GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 65

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 65

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

curiosum

64

zesjarige gemeentegymnasium aldaar. Vervolgens was hij naar de vu gekomen. Toen Schouten door beide hoogleraren gehoord werd, erkende hij zijn verwijdering van het Zettens gymnasium, maar de overige aantijgingen ontkende hij. Dilloo en Lohman hadden echter ook zijn vriend gehoord, zodat er geen ontkomen meer aan was. In tweede instantie gaf Schouten dan ook toe. Een nader oordeel van de senaat wilde hij niet afwachten. Wegens geldgebrek had hij besloten zijn studie af te breken, zo meldde hij Dilloo. Toen de zaak in januari 1885 in de senaat aan de orde kwam, heeft deze zich nog even gebogen over de vraag of er een oordeel over Schouten moest worden uitgesproken. Het voorstel van Rutgers om dit niet te doen en slechts te publiceren dat Schouten had opgehouden student te zijn aan de Vrije Universiteit werd echter aangenomen.143

conclusie Hier eindigt de beschrijving van de eerste fase in de geschiedenis van de Faculteit der Godgeleerdheid. Een fase die gekenmerkt werd door aanloopmoeilijkheden van verschillende aard. Ten aanzien van de personele bezetting was niet veel vooruitgang geboekt. In feite was de faculteit in 1892 minder sterk bezet dan toen zij in 1880 begon. Alleen Kuyper en Rutgers waren op hun post gebleven, bijgestaan door de hoogleraar titulair De Hartog en, vanaf 1890, de buitengewone hoogleraar Geesink. Dilloo en Hoedemaker hadden hun ambt neergelegd en het was niet gelukt het hooglerarencorps weer op voldoende sterkte te brengen. Ondertussen had de vraag naar de verhouding van de faculteit tot de hervormde kerk geleid tot een kerkscheuring, waarbij veel gereformeerde gelovigen er voor kozen om in de hervormde kerk te blijven. Het enige lichtpuntje was het aantal studenten. Dat steeg tot rond de zestig ingeschreven theologie-studenten, waarna het zich leek te stabiliseren. Daarmee had de faculteit zich een redelijke onderhandelingspositie verworven in de gesprekken tussen de Christelijke Gereformeerde Kerk en de Nederduitsche Gereformeerde Kerken. In ieder geval qua studentenpopulatie deed de faculteit niet voor de school onder. Maar daarmee is dan ook alles gezegd. Of de vu levensvatbaar was, zou nog moeten blijken. In feite is daarover pas na de Synode van

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 64

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 65

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's