1937 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 95

87 H o e deze waarschijnlijkheid zal zijn h a n g t af van hetgeen men meten gaat E r zijn ook metingen denkbaar, welks resultaten met zekerheid te voorspellen zijn, n 1. als de meting met storend inwerkt op de toestand i/' die men als uitgangspunt genomen heeft Een gecompliceerder geval van meting zij nog behandeld ' ) Gesteld men heeft een waterstofatoom m de laagste energietoestand, dan IS hiervoor de totale energie negatief M e n wil m dit atoom de plaats van het electron bepalen V o l g e n s de oude voorstelling van B o h r loopt het electron op een baan om de kern heen met een straal van de orde van grootte 10-'' cm O m de plaats enigszins nauwkeurig vast te leggen moet men bij de meting licht gebruiken met een golflengte kleiner d a n 10-'' cm D e quantummechanica kent de rp voor een watersf^ofatoom met de gegeven energie en kan nu de waarschijnlijkheid berekenen, dat de meting van de plaats een zeker resultaat zal hebben Deze waarschijnlijkheid is het grootst voor de punten op de plaats, w a a r volgens de oude voorstelling de b a a n zou gelopen hebben Echter is de w a a r schijnlijkheid om het electron veel verder van de kern weg aan te treffen met nul, m theorie kan men het electron overal m de ruimte vinden D e waarschijnlijkheid voor al deze mogelijkheden is dooi de quantummechanica vastgelegd Gesteld nu, men vindt bij de meting het electron vrij ver van de kein D a a r is de potentiële energie piactisch = nul. De kinetische energie is steeds positief dus de som van beide is positief, terwijl het electron is een toestand van negatieve energie w a s ! Hebben wij hier te doen met een niet meer toepasbaar zijn van de wet van behoud van arbeidsvermogen'^ N e e n , men moet n 1 rekening houden met het voor de plaatsbepaling gebruikte licht Dit moet van zeer korte golflengte zijn, m a w het bestaat uit hchtquanta van zeer grote eneigie-inhoud Een dergelijk hchtquant zal aan het electron een grote hoeveelheid energie geven, en zorgt zo voor het voldoen aan de wet van het behoud van arbeidsvermogen gelijk de theoiie van het Compton-effect leert H e t electron bevindt zich na de meting dus helemaal niet meei m de laagste energie-toestand M e n kent nu de plaats, maar de energie IS niet goed meer bekend — de kennis, die wij d a a i vroeger van h a d d e n is door het menselijk ingrijpen, het meten, vernietigd M e n kan niet tegelijk van het electron weten- het is m een bepaalde energie-toestand en op een bepaalde plaats W e l kan men weten : het heeft een bepaalde energie ^ de waarschijnlijkheid om het bi| een desbetreffende meting m een bepaalde plaats aan te treffen; óf men kan weten: het is op die bepaalde plaats en vooi de energie ken ik alleen de waarschijnlijkheid

1)

W. H e 1 s c n b e 1 g, 1 c S 25, 26.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen