GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

'Hier leert de natuur ons zelf den weg' - pagina 82

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

'Hier leert de natuur ons zelf den weg' - pagina 82

Een geschiedenis van Natuurkunde en Sterrenkunde aan de VU

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

uitbreiding

E. van Dalen die sinds 1932 als conservator aan het scheikundig laboratorium was verbonden. Twee personen kwamen voor een lectoraat in de wiskunde in aanmerking: J. Haantjes en G. H. A. Grosheide F. W.zn. Deze twee wiskundigen konden beiden een deel van de wiskundecolleges op zich nemen en ook zou Haantjes het onderwijs in de mechanica en een deel van de theoretische natuurkundevakken voor zijn rekening kunnen nemen. Haantjes had zich bij zijn onderzoek tot dan toe (onder andere als assistent van Ehrenfest in Leiden) ‘herhaaldelijk bewogen op grensgebieden van meetkunde en mathematische physica en is zeer geschikt om behalve in de meetkunde colleges te geven in de mechanica, de relativiteitstheorie en misschien nog een enkel onderdeel der mathematische physica’. Anderzijds zou Grosheide naast zijn wiskundecolleges ook de elementaire astronomie voor het kandidaatsexamen a kunnen verzorgen, ‘waarmee de misstand, dat de studenten genoopt worden aan de Stedelijke Universiteit colleges in de astronomie te volgen, ware opgeheven’. Haantjes en Grosheide waren bereid hun taak te aanvaarden vanaf het begin van het academiejaar 1938-’39. Sizoo’s onderwijstaak werd dus vanaf dat jaar iets verlicht, daar Haantjes de mechanica en de relativiteitstheorie en statistische fysica voor zijn rekening nam.25 Ook een uitbreiding van het aantal student-assistenten, waarop de faculteit al lang had aangedrongen, kon in de loop van 1938 worden gerealiseerd. Het aantal assistenten, verbonden aan het natuurkundig laboratorium, werd uitgebreid van drie tot zes.26 Voor het jaar 1939-’40 konden bovendien enkele didactici worden benoemd aan de faculteit, die toekomstige leraren op hun taak konden voorbereiden. De minister van Onderwijs, Slotemaker de Bruïne, had voor dit doel geld beschikbaar gesteld en de regeling was ook van toepassing voor de bijzondere universiteiten. Per 1 september 1939 werd voor de didactiek van de natuurkunde benoemd M. Kruyswijk, leraar aan de christelijke hbs en het Marnix Gymnasium te Rotterdam en ‘de beginselen der Vrije Universiteit toegedaan’.27 Toename van het aantal studenten en de komst van de nieuwe docenten leidden ertoe dat er behoefte kwam aan meer collegezalen en meer experimenteerruimte. Ook was er ruimte nodig omdat in 1938 door Sizoo een neutronengenerator werd aangeschaft. Daarvoor werd een plek gevonden op de tweede verdieping van het natuurkundig laboratorium. De bovenste verdieping van het scheikundig laborato-

81

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 281 Pagina's

'Hier leert de natuur ons zelf den weg' - pagina 82

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 281 Pagina's