1909-1910 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 38
30 Dat er variabiliteit was (wat wij individuoele variabiliteit noemen, was b. v. aan Jordan wel degelijk bekend, ook dat er locale rassen ontstonden onder invloed van voeding en bodem, maar variabiliteit en immutabiliteit waren voor Jordan zeer verschillende begrippen. Mocht er dus ten tijde van Darwin (nu afgezien van Lamarck en Geoffroy St. Hilaire c. s.) sprake zijn van gemeenschappelijke afstamming, dan was dit hoogstens eene gemeenschappelijke afstamming der organismen van de geschapen geslachten of soorten. De theorie van Darwin had eene veel verdere strekking. Evenals Linnaeus voor de varietates minores eene gemeenschappelijke afkomst van de soort aannam, en de Transmutationisten vóór Linnaeus en ook na hem de soorten lieten afstammen van de geslachten, nam Darwin ook voor de geslachten een gemeenschappelijken oorsprong aan van grootere groepen enz. Beschouwden Linnaeus en zijne volgelingen de families en klassen als kunstmatige groepen, ze hadden voor Darwin eene diepere beteekenis, omdat ze eene meerdere of mindere mate van verwantschap aanduidden en dus als natuurlijke groepen beschouwd moesten worden. Darwin kon zich niet begrijpen, hoe er natuuronderzoekers van naam waren, die meenden, dat sommige vormen door verandering van andere ontstaan waren, terwijl zij het voor andere niet wilden doen. „De geleerden nemen aan, dat eene menigte van vormen, welke tot voor korten tijd door hen zalven voor bijzondere scheppingen werden gehouden, en welke nog steeds door verreweg de meeste natuuronderzoekers als zoodanig worden beschouwd, vormen, die derhalve eiken uitwendigen trek van echte soorten vertoonen — door veranderingen zijn ontstaan, maar zij weigeren om datzelfde te gelooven van andere, uiterst weinig verschillende vormen !'' Darwin zag hier duidelijk een zwak punt van zijne tegenstanders en hij maakt er handig gebruik van om hen te winnen voor zijne eigene leer. De volgelingen van Linnaeus konden onmogelijk bepalen of gissen, welke vormen des levens geschapen waren en welke door bijkomende wetten zijn voortgebracht. Vandaar de strijd of een vorm een soort was of niet, omdat een soort direct moest geschapen zijn. Voor Darwin bestond deze moeilijkheid niet. Voor
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 204 Pagina's
![1909-1910 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 38](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/orgaan-cvng-geloof-en-wetenschap/1909-1910-orgaan-van-de-christelijke-vereeniging-van-natuur-en-geneeskundigen-in-nederland/1910/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 204 Pagina's