GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1919 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 82

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

68

hebben, kunnen we verdeelen in ; objecten en acten. De objecten zijn de gewaarwordingen en de voorstellingen; tot de acten rekenen we : het actieve waarnemen (apperceptie), het vergelijken, oordeelen, enz.; en de „Acte unsers Stellungnehmens" : gevoel en wil. ^) Gevoel en wil behooren in beginsel tot dezelfde groep verschijnselen. Het gevoel kunnen we beschouwen als de eenvoudigste reactie van onze ziel op een bepaald object; in dit gevoel neemt onze ziel een bepaalde positie in tegenover dat object. Ook onze wil bepaalt de positie, die we tegenover het een of ander willen innemen, echter niet direct zooals het gevoel, maar na overleg. Beide, gevoel en wil kunnen tot een beweging leiden, maar het psychisch proces is bij elk wilsverschijnsel meer samengesteld. Wanneer BAVINCK het gevoel bij het begeervermogen rekent en het bestaan van een afzonderlijk gevoelsvermogen bestrijdt; en wanneer WUNDT gevoel, affect en wilshandeling als bij elkaar behoorend beschouwt, gaan we in dit opzicht liever met hen mee, dan dat we met HEINROTH een onoverbrugbare kloof graven tusschen gevoel, affect (behoorend tot ons lager geestelijk wezen) en onzen wil. HEINROTH spreekt alleen van psychische activiteit bij de hoogere meer samengestelde wilsprocessen. In dat opzicht moeten we hem ook bestrijden : het gebied der psychische activiteit is veel grooter. Wel is waar zijn de wilsprocessen de hoogste uiting van onze psychische activiteit,' maar reeds het gevoel wenschen we te beschouwen als een act van onze psyche. Evenzoo kent HEINROTH het begrip van vrijheid ook alleen toe aan de meer samengestelde wilsprocessen. Van dat vrijheidsbegrip is dikwijls schromelijk misbruik gemaakt. Men heeft er een verkeerde beteekenis aan gegeven, en nadat men dat gedaan had, ging men zijn eigen fantasie te vuur en te zwaard bestrijden. Bij het gevoel is van vrijheid in geen enkelen zin sprake. Dat gevoel is een onmiddellijke reactie van onze ziel. Dat het ontstaat, daar kunnen we op dat oogenblik niets aan doen. Is het er eenmaal en gaat het over in een affect, dan kunnen we het door verstandelijke overwegingen tot bedaren brengen, en het ') Dr. J. GEYSER. Lehrbuch der allgemeinen Psychologie. 1912.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1919

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 182 Pagina's

1919 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 82

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1919

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 182 Pagina's