Hulp uit Amerika.
Nauwelijks was de oproep onzer Koningin verschenen om steun te vragen voor degenen, die door de o9rlogstoestanden in moeite waren gekomen in ons vaderland, of onze stamverwanten in Amerika hebben zich opgemaakt om hun liefde voor het vaderland te toonen, door een rijke gave voor het Steuncomité over te zenden. Gelijk De Standaard terecht opmerkte, ligt hierin wel een beschamende daad voor onze Regeering. Onze stamverwanten in Amerika zijn toch vooreen goed deel zonen van de Afgescheidenen, - die door de felle vervolging in Nederland gedwongen waren naar een ander vaderland om te zien. En nauwelijks is Nederland in nood, of ze strekken de hancl uit om het land, dat eens hen uitstiet, i^et liefdegaven te helpen. Hieruit spreekt een echt Christelijke zin, die ten volle waardeering verdient.
Maar niet minder stellen we op prijs, dat de diakonie van de Christelijke Gereformeerde gemeente te Ireton in lowa, naar ons dezer dagen werd meegedeeld, uit de armenkas een bedrag van 100 dollar (250 gulden) beschikbaar had gesteld, om daarmede een onzer diakonieën te helpen, die door de oorlogstoestanden in moeite was geraakt. Gedachtig aan het woord des Apostels, dat men eerst wel moet doen aan de huisgenooten des geioofs, wilde de diakonie dit geld, dat uit de armenkas genomen was, liever niet aan het algemeene Steuncomité zenden, maar dienen laten tot steun van de behoeftigen in onze Gereformeerde Kerken. Groot is deze gemeente niet: ze telt slechts 49 huisgezinnen; en een gave van ƒ 250 is voor zulk een kleine gemeente wel een zeer milde gave te noemen. We danken deze diakonie dan ook zeer hartelijk voor het bewijs van broederlijke liefde voor onze Kerken, dat ze daarmede gaf.
Natuurlijk ligt hierin geenszins opgesloten, dat we het afkeuren, wanneer anderen in Amerika hun gaven aan het Nationale steuncomité zenden. In een nationalen ood behoort de Christelijke barmhartigeid zich tot allen uit te strekken. Maar waar onze diakonieën zooveel mogelijk zelf in de behoeften onzer armen voorzien, en an de hulp van het Steuncomité voor onze armen slechts zelden gebruik wordt. gemaakt, is de taak onzer diakonieën niet weinig verzwaard. Gelukkig, dat de offervaardigheid in onze kringen niet afneemt en, trots den achteruitgang op finantieel gebied, de collecten schier 'overal op peil bleven. Maar waar de behoeften grooter worden, vooral in onze groote steden, is er toch zeker reden om bij den steun, dien men uit het buitenland aan Nederland zendt, onze diakonieën niet te vergeten. Ongeoorloofd is het niet, dat, wanneer een diakonie niet meer geven kan, ook onze armen zich om hulp tot het Steuncomité wenden, want de gelden zijn voor heel het volk gegeven. Maar liever is het ons toch, om de eere van onze Kerken, dat onze armen dien steun uit de handen van onze diakenen ontvangen. En daarom waardeeren we het, dat onze Gereformeerde broeders in Amerika in dezen nationalen nood ook onze diakonieën niet vergeten.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 17 januari 1915
De Heraut | 4 Pagina's