1932 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 52

48 orde, die ongetwijfeld in de aardkorst aanwezig is en o.a. ook door Bavinck erkend wordt, kan Price met zijn hypotese niet verklaren. 2. Het principe van Lyell. Laten we nu nagaan, welke kritiek men heeft aangevoerd tegen het ontogeneties principe van Lyell, het principe van de onveranderlikheid der natuurkrachten. Lyell wil met zijn „theory of uniformity" alle veranderingen der aardkorst, die de gesteenten ons meedelen, verklaren met behulp van dezelfde natuurkrachten wier werking wij tans waarnemen. Immers, de geologie verklaart het verleden uit het heden. Een vulkaniese uitbarsting verliep vroeger op dezelfde wijze als tegenwoordig, een delta groeide even snel, een horst bewoog zich even langzaam als nu. Bij de bepaling van de absolute ouderdom der aardlagcn gaat men dan ook uit van de bekende snelheden van sedimentatie, denudatie en erosie, welke metoden slechts ruwe benaderingen geven van de tijdsduur der geol. perioden. Evenmin geven de berekeningen omtrent de voortgaande afkoeling der aarde, het toenemend zoutgehalte der oseanen ons volkomen betrouwbare resultaten. Doch bij al deze berekeningen komt men tot zeer hoge getallen; vele millioenen jaren moet de tijd vanaf het kambrium hebben geduurd. De sterkste steun kreeg de geologiese tijdrekenkunde van hen, die aan de hand van de bepaling van het helium- en loodgehalte van de radioaktive mineralen uranium, zirkoon e.d. de ouderdom der aardkorst hebben berekend. Inderdaad geven deze berekeningen (Schouten wees er reeds op) de indruk van grote betrouwbaarheid. En de resultaten van deze metode blijken heel goed in overeenstemming gebracht te kunnen worden met de langs zuiver geologiese weg verkregene, dus met de resultaten van sedimentatieen erosie-snelheid. En zo wordt dan b.v. voor het praekambrium een ouderdom van 1000 a 1600 mill, jaar genoemd. En het spijt me voor Van Deursen, wanneer we konstateren dat van een algemene tendens om de buitengewoon hoge getallen tot meer normale terug te brengen, geen sprake is. Men stelt wel eens de vraag of God niet machtig genoeg was, al de aardlagen in eens te scheppen, en al die processen in een zeer kort tijdsbestek te doen aflopen. Maar wc vertroebelen de zaak in hoge mate door bij elke fysiese moeilikheid Gods Almacht als een Deus ex machina in te roepen. Het is geen kwestie van almachtig-genoeg of niet, van ge-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen