GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 268

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 268

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

[11] Rumor in casa 1966-1970

De jaren van overgang werden gevolgd door een crisis, die zich concentreerde rond de vragen naar de aard van het schriftgezag en de binding aan de belijdenis. Zoals in de samenleving het thema ‘gezag’ in het geding was, zo was dat ook in kerk en theologie het geval. In velerlei opzicht namen H. M. Kuitert, Tj. Baarda en C. Augustijn afstand van ‘het geloof der vaderen.’ Ze formuleerden daarmee wat bij hen zelf en bij vele anderen in de Gereformeerde Kerken leefde en kregen als gevolg daarvan de rol van zondebok toebedeeld. Kuitert wist haarscherp te verwoorden welke ontwikkelingen zich voordeden in de gereformeerde wereld en daarbuiten. De verhouding tussen cultuur en theologie, tussen geloof en wetenschap, tussen ratio en hart, zou een van de constante thema’s in zijn leven blijken te zijn. Hij zette vraagtekens achter de traditionele opvatting van Genesis 1-3. Baarda was gefascineerd geraakt door het synoptisch probleem. Hij zette vraagtekens achter de gereformeerde inspiratieleer. Impliceerde de erkenning van het gezag der Schrift de erkenning van haar historische betrouwbaarheid? Het was voor velen een vraag of Kuitert en Baarda niet in strijd kwamen met de belijdenis. Maar wat zijn eigenlijk belijdenisgeschriften, wat is hun functie geweest en wat hebben ze ons tegenwoordig nog te zeggen? Het waren deze vragen die Nauta’s leerling en opvolger Augustijn in 1969 aan de orde stelde. Zijn conclusie liet aan duidelijkheid niets te wensen over. ‘Laat de doden hun doden begraven; maar ga gij heen en verkondig het Koninkrijk Gods.’1 Mede in het licht van de culturele crisis keerde hij zich tegen kerkelijke procedures. In een tijd van overgang dient de kerk zich daarvan verre te houden. In feite werd bij deze theologen zichtbaar welke omslag zich in de gereformeerde wereld bezig was te voltrekken. Voor de faculteit brak een roerige periode aan. Het waren jaren van confrontatie waarin sprake leek te zijn van een groeiende kloof tussen de faculteit en de kerken. De vraag was of de faculteit het vertrouwen der kerken zou kun-

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 267

267

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 268

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's