1941 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 89
OVER NATUURKUNDE EN HAAR BEOEFENING door P
GROEN II
(Determinisme en Natuurwetten *) Als we over het Determinisme gaan spreken, dan hebben we voorzeker niet te doen met een begrip, dat een ondergeschikte lol heeft gespeeld in de historie der natuurwetenschappen Integendeel, op dat merkwaardige grensgebied w a a r de n a t u u r k u n d e en de filosofie elkaar ontmoeten en elkaar wederzijds schijnen te doordringen en te beïnvloeden heeft deze gedachte vaak als een parool m den strijd der meeningen teekenmg gegeven, is deze gedachte als een vaandel opgeheven, en bestreden van oude tijden af tot op den huldigen dag toe zij het ook vanuit wisselende stellingen onder wisselende belichting en voor wisselende kring van belanghebbenden en belangstellenden In vroeger tijden — ik denk bijv aan de oude Stoa van Z e n o en Chrysippos, m de 3e eeuw voor Christus — is een determinisme m de eerste plaats vanuit wijsgeerig uitgangspunt verdedigd (ook w a a r de astronomie, de oudste tak van natuurwetenschap mede debet was, geschiedde zulks toch niet dan via het speculatieve element der astrologie), en het kon ook niet anders, w a n t er w a s nog geen zelfstandig w e r k e n d e n a t u u r k u n d e D a a r e n t e g e n zijn de laatste 200 jaar getuige geweest van een opmarsch vanuit de andere richting van den kant der geëmancipeerde natuurwetenschap, en het is die o p marsch geweest, die het determinisme gemaakt heeft tot een questie die ook voor ons nog actueel is al is er ook veel veranderd sinds D u b o y s Reymond zijn beroemde omschrijving gaf van de bedoeling van het determinisme ^) Laten we nog eens n a a r die omschrijving luisteren ,,Een geest" (Duboys R citeeit hier eerst Laplace -) ) ,,die voor een bepaald oogenblik alle krachten zou kennen en de wederzijdsche ligging der deeltjes waaruit de wereld bestaat zou als hij verdei omvangrijk genoeg was om dit vraagstuk wiskundig te behandelen, m dezelfde formule de bewegingen van het grootste hemellichaam en van het lichtste atoom opnemen niets zou vooi hem onzeker zijn Toekomst en verleden zouden voor zijn geest openliggen D e menschelijke geest biedt in de volkomenheid die hij aan de astronomie heeft weten te geven een zwak voorbeeld van zulk *)
Voordracht gehouden op de ledenvergadeung van 7 Juni 1941 te Utrecht
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1941
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 142 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1941
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 142 Pagina's