»ag dat niet. Wat u niet aangaat, vraag dat niet. Wat u te zwaar is, draag dat niet. Wat u geen pijn doet, klaag dat niet. Wat u wil goed doen, plaag dat niet. Wat roekeloos is, waag dat niet. Waarom die raad? o, vraag dat niet, Wie wijs is, t' eiken dag het zief.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 maart 1909

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 maart 1909

De Heraut | 4 Pagina's