1946 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 49
43 het metalliciteitsbeginsel, den „mercuur" i50) Zoo neemt nu Stahl aan, dat alle brandbare stoffen een brandbaarheidsbeginsel, het „phlogiston", bevatten. Ook hier zijn aanknoopingspunten bij het newtonianisme, waarin de analogieredeneering zulk een groote rol speelt. De analyse der chemische substanties wordt nu het werk van een redeneering, die op betrekkelijk oppervlakkige waarneming gebouwd kan worden; stoffen, die zich goed met den phlogistonrijken zwavel verbinden en zelf goed brandbaar zijn, bevatten om deze twee redenen veel phlogiston. Bij dezen gedachtengang is het volstrekt geen bezwaar, dat het phlogiston nooit afgescheiden kan worden. Het was een hypothetisch wezen, dat echter de verschijnselen op zoo gelukkige wijze met elkaar in verband bracht, dat men gaarne vergat, dat het een product der redeneering was. Op den duur moest deze theorie toch in botsing komen met het strenge empirisme, dat zijn grondbeginselen aan directe waarneming wil ontleenen i^i) Doch eerst moesten de gassen ontdekt worden en door dat te doen hebben de phlogistonaanhangers zelf het graf gegraven voor hun geliefde theorie, die tenslotte onder Lavoisier's op ervaringsgegevens berustende kritiek bezweek. Analogieredeneering.
Zelfs de systeembouwers, de „onzuiveren", beriepen zich gaarne op de ervaring, maar omgekeerd hadden de zuiveraars zelf boter op het hoofd. Newton was niet geheel vrij van hypothesen; Condillac's psychologie ging de grenzen der ervaring te buiten en zelfs Lavoisier heeft niet geheel kunnen nalaten af te wijken van de zichzelf opgelegde „strenge wet van niets te concludeeren, dat uitgaat boven hetgeen de proefnemingen ons bieden" 152) Een merkwaardig voorbeeld van de onmisbaarheid der redeneering, ook in de experimenteele wetenschap, levert de analogie. Newton had in het derde boek van zijn Principia eenige ,,regulae philosophandi" opgesteld ^53) Regel II zegt: ,,Daarom ook hebben ^^) R. Hooykaas, Het ontstaan der zwavelkwiktheorie, Chem. Weekbl. 33 (1935), p. 422. ^^^) R. Hooykaas, Het begrip element, diss. Utrecht, 1933, p. 210—220. 15*2) Traite XIII : „ cette loi rigoureuse, dont je n' ai du m' écarter. de ne rien conclure au-dela de ce que les experiences présentent, et de ne jamais suppleer au silence des faité,". 1"'^) Princip. math. phil. nat,; lib. Ill, Regulae philosophandi.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1946
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 248 Pagina's
![1946 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 49](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/orgaan-cvng-geloof-en-wetenschap/1946-orgaan-van-de-christelijke-vereeniging-van-natuur-en-geneeskundigen-in-nederland/1946/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1946
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 248 Pagina's