GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 140

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 140

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

waakzame deputaten

nis aantonen en ze waren dogmatisch niet ‘belijnd’ genoeg. Natuurlijk wilden de kerken Bavinck niet verantwoordelijk houden voor de fouten der examinandi. Maar voor deputaten was het wel van belang ‘wanneer zich een indruk in de kerken gaat vestigen’ dat het onderwijs in de dogmatiek aan de vu niet voldoende voorbereid op de kerkelijke examina. Dat was ook voor de vu van belang, omdat over de Theologische School dergelijke klachten niet binnenkwamen. Vandaar dat deputaten zich hadden afgevraagd wat hier aan te doen zou zijn. Daarbij verwees Fernhout ook naar de eigen bevindingen van deputaten met betrekking tot de colleges van Bavinck. Menigmaal hadden deputaten zich afgevraagd: ‘Zijn deze colleges, hoe bewonderenswaardig schoon ook, hoezeer ook getuigenis afleggend van de buitengewone gaven, door God aan prof. B. verleend, hoe helder en warm ook, nochtans wel geschikt voor de meeste studenten? Gaan ze niet over hun hoofd heen? Zijn ze niet te filosofisch?’ Zonder Bavinck een advies te willen geven, hielden ze hem daarom toch voor of het misschien gewenst zou zijn ‘praktische colleges dogmatiek’ te gaan geven, naast de nu reeds bestaande. ‘Intusschen moet prof. B. zelf weten wat gedaan kan worden om deze klacht te doen verstommen: wij brengen het slechts onder zijn aandacht’. Het is bij de beoordeling van deze ontmoeting van belang ons te realiseren dat we hier te maken te hebben met een thema dat meer dan eens terugkeert in de geschiedenis van de faculteit. In hoofdstuk 2 kwam reeds aan de orde dat de toenmalige deputaten zich afvroegen of de colleges van A. Kuyper niet te specialistisch waren en latere deputaten zouden met dezelfde vraag Hepp en Berkouwer benaderen.69 En ook in 1908 hadden deputaten Bavinck benaderd met vragen over zijn colleges.70 De spanning tussen wetenschap en praktijk werd tijdens de colleges niet overbrugd. De faculteit probeerde dogmatici op te leiden, de kerk had behoefte aan predikanten die hun belijdenis kenden. Toch kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat er voor deputaten iets meer op het spel stond. Deputaten merkten op dat het onderwijs in de dogmatiek de vu raakte (lees: de hele vu en dus de vereniging en dus de financiën). Ook werd er bepaald niet verhullend naar Kampen gewezen. Met andere woorden: Bavinck werd met het welzijn van de vu gechanteerd. Dat is een weinig vriendelijke manier van doen die duidt op de ernst van de situatie. Wellicht kwam de kern van het verwijt aan

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 139

139

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 140

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's