Omvang en invloed der Zuid-Nederlandsche immigratie van het laatste kwart der 16e eeuw - pagina 52
Rede ter aanvaarding van het hoogleeraarsambt aan de Vrije Universiteit te Amsterdam
50
OMVANG
EN
INVLOED DER
ZUID-NED.
IMMIGRATIE.
den engelschen landvoogd, op religieus en kerkelijk gebied zichzelf volkomen gelijk gebleven. Immers in het geschil, dat op de dortsche synode beslist is, stond zij — naar de berichten, die wij dienaangaande hebben — steeds met overtuiging aan de zijde van het contra-remonstrantisme. Ziet maar weer eens naar Leiden. Nauwelijks was daar de strijd in de universitaire wereld goed begonnen, of het heet reeds — in een brief, waarin Helmichius daarover rapport doet: „De Vlamingen zijn heel ongerust')". En vijf jaar later blijkt die liefde voor het gomarisme nog veel duidelijker. Werden in 1610 de arminiaanschgezinde Ds. van den Borre en de vier mannen, die onder de ouderlingen zijn zijde hielden, niet dage lijks — totdat de overheid er „publicato edicto" een stokje voor stak — door disputeergrage uitgewekenen, waar zij zich ook bevonden, aangeklampt, om over de aangelegenheden van den dag een debat te beginnen ) " . En wat gebeurde er in dien zelfden tijd des Zondags gedurig in de St. Pieterskerk ? Wel had Fransiscus Dusseldorp, die 't ons vertelt, recht om te zeggen: „mirum erat videre"! Zoo dikwijls de dienstdoende predikant er den kansel beklom om zijn werk te beginnen, zag hij — al naar hij gomarist of remonstrant was — een deel van zijn ge hoor het kerkgebouw weer verlaten. „Si gummarista", deden het de burgemeesters, de schepenen en de ingeborenen. En — waar het in dit verband voor ons het meest op aankomt — was het een arminiaan, dan — zegt hij, ook al voegt hij daar niet bij wat hij aangaande dat andere geval verzekert, n. 1. dat de uittocht plaats had „ut diabolo viso" — was het een armi niaan, dan ruimden de vreemdelingen het veld '). 2
•) Werken der Marnixvereeniging, S. I I I , D. I V , bldz. 2 4 3 . ') H. C. ROGGE, Brieven en onuitgegeven Stukken van Johannes Wtenbogaert, D. 1 (Utr. 1 8 6 8 ) bldz. 1 2 0 , 1 2 1 . Een dergelijke ervaring deed Ds. Muykens in 1 5 9 6 op; vgl. Nederlandsch Archief voor Kerkgeschiedenis N . S., D X V ( 1 9 1 8 ) bldz. 5 8 . Mag ik niet een eigenaardige bevestiging van het hiervóór, op bldz. 3 5 — 3 7 , door mij gezegde zien in dien op deze plaats speciaal vermelden „gecoleurden" mantel? ) R . KRUIN, Uittreksel uit Fr. Dusseldorpii Annales ('s-Grav. 1 8 9 4 ) , bldz. 4 3 6 . Een zelfden geest toonden de immigranten ook door zich krachtig te verzetten tegen het beroep van Dwinglo; zie P. J. BLOK, Geschiedenis eener Hollandsch* Stad, D. I I I ('s-Grav. 1 9 1 6 ) bldz. 1 0 5 . 8
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 1918
Inaugurele redes | 66 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 1918
Inaugurele redes | 66 Pagina's