125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 489

noten hoofdstuk 11

488

42. Archief deputaten, Inventarisno 33, Notulen, 28 augustus 1967. 43. Hoewel Aalders in het meervoud spreekt, noemt hij slechts de benoeming van Kuitert. Het ligt echter voor de hand te veronderstellen dat hij ook de benoeming van Baarda op het oog had, over wiens boekje De betrouwbaarheid van de evangeliën inmiddels veel rumoer ontstaan was. Deze was per 1 juli 1966 benoemd tot wetenschappelijk ambtenaar. 44. Zie over hem L. H. Kwast, ‘Jan Gerrit Aalders’, Historisch Tijdschrift GKN, no 5, mei 2004, 13-14. 45. Gegevens ontleend aan enkele gesprekken die ik met Baarda voerde in het najaar van 2003. Over zijn ontwikkelingsgang met betrekking tot de Bijbel heeft hij zich het meest uitvoerig uitgelaten in zijn artikel ‘De betrouwbaarheid van de bijbel’, in: B. Voorsluis (red.), Lijnrecht of richtlijn? Over de normativiteit van bijbel en belijdenis (Amsterdam 1993) 16-22. 46. Zie ook: ‘De opstanding en de opstandingsverhalen’, in P. N. Holtrop en A. J. Jelsma, Terwijl zij onderweg daarover spraken. Gedachten over de opstanding (Kampen 1991, Kamper Cahiers no 73) 14-40, aldaar 15. 47. Tussen 1967 en 1971 verschenen Koole, Verhaal en feit in het Oude Testament; Baarda, De betrouwbaarheid van de evangeliën; Hartvelt, Over Schrift en inspiratie; Kuitert, Verstaat gij wat gij leest?; Augustijn, Kerk en belijdenis; Schippers, Jezus Christus in het historisch onderzoek; Mulder, Heilig Woord en Heilige Schrift in de religies; Verkuyl, Onderweg naar één wereldsamenleving; G. Dekker, Wat is er met de kerk aan de hand? In 1978 verscheen nog J. T. Bakker, Gemeente: vindplaats van heil? De serie werd uitgegeven door J. H. Kok te Kampen. 48. Een verontruste reactie verscheen in 1971 van J. Schelhaas Hzn., De Heilige Schrift in de Cahiers voor de gemeente (Goes 1971). 49. Zie bijvoorbeeld C. Houtman, ‘Even in het licht van de schijnwerpers. Prof. J. Leunis Koole en ‘Verhaal en feit’, in: Van Gelderen en Houtman (red.), Profiel, 73-91. 50. Grosheide, geciteerd uit De betrouwbaarheid van de evangeliën, 5. 51. Grosheide, geciteerd uit De betrouwbaarheid van de evangeliën, 5. 52. De betrouwbaarheid van de evangeliën, 7. 53. De betrouwbaarheid van de evangeliën, 42. Baarda trekt daarbij een parallel met de twee naturen van Christus. Geboren uit een vrouw, en toch, naar de belijdenis, de Zoon van God. 54. De betrouwbaarheid van de evangeliën, 80 55. De betrouwbaarheid van de evangeliën, 64 56. De betrouwbaarheid van de evangeliën, 64 57. De betrouwbaarheid van de evangeliën, 86. 58. Van Keulen, Bijbel en dogmatiek, 634-636. Hij verwijst naar Baarda, ‘De Opstanding en de opstandingsverhalen’, in: Holtrop en Jelsma, Terwijl zij onderweg daarover spraken, waarin dat ‘oermoment’ iets explicieter wordt bena-

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 488

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen