GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De geschiedschrijving in het Oude Testament - pagina 16

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De geschiedschrijving in het Oude Testament - pagina 16

Rede bij de 48e herdenking der stichting van de Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

14 geschriften van onderscheidene auteurs zonder meer. Van alle Bijbelboeken, uit hoe verschillende menschelijke pen ook gevloeid, is God zelf de eerste auteur. Daarom hebben wij voor het verstaan van het Schriftgetuigenis niet slechts rekening te houden met iedere plaats en ieder boek afzonderlijk, maar ook met den Bijbel als geheel. En dan hebben wij derhalve ook de vraag te stellen, hoe de overige Schrift ten aanzien van het Oud-Testamentisch geschiedverhaal staat. En of datgene, wat hier in den vorm van geschiedschrijving, dus als weergave van wat werkelijk gebeurd is, wordt medegedeeld, mogelijk ook naar het overig getuigenis der Schrift geheel of ten deele als sage zou worden gekarakteriseerd. Maar dan moet het antwoord juist zoo beslist mogelijk luiden in tegengestelden zin. Herhaaldelijk wordt in de overige Schriftuur, en met name in het Nieuwe Testament, van allerlei gebeurtenissen die in het Oud-Testamentisch geschiedverhaal vermelding vinden, weer gewag gemaakt, en dan worden ze nooit anders beschouwd dan als inderdaad geschied. In tal van Psalmen worden bizonderheden uit het geschiedkundig gedeelte van het Oude Testament aangehaald, met name uit den Pentateuch, maar immer als werkelijke gebeurtenissen uit Israel's verleden. Ook in de prediking der profeten wordt meer dan eens een greep gedaan uit het geschiedverhaal, maar eveneens steeds weer in dien zin, dat van de medegedeelde feiten wordt uitgegaan als reëel geschied. Onze Heere Jezus Christus spreekt dikwijls van Oud-Testamentische geschiedfeiten; doch geen oogenblik kan er eenige twijfel aan bestaan, dat Hij ze beschouwt als hebbende werkelijk plaats gehad. Men geve bij voorbeeld acht op den nadruk waarmee Hij zich uitlaat over het wonder van Jona: „Want gelijk Jona was in het ingewand van het zeemonster drie dagen en drie nachten, zoo zal de Zoon des menschen zijn in het hart der aarde drie dagen en drie nachten". ^7) Ook de brieven noemen verschillende bizonderheden uit de Oud-Testamentische geschiedschrijving, en al weer nooit anders dan als dingen die metterdaad alzoo hebben plaats gehad. Wij herinneren slechts aan het bekende hoofdstuk Hebreen 11, waar schier in vogelvlucht de geheele Oud-Testamentische historie wordt overzien, en al wat daar aan dat Oud-Testamentisch geschiedverhaal wordt ontleend, wordt beschouwd als daad des geloofs, en allen die daar worden genoemd, worden aangemerkt als een wolk van getuigen, wier voorbeeld door de Nieuw-Testamentische geloovigen moet worden gevolgd, ^s) Het is voor geen tegenspraak

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1928

Rectorale redes | 28 Pagina's

De geschiedschrijving in het Oude Testament - pagina 16

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1928

Rectorale redes | 28 Pagina's