1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 83

75 ment van vaste substantie bedoelde, maar zeker is, dat men den hemel als een soort gewelf bovsn de aarde dacht. „Mijne handen hebben de hemelen uitgebreid" (Jes. 45 : 12). ,,Die alleen de hemelen uitbreidt" (Job 9 ; 81. ,,Hij rekt den hemel uit a!s een gordijn", d.w.z. spant hem uit als het doek van een tent (Ps 104 : 2). ,,Hij is het. Die de hemelen uitspant a!s een dunnen doek, en breidt ze uit als een tent, om_ te bewonen" (Jes. 40 ; 22) De rand van het hemelgewelf sloot zich aan bij den rand der aarde en rustte er op. Zoo schijnt het ook ons nog toe bij oppervlakkige beschouwing en deze opvatting strookt waarschijnlijk met wat in Genesis I als doel van het firmament wordt aangegeven: scheiding maken tusschen de wateren. Amos 9 : 6 wordt door velen vertaald: ,,En hij grondde het gewelf op de aarde", d w.z. liet het hemelgewelf rusten op de aarde. De einden der aarde vielen dan ook samen met de einden des hemels. Soms werden zij met elkaar verwisseld. Een mooi voorbeeld hiervan bieden de parallelplaatsen Matth, 24 : 31 en Marcus 13 : 27, Op de eene plaats lezen wij: ,,En Zijne engelen zullen Zijne uitverkorenen bijeenvergaderen uit de vier winden, van het eene uiterste der hemelen tot het andere uiterste derzelve", en bij Marcus: ,,En alsdan zal Hij Zijne engelen uitzenden, en zal Zijne uitverkorenen bijeen vergaderen uit de vier winden, van het uiterste der aarde tot het uiterste des hemels", In de ruimte boven het firmament bevonden zich de verschillende thesauri of schatkamers, de voorraadschuren voor reg.^n, sneeuw, hagel, winden, bliksem en licht. Er wordt ook gesproken van de sluizen of vensters des hemels, waardoor regen, sneeuw en hagel op de aarde komen, In Gen, 7 : 11: ,,De sluizen des hemels werden geopend". Het schijnt mij echter dubieus, of v/e dit in naïeven zin moeten opvatten, of dat we hier met Oostersche beeldspraak te doen hebben. De hoogte van het hemelgewelf schijnt men in ouden tijden niet bijzonder groot geschat te hebben. Misschien wel omdat men hooge bergen met den top in de wolken had gezien en deze wolken met den hemel identificeerde. Zoo laat het zich verklaren, dat men in Babel een toren wilde bouwen, die tot aan den hemel zou reiken. Gen, 11 : 4; ,,En zij zeiden; Kom aan, laat ons voor ons een stad bouwen, en eenen toren, welks opperste in den hemel zij". En dan

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen