GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

VELERLEI WEGEN.

XXI.

AL WEEK OP REIS.

Maar hoe aardig die gesprekken ook wezen mocliten, toch begon ik al sterker te verlangen naar een andere levenswijs.

Voor het uiterüjke ontbrak het mij hier aan niets. Eten, drinken, kleeren, rust, opleiding, ik genoot van alles, maar gehjk ik vroeger reeds zei het ontbrak mij aan iemand die mij verstaan kon, met wien ik van hart tot hart kon spreken. Hadden mijnheer en mevrouw gemeend in mij een huisgenoot te vinden voorgezelligen omgang, dat was misgeloopen. Telkens werd mij duidelijker dat ik nooit een gezelschapsjuffrouw naar het hart van mevrouw zou zijn. En dan wat te doen? Mijnheer zou toch niet altijd ziek blijven.

Ik begon hartehjk te verlangen naar een keer in de zaken. Van mijn verwachtingen was weinig vervuld, en van de schoonheid van Java had ik nog weinig gezien, behalve in mijn naaste omgeving, en dan natuurlijk steeds hetzelfde. Hoe zeer wenschte ik dat er uit Afrika een antwoord op mijn brief mocht komen, maar dit bleef vooreerst uit. ,

Ik bad den Heere mij, als het rijn kon, een anderen weg te wijzen. Ik kon niet geloovcn dat ik doelloos in de Oost zou zijn gekomen, om straks teleurgesteld weer heen te-gaan. En ik kreeg vertrou-wen dat God, die tot nu toe voor mij gezorgd had, dit ook verder zou doen. Geldelijke zorgen waren het niet die mij kwelden. Daar zorgde mijnheer Jansens wel voor. En ik wist dat als ik maar bleef hij gaarne mij een hoog loon zou toekennen. Maar toch wilde ik liever gaan. Ik was niet op mijn plaats. Mijn levensdoel, zooals ik het mij voorstelde, was een ander, een beter dan ik hier ooit bereiken kon.

Wat ik eigenlijk moest aanvangen wistik niet, maar ik vertrouwde, ais gezegd, dat de Heere er voor zorgen zou, als mijn begeeren was naar Zijn wiL Ik kon Hem alles in vertrouwen opdragen en van harte des Zondags_in de kerk meezingen:

Opent uwen mond; E'.scht van Mij vrijmoedig, Op Mijn trouwverbond; .Al, wat u ontbreekt, Schenk Ik, zoo gij 't smeekt, Mild en overvloedig.

Verscheiden weken gingen voorbij, waarin mijnheer Jansens noch voor noch achteruitging. Ik deed wat ik kon door hem zorgvuldig te verplegen, en de dokter was ook meer over mij tevreden dan over den zieke.

Toen de toestand evenwel hetzelfde bleef, wa± men ook deed, begreep de geneesheer een anderen weg te moeten inslaan. Verandering van lucht zou misschien verbetering aanfarergcn.

Het was in elk geval te beproeven. Zoo werd dan besloten dat de rieke naar een hooger gelegen streek zou gaan om door de frissche bcrglncht te beteren. Doch daartoe een geschikte • gelegenheid te vinden was destijds op Javïnog niet zoo gemakkehjk. Mijnheer sprak er over met rijn vriend, onzen huiswaard en deze wist gelukkig raad. Hij kende namelijk van vroeger den opzichter of beheerder van een plantage dicht bij de plaats, die voor de gezondheid VAO dien heer Jansens het beste werd geacht. Uit ­ naam van den laatste schreef hij ook dan aan den opzichter. Reeds na enkele dagen kwam de brief met antwoord. Ik was zoo in het vertrouwen van mijnheer, dat hij mij hem den brief het voorlezen, met voorbijgaan van rijn vrouw. Deze was daarom niet weinig verstoord, en mg dunkt, daar was reden voor.

