GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1971 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 21

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

C. VAN DER MEER

5

Laten wij dan eerst bezien, waarover wij spreken. Wat is dood? Dat is die toestand, waarbij het leven is geweken. Maar als wij dan het leven definiëren als een toestand die anders is dan de dood, dan hangen we beide definities aan elkaar op. Dat is begrijpelijk. Wij zouden niet weten wat leven is, als wij de dood niet kenden. Juist in de tegenstelling kennen wij beide. Leven zonder dood is ondenkbaar. Het is dan ook niet gelukt om een goede definitie van het leven te geven, al zijn er wel fraaie omschrijvingen. „Kenmerkend voor het levende is", aldus de fysioloog Hoitink, „een structurele en functionele organisatie van zeer bijzonder aard, welke organisatie een stof- en energiewisseling mogelijk maakt met óók het vermogen energie te winnen en op te hopen, en welke metabolic op haar beurt de organisatie in stand houdt. Beide zijn onderling afhankelijk van elkander". Wij dienen te beseffen, dat als wij over dood spreken, wij dit doen over iets, dat alleen van buiten gekend wordt en dat als een slechts eenmaal te overschrijden grens wordt ervaren. De dood op zichzelf is een gebeurtenis. Het is een onherstelbare toestand, die wordt bereikt als eindpunt van een proces dat wij sterven noemen. De tijdsduur van dit proces is wisselend. Sterven kan geschieden in een langdurige periode, maar even goed in een spanne tijds van slechts enkele ogenblikken. Zo kan een stervende, hoe vreemd dat ook moge klinken, nog weer door de dood achterhaald worden. Om een voorbeeld te noemen: een mens lijdt aan een ongeneeslijk longcarcinoom. Hij is dus stervende aan deze ziekte, een proces, dat maanden, zelfs jaren kan vergen. Nog voor hij aan het longcarcinoom overlijdt, wordt hij getroffen door een dodelijk hartinfarct. De dood heeft zijn sterven achterhaald. De geneeskundige wordt geconfronteerd met sterven en dood. De mortaliteit van de mens is 100%. Wij allen sterven. Enerzijds nu heeft de arts met het sterven te maken, doordat dit zich uit als een ziekteproces — en vaak weet hij eerder dan de patiënt, dat deze zal sterven aan dit proces — anderzijds wordt de arts met de dood geconfronteerd, omdat het veelal zijn taak is deze vast te stellen. De vermijdbare dood Als eerste confrontatie wil ik noemen die met de vermijdbare dood. Zoals bij zovele situaties en ziekten in de geneeskunde kan ook hier een nuttig onderscheid gemaakt worden tussen het acute en het chronische proces. De acute vermijdbare dood is aldus een proces, een stervensproces, dat zeker binnen zeer korte tijd met de dood eindigt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1971

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 324 Pagina's

1971 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 21

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1971

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 324 Pagina's