GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

1932 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 96

Bekijk het origineel

1932 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 96

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

m het concordistisch standpunt te overwinnen. Ran den inleider zou ik de vraag willen stellen : Kunnen wij de riatuurwetenschap beoefenen op dezelfde manier als de menschen, die den Bijbel verwerpen? De heer SLEUMER : Ook in den kring van leeraren bij het Chr. Middelbaar Onderwijs is kritiek uitgebracht op de publicaties van Van Deursen. Het hoofdbezwaar is m.i,, dat Van Deursen kritiek uitbrengt op de methode der geologie, maar de geologische uitkomsten, die hij kan gebruiken, als juist aanneemt. De heer VRN DER HEIJDE : Ik zou nog willen opmerken, dat de vraag, die de voorzitter aan Dr. Gerbrandy stelde, haar beantwoording vindt in het boek van Prof, Noordtzij. Wanneer men op het standpunt van Prof Noordtzij staat, wordt ook ruimte gelaten voor aanvaarding der evolutietheorie. De Heer DIEMER : Zeer moet gewaardeerd de openhartigheid van den referent en de afwijzing van elke concordistische poging. Daar de referent echter in vele zijner conclusies met de moderne geologie meegaat en niet grondig met haar uitgangspunt breekt, is zijn referaat er ver van de oplossing ook maar een stap naderbij te komen. Waarom verwaarloozen Christenbiologen en -geologen toch zoozeer de principieele bestudeering van de kentheorie? Want hier ligt de oorzaak van al onze moeilijkheden. We moeten het kwaad in den wortel aantasten en een historisch onderzoek is daartoe noodig. Onze inductieve natuurwetenschap is voorbereid door de deductieve natuurphilosophie der Grieken. Democritus is consequent mechanist; de stoffelijke wereld is aUes- Maar Plato, de idealist, scheidt de zinnenwereld van de ideeënwereld en breekt zoo den kosmos in tweeën. Rampzalige gevolp'^n heeft deze uiteenrijting gehad. Ze werkt door bij Aristoteles, voor wien de ideeën de dynamische vormen zijn. In een trapreeks stelt hij de oerstof onderaan en God, den hoogsten vorm, bovenaan. De hoogere vorm ontstaat uit en na den lageren : hiermee is het evolutiebeginsel gegeven, In de ontwikkeling der aarde neemt hij perioden aan van ontstaan en vergaan. De fout ligt hier: Aristoteles verabsoluteert den vorm; hij kent geen geschapen kosmos. In de 2e eeuw na Christus komt de leer op van de geschiedenis der wereld als geheel, volgens een plan. In Rugustinus' praedestinatie-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1932

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 154 Pagina's

1932 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 96

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1932

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 154 Pagina's