GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1914-1915 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 83

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

75 Zonder twijfel hebben zij ook doel getroffen. Wie de scholen, die in den laatsten tijd gebouwd zijn vergelijkt met de bedompte lokalen, waarin vorige geslachten het onderwijs moesten onfvangen, behoeft niet lang in onzekerheid te verkeeren over den zegen, die deze voorschriften voor ons volk hebben gebracht. Toch laten de bepalingen nog ruimte over voor meer of minder deugdelijke inrichting der lokalen. Zoo moeten volgens artikel 8 de lichtramen, zóó geplaatst en ingericht worden, dat het schoolvertrek voldoende en doelmatig verlicht zij ; volgens artikel 13 moet in behoorlijke verwarming en luchtverversching worden voorzien; maar ik behoef niet te zeggen, dat menigeen doelmatig en behoorlijk zal noemen, wat een ander, die meer hygiënisch is aangelegd, allerminst voldoende zal achten. Alleen reeds hierom was het gewenscht, dat er autoriteiten kwamen, die over de behartiging van deze bepalingen een wakend oog lieten gaan. Daarvoor kwamen dan aanstonds in aanmerking de Rijksambtenaren, die bij het onderwijs zijn werkzaam gesteld, de Inspecteurs van het lager onderwijs, de Districts- en de Arr. schoolopzieners. Maar aangezien voor deze ambtenaren een te uitgestrekt arbeidsveld is aangewezen was het een goede gedachte van den Wetgever om ook voor plaatselijke organen ruimte over te laten. Dit plaatselijk toezicht wordt uitgeoefend door Burgemeester en Wethouders en voor zoover de gemeenteraad het noodig oordeelt door Commissies. Die plaatselijke commissies houden krachtens artikel 74 van de Wet op het lager onderwijs een nauwkeurig toezicht op alle scholen in de gemeente, waar lager onderwijs gegeven wordt; zij bezoeken die ten minste tweemaal 's jaars en doen jaarlijks verslag aan den gemeenteraad omtrent hare bevindingen. Ontbreekt een plaatselijke commissie, zoo kunnen Burgemeester en Wethouders in overleg met den Arrondissements-schoolopziener geschikte personen, buiten hun college gekozen, met het doen van schoolbezoek belasten. Blijkbaar was men er nog niet gerust op, dat de gezondheidsbelangen voldoende tot hun recht zouden komen. Daarom heeft de Wetgever in artikel 5 bovendien een bijzondere plaats inge-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1915

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 198 Pagina's

1914-1915 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 83

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1915

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 198 Pagina's