1907-1908 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 103

93 den hemel schitteren, zijn zonnen en middelpunten van gelijke stelsels als ons planetenstelsel, on zijn met de daarbij behoorende planeten ongetwijfeld op dezelfde wijze gevormd als boven is uiteengezet. Wanneer nu alle werelden en alle wereldordeningen een gelijken oorsprong hebben, wanneer aantrekking en afstooting onbeperkt en overal werkzaam zijn, zou er dan tusschen al die stelsels geen onderlinge betrekking bestaan in het groot, gelijk wij dat gezien hebben tusschen de hemellichamen van ons zonnestelsel in het klein en tusschen de onderdeelen daarvan, zooals de stelsels van Jupiter en Saturnus! Wanneer men in de onmetelijke ruimte, waarin alle zonnen van den melkweg zich gevormd hebben, een punt aanneemt, waaromheen de eerste vorming der stoffelijke natuur uit den chaos is begonnen, dan moet in dat punt de grootste massa zijn opgehoopt en de7-halve een ontzettend groot hemellichaam, misschien wel Sirins, zijn ontstaan, dat door zijne aantrekking alle andere stelsels van hemellichamen dwong het te naderen en er een stelsel, het melkweg stelsel, mee te vormen, gelijk de planeten zulks doen met de zon. Van al deze verschillende zonnestelsels is de melkweg de zodiak of dierenriem, waarin zij zich, behoudens geringe afwijkingen, bewegen, evenals de planeten zulks doen in den gewonen zodiak of het aequatorvlak onzer zon. ledere zon, iedere vaste ster vormt wel met de bijbehoorende planeten en manen een afzonderlijk stelsel, maar dit belet niet, dat al deze systemen onderdeelen zijn van een nog grooter stelsel, dat al de vaste sterren omvat. En wanneer dit nu zoo is, zullen er dan niet nog meer melkwegstelsels in de onbegrensde wereldruimte zijn ontstaan, die wederom met ons melkwegstelsel samenhangen en door dezelfde krachten in stand worden gehouden ? Waar houdt de schepping op ? Ongetwijfeld is het gebied der openbaring van Gods eigenschanpen even oneindig als deze laatste het zijn. Ten slotte is er nog eene hoofdvraag, wier beantwoording in eene volledige kosmogonie onontbeerlijk is, de vraag namelijk, hoe het komt, dat hot middelpunt van ieder stelsel door een brandend lichaam wordt ingenomen. „Om te begrijpen, waarom bij de vorming van een wereldstelsel het lichaam, dat als middelpunt van aantrekking dient, een vurig lichaam heeft moeten worden, terwijl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen