1932 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 95

91 ring is door God aan den gevallen mensch geschonken, opdat wij God zullen kennen als den Schepper van het heelal, maar bovendien als dien God, die in Zijn Zoon aan Zijn volk verlossing geeft, hun het eeuwige leven schenkt en alle dingen nieuw maakt. Ik ben het eens met Dr. Gerbrandy, dat ons in den Bijbel niet die kennis is geschonken, die we zelf door onderzoek kunnen uitvorschen. Toch staat de kennis, die we door het geloof in de geopenbaarde waarheid bezitten, niet los naast de kennis, die de beoefening der wetenschap ons brengt. Reeds het feit der schepping en onderhouding kennen we alleen uit de openbaring en zonder den Bijbel komt de wetenschap hoogstens tot een vaag besef, dat er achter de werkingen in de natuur een onbekende factor werkt, een groote X. Ik zou gaarne van Dr. Gerbrandy vernemen, in hoeverre deze meent, dat de geopenbaarde waarheid bij ons invloed uitoefent bij de beoefening der wetenschap. Van den inleider zou ik gaarne eenige inlichtingen ontvangen over de verklaring, die de geologen geven van het ontstaan van bepaalde aardlagen. Zijn de processen, die plaats hadden, alleen het gevolg van omstandigheden op onze planeet zelf of heblDen andere factoren meegewerkt? Heeft men een redelijke verklaring voor de temperatuurwisselingen op aarde, voor de verschillende ijsperioden? Hoe stelt men zich de mogelijkheid van steenkoolvorming op Spitsbergen voor? De heer VERSEVELDT : Naar mijn meening zullen de ontdekkingen, die de geologie gedaan heeft, ook tot gevolg hebben, dat de theologen zullen inzien, dat sommige exegesen gewijzigd moeten worden. Op de vraag van Dr. Reitsma antwoord ik, dat men de oorzaak voor de temperatuurswisselingen, en dus ook van de steenkoolvorming op Spitsbergen, zoekt in veranderingen van den stand van aequator en ecliptica, en ook in een wisselend koolzuurgehalte der lucht (Svante flrrkenius). Dr. GERBR/\NDY : Op de vraag van Dr. Reitsma geef ik dit antwoord. In Genesis 1 wordt magistraal geopenbaard, wat de positie is van God als Schepper en van den mensch als centrum der schepping. De heer YERMOOTEN : Het verheugt mij, dat ik als gast deze vergadering heb kunnen bijwonen. Den geest, dien ik hier heb aangetroffen, waardeer ik zeer. Ik wil er nog op wijzen, dat er 19 eeuwen noodig zijn geweest om

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen