GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

VELERLEI WEGEN.

XV.

IN EEN NIEUWE WERELD.

In een open rijtuig reden wij door de prachtige buitenwijken van Batavia. Reeds toen woonden de Europeanen voor het raeerendeel niet meer in de oude stad, die te ongezond was, maar in de omstreken. Ook wij moesten daar zijn. Mijnheer Jansens zou voorloopig zijn intrek nemen bij een handelsvriend, die hem had uitgenoodigd.

Al dadehjk bespeurde ik hoe ander» hier alles was dan in Zuid-Afrika. Het groen was veel weelderiger, het boomgewas veel dichter. Daarbij waren hier veel meer donkerkleurigen dan in het Kaapland. Ook de luchtgesteldheid was anders, en kwam mij tamelijk warm voor. De huizen waren ruim maar meestal laag. In het eerst kreeg ik enkel fraaie buurten te zien. Dat er ook andere waren werd mij later duidehjk.

Na een lange rit hield ons rijtuig stil veor een groot huis, dat met zijn witte muren mooi uitkwam tegen het groen er om heen. Hooge ilaren droegen een soort van afdak, .waaronder door men de deur bereikte. Toen ze open ging ntwaarde ik den heer en de vrouw des huizes, ie er zeer vriendelijk uitzagen. Ik had eenigins opgezin tegen de eerste ontmoeting, maar erd gerustgesteld door de hartelijke ontvangst, l betrof die zeker maar den heer Jansens en ijn vrouw dan mij.

Onze gastheer en zijn vrouw, die beiden de losse Oostersche kleeding droegen, geleidden ons naar een prachtige zaal, die op een galerij uitkwam. Daar, konden we eerst een poos uitrusten van vermoeienissen die wij niet gehad hadden, en onzen tijd korten met het gebruiken vari allerlei verfrisschingen en door een druk gesprek over onze laatste lotgevallen. Ik merkte wel, dat de heer Jansens en onze gastheer oude vrienden waren en ook de dames elkaar van vroeger kenden.

Wat mij zelf betreft zat ik een weinig verlegen. Hoe had ik mij eigenlijk hier te beschouwen, als dienstbare of als vriendin, als op gelijken voet? Ik wist het niet en vreesde elk oogenblik een dwaasheid te doen of te vrij te wezen. Doch ieder maakte het mij makkelijk, praatte gul en vrij en zonder eenige hoogheid, zoodat ik mij weldra volkomen op mijn gemak gevoelde. Ik werd volkomen op dezelfde wijze behandeld als mijn reisgenooten.

' Den volgenden dag verschenen verschillende personen, die allen in last schenen te hebben mij van nieuwe, mooie kleeren te voorzien. Ofik al zei dat het zeker een vergissing was, het hielp niet. De dames verklaarden alle, dat zij besteld waren. Op het laatst'ging ik bij mevrouw Jansens opheldering vragen, die zei: sja mijn beste dat kan 'niet anders.*

ïMaar mijne kleeren zijn nog goed*, bracht ik in, »ik heb er nog genoeg ook, én geen geld voor nieuwe.*

sO, leker*, zei mevrouw lachend, * maar we zijn hier niet bij den kustwachtef. We moeten hier onzen stand ophouden. Anders zouden we onze vrienden niet onder de oogen durven komen. Ge begrijpt wel dat we er niet aan gedaqht hebben de modemaakster te bestellen, en u te laten betalen. Wees maar gerust, dat komt buiten u om in orde.*

Nadat voor mijn kleeding behoorlijk — ik vond het veel te weelderig — was gezorgd, verscheen een muziekmeester, die mij vroeg of ik vroeger al eens wat aan de toonkunst had gedaan. Dat was niet veel. Mijn pleegouders bezaten een groot, ouderwetsch, huisorgel, waarvan men de luchtpijpen van buiten af zien kon.

Het stond in de pronkkamer, en gaf zulk een forsch geluid dat het, werd het bespeeld, van boven moest gesloten blijven, wijl anders het huis dat licht gebouwd was, teveel trilde. Het werd dan ook maar zelden gebruikt. Nu en dan had ik beproefd een psalm-of gezangvers te spelen, maar dat gaf weinig. Een piano had ik nooit bespeeld.

