125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 143

waakzame deputaten

vincks beslissing een voorgenomen brochure over de zaak Netelenbos niet in de openbaarheid te brengen. Hij was achter de schermen nauw betrokken geweest bij de kwestie-Van Gelderen en het is heel goed mogelijk dat hij zichzelf een dergelijke procedure wilde besparen.

142

De Moor en Fernhout hebben het rapport naar andere deputaten verzonden, maar commentaar heb ik niet aangetroffen. Op de vergadering van 20 januari 1920 kwamen deputaten niet meer op de zaak terug en het rapport werd in het archief gedeponeerd.

nieuwe benoemingen G. Ch. Aalders Terwijl het gesprek tussen Van Gelderen en deputaten nog aan de gang was, overleed op 24 februari 1918 Sillevis Smitt. Naar aanleiding daarvan sprak voorzitter Klaarhamer tijdens de vergadering van deputaten op 4 juni 1918 de wens uit dat de lege plaats spoedig vervuld zou worden, ‘zoo mogelijk door een nog bekwamer man’. Toen reeds circuleerde het gerucht dat in deze vacature niet zou worden voorzien, zoals blijkt uit een vraag die deputaat W. H. Gispen stelde.73 De volgende vergadering werd besloten dat Klaarhamer en Breukelaar zouden trachten te achterhalen of dat gerucht op waarheid berustte.74 Hiermee raken we aan een thema dat de verhouding tussen de faculteit en deputaten al eerder had beroerd en in de nabije toekomst nog vaker zou beroeren, namelijk de ambtelijke vakken. Ondanks het feit dat Kuyper daarvoor in zijn Encyclopaedie een plaats had ingeruimd, was het vak nooit werkelijk tot bloei gekomen. Wellicht speelde een rol dat velen de theologische studie aan de vu toch allereerst als een wetenschappelijke opleiding zagen en in het kader daarvan ten diepste geen raad wisten met de praktische vakken. Daarbij kwam dat de faculteit bepaald niet gelukkig was geweest in haar benoemingsbeleid. Van den Bergh overleed voordat hij zijn taak op zich had kunnen nemen, Biesterveld was tevens belast met het onderzoek en het onderwijs in Nieuwe Testament en overleed jong, terwijl H. H. Kuyper, die zijn taken waarnam, alleen wat deed aan homiletiek. Sillevis Smitt tenslotte, benoemd in 1912, was in feite vanaf 1916 al ziek. Kortom,

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 142

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen