GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1920 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 66

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

60

De gedachtengang van DRIESCH is de laatste jaren in menig opzicht gewijzigd. Eerst (vóór 1896) meer mechanist in de verklaring en teleologisch in de waardeering der levensverschijnselen, bracht hem z'n begeerte de biologie als zelfstandige wetenschap te handhaven, later tot de erkenning van de autonomie des levens. Dit geschiedde vooral onder den in de natuurphilosophie weer groeienden invloed van ARISTOTELES, en in naderhand opgemerkte overeenstemming met VON HARTMANN, dien DRIESCH elders ') als den laatsten grooten metaphysicus vóór BERGSON roemt. In dit opstel moge echter de nadruk vallen op een andere wijziging: Voortgezette bestudeering van de nieuwe logica verschafte nl. aan dit vitalisme langzamerhand een in fijne onderscheidingen afdalende terminologie en tegelijkertijd een sterk kentheoretischen inslag.-) De natuur-logica ontmoet men telkens in dit werk Daaronder verstaat men de logica der natuurwetenschappen. Terwijl de logica in enger zin zich bezighoudt met de onderstellingen van het denken, is 't doel der toegepaste logica de onderstellingen voor 't denken op een bepaald terrein b.v. van de natuur, in casu van de biologie vast te stellen. Ze vereenzelvigt dus niet zooals de psychologisten doen, 't feitelijk oordeel met z'n inhoud. Zoo wordt 't dus mogelijk de wetenschappen logisch te rangschikken naar hun object: telkens wanneer een nieuwe onderstelling of meerdere die een groep vormen, moeten ingevoerd, weet men een nieuw veld van onderzoek te betreden: indien de biologie met de onderstellingen der physica niet uitkomt, is kentheoretisch haar zelfstandigheid gehandhaafd. Dit is nu in 't kort de methode der phaenomenologie, der objectieve logica (richting HUSSERL), tegen welke geen enkel bezwaar bestaat zoolang ze zuiver beschrijvend te werk gaat. En DRIESCH is m.i. er in geslaagd aan te toonen, dat de biologie ') The history and Theory of vitalisme, 1914, pg. 204. 2) Men vergelijke het voorgaand exposé dat geheel binnen 't kader der logica kon blijven, b.v. met dat van R. EISLER, Philosophenlexicon, 1911, art. Driesch, en de hier volgende criliek met de bespreking, bij LuDWiQ STEIN, Philosophische Strömungen der Gegenwart, 1908, pg 168—172.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1920

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 98 Pagina's

1920 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 66

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1920

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 98 Pagina's