GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 169

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 169

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

het geestelijk klimaat

168

Met deze neiging tot absolutisme hing een ander kenmerk samen, dat Bavinck omschreef als negativisme. Daarmee bedoelde hij dat men bij voorkeur dacht in polemische termen. Men was altijd bezig zich af te zetten tegen iets of iemand anders. ‘Hoofdzaak is dat men zich tegen iets keert, dat men vijanden ontdekt, en die bespringt.’7 Er zit iets verbetens in de mens van tegenwoordig, zo vervolgde hij, iets van wrangheid. Men wil altijd strijden, altijd zich verweren, altijd vijanden van zich afslaan. Het is zeker zo dat Bavinck hier een thema aansnijdt dat tot de typische kenmerken van het gereformeerde volksdeel gerekend mag worden, de strijdlustigheid.8 Maar opnieuw – net als bij de geconstateerde neiging tot absolutisme – ligt het verband met het politieke klimaat voor het oprapen. Zelfs zijn taalgebruik is ontleend aan de oorlog. Als derde factor wees Bavinck op het objectivisme. Dit kwam tot uitdrukking in een radicale afkeer van alle psychologie. Men keerde zich af van de ziel, van het innerlijk leven. Hij zag hierin een zich afzetten tegen het oude piëtisme en tegen het subjectivisme. Men wilde dan ook niet meer weten van psychologische prediking, van karakters in de bijbel, van ‘mensen rondom Jezus’.9 Interessant is dat hij hier een parallel zag met de theologie van Barth, die weliswaar een ander front had, maar tot een zelfde resultaat kwam. Men vergeet echter, aldus Bavinck, dat de openbaring altijd geadresseerde openbaring is geweest. En daarmee was voor Bavinck het goed recht van de aandacht voor de ‘hoorder’ meer dan voldoende gevindiceerd. In het voetspoor van deze weerstand tegen de psychologie, zo betoogde hij verder, verdween het werk van de Heilige Geest naar de achtergrond. Men heeft ontdekt dat het woord ‘ziel’ in de bijbel iets anders betekent dan wat het in kerkelijke kring vaak betekende. ‘Van al die “zieligheid” heeft men zich grondig afgekeerd en het oog naar buiten geslagen, naar de vastigheden van het Woord van God.’10 Bavinck waarschuwde tegen een innerlijke verschraling en verschrompeling.11 Met deze afwending van de psychologie hing de nadruk op de heilsgeschiedenis samen. Dat werd het dominerende gezichtspunt in de prediking. Bavinck zag hier een parallel met de nadruk die de geschiedenis sedert Hegel had gekregen. En hoewel hij in deze stroming een terechte correctie zag, waarschuwde hij voor de effecten op de prediking: men gaat overal de heilshistorie vinden. In het verlengde daar-

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 168

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 169

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's