Ik vertelde dat den onderwijzer, die, zooals ik begreep, geroepen was om mij het pianospel te léeren. Hij antwoordde op luchtigen toon: »U hebt dus al een.begin gemaakt; dat komt goed. Maar u moogt ook wel eens wat anders spelen dan enkel vrome liedjes. We zingen hier maar: Schep vreugde in 't leven, zoolang het lampje schijnt.'

De spotachtige wijze waarop dit gezegd werd hinderde mij, en de meester die dit bemerkte haastte zich er bij te voegen: > Het is natuurlijk goed vrome verzen te zingen, maar men wil toch ook wel eens iets anders.* Twee dagen later was het Zondag. Ik kleedde mij om naar de kerk te gaan, en vroeg toen aan onze gastvrouw den kortsten weg er heen.

Zij keek mij verbaasd aan en zei: > Ik schaam mij te bekennen dat ik't niet weet. Wij komen er nooit en onze buren zouden vreemd opkijken, als zij ons er heen zagen gaan. Dat doet mea hier in den deftigen stand niet. Maar ik wil gaarne eens met u meegaan, doch' vandaag heb ik het te druk.* Het klonk mij vreemd, dat iemand het op Zondag te druk had om naar de kerk te gaan. Doch ik zei niets en ging naar mijn kamer. Even daarna kwam daar ook mevrouw Jansens.

> Wat hoor ik mijn beste* sprak zij. sWilt ge naar de kerk ? Maar dat is hier heelemaal geen gewoonte. Gé moet denken dat men hier geheel anders leeft dan in Nederland en aan de Kaap".

»Maar het is toch dezelfde Heer die over alles gebiedt* waagde ik te zeggen, »en men moet Hem toch overal dienen*.

»0 zeker, maar dat kunnen wij best, al gaan we niet naar de kerk. Trouwens dat moet ieder voor zich zelf weten. Maar in elk geval kunt ge nu niet gaan, want ge hebt niet eens een behoorlijke japon*.

Of dit. laatste nu een behooriijke ontschuldiging was, zij daargelaten. Zeker is, dat ik dien dag niet ging waarheen ik' wilde. Wij maakten nog een rijtoer, en ik herinner mij hoe wij afstapten voor een groot hotel, waar we allerlei smakelijke verkwikkingen gebruikten.

Ook het middagmaal was dien dag buitengewoon, en overtrof alles wat ik dusver gezien en geproefd had. In den avond werd er kaatt gespeeld, waarmee het vrij laat werd. Daar ik nooit kaartspelen geleerd had, kon ik Hiet meedoen. Ik had er bovendien iets tegen. Zoo ging ik dan vroeg naar mijn kamer, mijn hoofd vol gedachten. Vader en moeder, mijn pleeg-. ouders, het leven aan de Kaap, de

t ging alles als een droom zeereis. mijn geest voorbij. at zou de toekomst brengen ? Ik zat wel een ur lang te staren naar den prachtigen sterrenemel. Daar boven woonde en troonde Hij, die de terren leidt op hun banen, die ook mij geleid ad en verder leiden zou naar Zijn raad.

Meer dan ooit gevoelde ik thans, hoe ik die leiding zou noodig hebben.

Ik was geheel onvoldaan over mijn Zondag. Oom en tante, al was misschien hun hart niet vervuld van de eeuwige dingen, eerden toch den Rustdag. Ik herinnerde mij hoe wij vaak des Heeren dag begonnen waren met het zingen van Ps. 92 vs. 1 :

Laat ons den Rustdag wijden Met psalmen tot Gods eer.

't Is goed, o Opperheer, Dat we ons in U verblijden; 't Zij d' uchtendstond, vol zoetheid, Ons stelt Uw gunst in 't licht, 't Zij ons de nacht bericht Van Uwe trouw en goedheid.

Heel den Zondag heerschte, om zoo te zeggen, een andere toon in huis dan door de week, iets fee-stelijks en plechtigs, dat mij aantrok. Hier daarentegen was er van zoo iets niets te bespeuren. Dat de niet christelijke bevolking daar buiten geen Zondag hield was te begrijpen. Maar ook hier in huis onder" zoogenaamde christenen, was van een wijding van den Rustdag geen de minste sprake. Veeleer scheen die dag besteed te worden in uitgaan en het zoeken van genot. En dat stuitte mij.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 9 december 1917

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 9 december 1917

De Heraut | 4 Pagina's