GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 210

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 210

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

beoordeling?

raren? Deze vraag is moeilijk te beantwoorden omdat relevante gegevens niet beschikbaar zijn. In hoeveel pastorieën werd meegewerkt aan daadwerkelijk verzet? En betrof het dan alumni van Kampen of van de vu? Endedijk beweert dat het vooral de studenten van Schilder zijn geweest die zich in het verzet hebben gemengd, maar geeft daarvoor geen bewijzen.99 Het is een veronderstelling op basis van Schilders heldhaftige verzet in 1940. Maar op die manier kan met evenveel reden verondersteld worden dat zijn studenten hem ook in de jaren daarna zijn gevolgd. En dat betekende: wel strijd in de kerk, geen verzet tegen de bezetter. Met andere woorden: we weten het niet. Het onderzoek naar de houding van het gereformeerde volksdeel tijdens de oorlog moet in feite nog op gang komen.100 We weten slechts zeker dat gedurende de oorlogsjaren zeven theologische studenten het leven lieten.101 Het betrof C. IJ. G. Dijksterhuis, J. Goldschmeding, H. de Jong, H. R. de Jong, M. F. van der Meulen, J. Peppink en E. M. Wierda. Voor een vergelijking met andere theologische faculteiten ontbreekt het materiaal. Een zeer voorlopige indruk is dat deze zo mogelijk nog minder een bron van verzet vormden dan de theologische faculteit van de vu.102

curiosum In de jaren zeventig zou het ‘oorlogsverleden’ van de faculteit nog een keer de kop op steken. Hans Mos, student-lid van de faculteitsraad – sedert 1971 een soort facultair parlement met vergaande bevoegdheden – stelde in 1977 de vraag in hoeverre het portret van H. H. Kuyper terecht in de faculteitskamer (toen 14 A 39) hing gezien zijn verleden.103 De hoogleraar G. E. Meuleman legde een en ander uit over het beleid inzake de schilderijen. ‘Als ze hier hangen, betekent dat niet meer (of minder) waardering voor de afgebeelde’. Een maand later kwam Mos hierop terug. Het was hem niet te doen geweest om de vraag waarom dit schilderij in de faculteitskamer hing, maar om de vraag of het er rechtmatig hing.104 Het bestuur vroeg hem om een schriftelijk voorstel. Dat kwam in de vorm van een motie, die Mos ter vergadering op 7 maart uitdeelde. De motie hield in het portret van Kuyper te verwijderen. Decaan prof. dr. Tj. Baarda had er bezwaar tegen dat de motie ter vergadering werd uitgereikt en meende dat deze beter de vorm van

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 209

209

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 210

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's