GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Bijbelcritiek.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bijbelcritiek.

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

In een recensie, die in Minerva, het Algemeen Nederlandsch Studenten-Weekblad, gegeven wordt van het pas verschenen deel van het Bijbelsch Kerkelijk Woordenboek, dat over het Oude Testament handelt en bewerkt is door Dr. T. M. Th. Böhl, wordt over den tegenwoordigen stand van het Oud-Testamentische vraagstuk dit opgemerkt:

De tijd dat men naar eea vooropgezet, door een rationalistische (men zeide: logische) gedachtegang geconstrueerd, model, de geschiedenis van Israël reconstrueerde, is voorbij. Dat Dr. Böhl oriëntalist is en dus de uitkomsten van de opgravingen in het Oosten beheeischt, dit alleen maakt de waarde van dit boek al groot. Immers toen men de Oud Testamentische verhalen voor in hooge mate onbetrouwbaar verklaard had, had men zich ook den weg zoo ongeveer afgesnedtn om tot kennis te komen van Israëlitische toestanden. Rationalistische hypotheses moesten de intuïtieve historische studies vervangen. De opgravingen brachten hierin verandering, omdat, wat zij zeiden, niet te weerspreken viel. Zij vermeerderden het historisch materiaal, niet slechts met zichzelf, maar ook doordat zij vele bijbelsche veihalen betrouwbaar historisch materiaal bewezen te zijn. Dit moge hem, die dit a priori wel geloofd had, genoegen doen, voor den oudtestamenticus is het noodig zijn materiaal te onderzoeken, voordat hij het gaat gebruiken. Toen men alle oudtestamentische verhalen als mal eriaal gebruikte, maakte men voorsteUingen van Israëlitische toestanden die moesten verbrokkelen; de grondstof deugde niet. Toen men te weinig oud-testamentische verbalen' als materiaal gebruikte, bouwde men luchtkastelen. Nu voelt men uit dit boek, dat na degelijk onderzoek der materialen betrouwbaar gebouwd wordt.

Het is duidelijk, dat deze recensent zelf aan het gezag van de Heilige Schrift niet gelooft. Des te meer waarde heeft het daarom, dat hier zoo onbewimpeld wordt toegegeven, dat de methode, die de School Wellhausen-Kuenen volgde tegenover het Oude Testament, thans wel algemeen als onjuist wordt prijs gegeven. Het groote bezwaar, van orthodoxe zijde tegen deze School ingebracht, dat zij van rationalistische hypothesen uitging en naar deze rationalistische hypothesen de geschiedenis van Israel reconstrueerde, wordt thans ook door dezen recensent als juist erkend.

Wat schrijver dezes in zijn rectorale oratie Evolutie of revelatie reeds had opgemerkt, dat de opgravingen in het Oosten een heelen omkeer zouden teweeg brengen in de beschouwing van het Oude Testament, is door de uitkomst bewezen volkomen juist te zijn.

Maar daaruit te meer blijkt, hoe dwaas het is, wanneer men zelfs van geloovige zijde zich nog zoo vaak beïnvloeden laat door deze zoogenaamde ^wetenschappelijke critiek*.

Wat het geloof è priori aannam, zooals de recensent het uitdrukt, dat de Bijbelsche verhalen betrouwbaar historisch materiaal leveren, blijkt achteraf ook volgens > de wetenschapc veel juister te zijn geweest, dan de zoogenaamd »vorauszetsunglose critiek«, die al deze verhalen voor in hooge mate onbetrouwbaar had verklaard.

De wijsheid dezer wereld is ook hier dwaasheid gebleken.

De opgravingen uit het Oosten hebben dit duidelijk gemaakt.

Of liever. God zelf heeft door deze getuigenissen uit de oude puinhoopen van Babel en Nineveh de getrouwheid en waarachtigheid van zijn Woord bewezen.

Men late daarom toch niet zich in de war brengen door wat deze zoogenaamd wetenschappelijke critiek van Wellhausen-Kuenen beweerde.

Het standpunt, ' door deze critiek ingenomen, wordt ook door degenen, die niet als, wij aan het Goddelijk gezag der Schrift gelooven, als onwetenschappelijk veroordeeld.

Natuurlijk zijn daarmede niet alle moeilijkheden opgelost, die het Oude Testament ook in zijn historische verhalen ons aanbiedt. Maar wel kan deze gang van de critiek ons leeren, dat we rustig het verder onderzoek kunnen afwachten.

Naarmate het wetenschappelijk onderzoek zich meer losmaakt van »rationalistische hypothesen* en onbevangen tegenover de Schrift komt te staan, zal de betrouwbaarheid der Schrift steeds meer erkend worden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 oktober 1919

De Heraut | 4 Pagina's

Bijbelcritiek.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 oktober 1919

De Heraut | 4 Pagina's