1941 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 93
81 de fundamenteele geldende natuurwetten) uit berekenbaar zijn, een berekenbaarheid-in-principe natuurlijk weer, iets voor den geest-vanLaplace! — H e t is misschien goed op deze plaats even vast te stellen, dat deze Laplace-geest (de term is van D u b o y s - R e y m o n d ) in dit verband, ten behoeve van de verduidelijking van het begrip ,,berekenbaar", een geoorloofde fictie is; deze geest vertoont geen a n d e r s soortige eigenschappen dan het menschelijk verstand, ze worden hier alléén in den graad der volmaaktheid gedacht. — M e n heeft voor de berekenbaarheid vaak nog minder geëischt dan de kennis van een willekeurig kort stukje wereldlijn. O p grond van het feit, dat al de fundamenteele natuuru^etten differentiaalvergelijkingen van de 2de orde zijn, wilde men volstaan met 2 gegevens, n.l.: 1. de kennis van één punt van de wereldlijn, dat komt overeen met de volledige ruimtelijke constellatie op één oogenblik, en 2 . de kennis van de raaklijn aan de wereldlijn in dat punt. dat komt overeen met het gegeven zijn van al de snelheden der massadeeltjes op dat oogenblik. Deze beide gegevens zitten óók vervat in het gegeven van ónze definitie, maar daarin zit nog veel meer dan deze beide alleen, n.l. wiskundig uitgedrukt: ook de kennis van de 2de afgeleide in dat punt (de kromming kunnen w e zeggen — de raaklijn is de Ie afgeleide) en van alle hoogere afgeleiden in het beschouwde punt. Ons determinisme eischt dus meer gegevens, pretendeert dus minder; we zullen deze zaak hier verder laten rusten. — Overigens is deze heele ,,wereldlijn" op het standpunt der hedendaagsche natuurkunde nog slechts een illustratie, meer niet, w e zagen dat reeds. W a a r het ons om gaat, dat is: het physisch gebeuren tusschen twee willekeurig dicht bij elkaar liggende tijdstippen — dat zou verder alles bepalen. W e zien dat de begrippen tijdstip, tijdsinterval een beheerschende rol blijven spelen. Hier rijzen nu van twee zijden critische vragen betreffende de zin van die tijdsbegrippen; in de eerste plaats van de zijde der relativiteitstheorie — doch deze critiek blijkt ongevaarlijk te zijn: de relativiteitstheorie stelt slechts de tijdmaat afhankelijk van den relatieven bewegingstoestand van den waarnemer, zij tast de scherpte van het tijdsbegrip niet aan en elke w a a r n e m e r weet nog precies w a t het determinisme in zijn tijdssysteem wil zeggen. A n d e r s staat het met de vraag, die de quantentheorie stelt in verband met het begrip tijd. Deze nieuwere ontwikkeling van de physica stelt n.l. ook de scherpte van de begrippen tijdstip, tijdsinterval discutabel; ik bedoel dit: de wiskundige kan heel makkelijk bij het woord ,,tijdstip" denken aan een mathematisch punt, zonder afmetingen, scherp — maar de natuurkundige kan het tegenwoordig niet meer en men voelt, dat dit voor den zin van onze omschrijving van het strenge determinisme wel eens moeilijkheden kan gaan opleveren. W e willen deze moeilijkheden echter voorloopig nog even laten rusten, om nu eerst nog over te gaan tot een opmerking, die van essentieel belang is voor
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1941
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 142 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1941
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 142 Pagina's