Om meer dan een reden zou ik mijn vrienden die belangstellen in mijn levensgeschiedenis dien brief willen laten lezen. Maar ik heb hem niet. Toch herinner ik mij er nog genoeg van om het voornaamste te kunnen weergeven. En dat is gelukkig. Want anders zouden de vrienden moeite hebben te begrijpen de dingen, die ik nog hoop te vertellen.

De plantage dan waar de opzichter woonde was een zeer uitgestrekte bezitting waar honderden inlanders op werkten. Nu woont hier, schreef de opzichter, op een half uur afstand zoo'n soort van dominé, die de inlanders schijnt te willen bekeeren tot rijn christehjk geloof. Hij heeft een aardig huis, verscheiden bedienden, en al denkt hij over veel dingen anders dan ik, ik mag hem wel hjden. Hij is in elk geval een gentleman (heer) en zou u wel bevallen. Maar in zün huis zou hij er moeilijk kunnen ontvangen. Want hij heeft het zeer druk met preeken en bezoeken ook van zieken, en de zorg voor rijn huishouden berust geheeL bij een bejaarde bloedverwante, die onmogelijk meer op zich kon nemen.

Maar toch weet ik raad voor u. Hij heeft niet alleen bij zijn huis een aardig houten kerkje gebouwd, maar op een afstand van een half uur heel dicht bij onze plantage is ook door hem een schooltje getimmerd waar de kinderen, meestal van onze werklieden, Tlagehjks worden onderwezen' door een onderwijzer uit Europa, ook in den christelijken godsdienst. Schoon ik het laatste minder noodig acht, toch is die school voor ons van groot nut, ad was het maar om de kinderen wat te beschaven en te ontwikkelen.

Nu is echter de schoolmeester voor een paar maanden aiwezig. Hij moest reeds lang op reis en heeft daarvoor den meest geschikten tijd gekozen. Wilt u nu tijdelijk rijn woning betrekken dan weet ik dat hij er niet tegen heeft. Zoo iets gebeurt hier wei meer, want de plek is zeer gunstig gelegen en heel gezond. Dat de school daar staat en niet bij de kerk is om den kiftdéren een paar lange wandelingen eiken dag uit te winnen.

De brief bevatte voorts nog allerlei aanwijzingen over de reis, de kosten van het wonen enz.

De heer Jansens had aandachtig geluisterd toen ik den brief voorlas. Daarna vouwde hij hem dicht en zei droogjes:

«Ik schijn telkens in gezelschap van een of anderen vrome te moeten belanden. Want zoo iemand is toch zektr de man, «de soort van dominé", waarover de opzichter schrijft, en de schoolmeester zal wel ook van een soort zijn daar ik niet van houd. Neem me niet kwalijk, juffrouw, dat ik zoo spreek: U weet wel dat doelt niet op u. Met den prijs is hij wezenhjk heel schappeüjk, al is het jammer dat men voor alles zelf zorgen moet. Maar met geld en goede woorden krijgt men overal veel gedaan".

Dat was ik volkomen met mijnheer eens, en daar ik geloofde dat de hooge lucht hem goed zou doen, en ik zelf ook wel gaarne iets nieuws zag, kon Ik niet anders dan gunstig over-'t voorstel oordeelen. Daarbij kwam nog iets: Mijnheer wist eigenlijk niet best wat man die soort van dominé was, maar ik des te beter. Het was, dat begreep ik dadelijk, een zendeling uit Nederland gekomi n om den Javanen het Evangelie te brengen. Ongetwijfeld zou ik hem of den schoolmeester meermalen ontmoeten en zoo het gezelschap genieten van menschen, die niet maar alleen in naam christenen waren. De heer Jansens scheen van zendelingen nog zelden of nooit te hebben gehoord, 't Kwam mij voor, dat hij vreesde voor zoo iets als een klooster gestopt te zullen worden, gelijk hij het noemde.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 februari 1918

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 februari 1918

De Heraut | 4 Pagina's