1914-1915 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 168

160 voldoende tijd zijn om de woorden uit te spreken. In het algemeen blijkt echter, dat hetgeen snel werd geleerd daarom nog niet snel vergeten behoeft te worden. Natuurlijk geldt dit alleen voor dingen, die men voldoende kan beheerschen, waarmede men althans genoegzaam vertrouwd is. Voor andere gevallen moet men een gemiddelde snelheid aannemen, die voor ieder weer wat anders is. Gaat het te snel, dan dringt het niet genoeg tot het bewustzijn door en gaat het te langzaam dan wordt de aandacht al te veel afgeleid. De ervaring leert dagelijks, dat het geheugen op zeer uiteenloopende wijze kan ontwikkeld zijn, maar over het algemeen kan men er toch bepaalde typen aan onderscheiden, waarbij vooral de beteekenis van de zintuigen meer op den voorgrond treedt. Sommigen geven toch in hun geestesleven meer de voorkeur aan het gezicht, anderen aan het gehoor en nog anderen ontwikkelen zich in eene andere richting, zoodat bij hen de beweeglijkheid den voorrang heeft. In enkele gevallen heeft zich deze eigenaardigheid bijzonder sterk ontwikkeld en bij schilders, musici en redenaars heeft men daarvan duidelijke voorbeelden; ten nauwste hangt dit samen met de ontwikkeling van het geheugen voor de indrukken van het gezicht, het gehoor en het spreken. Ook voor het leeren is deze onderscheiding van zeer groot belang; sommigen toch denken gaarne in gezichtsbeelden en stellen zich dus alles bij voorkeur voor als geschreven of gedrukt; anderen daarentegen geven de voorkeur aan gehoorsbeelden en denken zich de woorden, zooais zij ze gehoord hebben, het liefst ook in verband met de bewegingen, die bij het uitspreken door den mond worden gemaakt. De eersten zullen dus bij het denken de woorden als het ware voor zich zien, de laatsten zullen de woorden meer hooren; men kan dus gezichts- en gehoorstypen en daarnaast ook spreektypen onderscheiden, of behalve zieners en hoorders ook sprekers. Uit deze onderscheiding laten zich gemakkelijk enkele bijzonderheden verklaren, die zich voordoen bij de onderzoekingen betreffende het geheugen. Indien men met een gehoorstype te doen heeft, dan zal deze gemakkelijk worden gestoord door allerlei nevengeruischen en zal hij bij het leeren er op uit zijn alles luid of althans halfluid te lezen. Elementen, die gelijk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen