1934 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 14

10 genotypisch compl" irincipieel omnipotent) Trouwens op een i stadium zijn alle cellen nog realiseerbaar omnipott 't zelfs I den mensch W e krijgen bij hem zoo ongeslachtelijke voortp' nting doordat de jonge kiem m twee stukken uiteenvalt Dan ontstaan de bekende eeneiige tweelingen die lichamelijk opgeveer identiek zijn en ook intellectueel sterk op elkaar gelijken Eigenlijk is hun levende ziel gelijk Psychologen hebben reeds op het voor hen belangwekkende van deze tweelingen gewezen Bij psychologische tests vertoonen zulke kinderen een opvallend gelijke lichamelijke capaciteit en gelijke begaafdheid Opmerkelijk is echter hun uiteenloopen zoodra het op dingen van eerlijkheid wilskracht e d aankomt Ouders die zulke dmgen makkelijker waarnemen, v n d e n zulke kinderen trouwens dikwijls om die reden erg verschillend Dit zijn nu echte persoonhjk-mdividueele verschillen, naast de zuiver biologisch-mdividueele verschillen door versch ilende voeding, toeval e d Op al de vragen die zich hier voordoen, zal ik niet ingaan Ze liggen trouwens meestal buiten mijn terrein Ik kom er eigenlijk hoofdzakelijk toe omdat ik hier niet alleen de ziel van het biologische individu heb oeten inhalen tegen den zm van de physiologen die haar uit j. rincipe of voor 't gemak willen loslaten maar ook omdat ik ze op ^ ele psychologen en theologen heb moeten veroveren die ze met van den geest willen scheiden W e l moet ik zeggen, dat de taliooze biologische moeilijkheden bij de opvatting van het doode lichaam en de levende en denkende ziel, sterk gereduceerd worden door de nieuwere (oudere) mdeeling m het levende, bezielde lichaam en de denkende en willende geest BIJ de planten zijn voor onze bespreking nog twee interessante punten te noemen, die met eikaar m verband staan Dit is ten eerste de vraag of een boom een natuurlijken dood sterft, dan wel, of hij eeuwig leven kan Een boom groeit namelijk aan alle punten verder en zou steeds grooter worden als er tenslotte geen wanverhouding kwam tusschen de deelen (wortels en kruin) en als de stam tenslotte niet verteerde De onmiddellijke oorzaak van het afsterven is tenslotte wel ergens m de buitenwereld aan te wijzen maar zoo is het bij den mensch ook Ook innerlijk is er een hoogtegrens bij de hoornen, daar zuigkracht der bladeren en cohaesie van het water m de vaten ergens een grens hebben Alle wanverhoudingen en grenzen zijn nu reeds van het begin af m de plant als mogelijkheid aanwezig, zoc dat men haar niet principieel als eeuwig levend mag beschouwen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen