GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De geschiedschrijving in het Oude Testament - pagina 8

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De geschiedschrijving in het Oude Testament - pagina 8

Rede bij de 48e herdenking der stichting van de Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

6 wel in allen eenvoud geschiedt als sobere weergave van wat men zelf zag' of van anderen vernam, het is geschiedschrijving. Men kan zonder bezwaar de definitie aanvaarden, welke HANS SCHMIDT vooropzet: „Geschiedschrijving beteekent schriftelijke mededeeling v a n verledene gebeurtenissen, met de bedoeling deze voor vergetelheid te bewaren". 8) Met deze opvatting kunnen zich blijkbaar echter niet allen vereenigen. GEORGE MOORE meent dat er nog een element bij moet, eer wij van geschiedschrijving kunnen spreken: het element van den kunstvorm. Ondergeschiedschrijving verstaat hij „de schepping v a n een litterair voortbrengsel door de artistieke bewerking van eene historische stof". En in verband daarmee worden dan ook met n a m e inscripties zoowel als rijks- en tempel-annalen door hem buitengesloten. 8) Deze bepaling van het begrip „geschiedschrijving" schijnt mij evenwel eene willekeurige beperking. Er is geen enkele reden waarom het gebruik van den kunstvorm als wezenlijk kenmerk zou worden aanvaard. Ieder document van welken aard ook, dat schriftelijk weergeeft wat geschied is, met het oogmerk om het voor de toekomst te bewaren, heeft op den naam van geschiedschrijving recht. D a t in dezen zin het Oude Testament geschiedschrijving wil geven, kan moeilijk in ernst betwist worden. D a t er gebeurtenissen uit het verleden in schriftelij ken vorm worden medegedeeld met de bedoeling om de heugenis daarvan te bewaren, is zóó duidelijk dat alle bewijs hier overbodig zou wezen. Twijfel of tegenspraak zou op dit punt alleen geopperd kunnen worden door iemand die het geheele Oude Testament tot eene allegorie wilde maken. De moeilijkheid die zich voordoet, ligt dan ook elders. Geschiedschrijving is beschrijving van wat geschied is. En — zoo zeggen velen — nu vinden wij in het Oude Testament wel heel vaak den vorm van beschrijving van verledene gebeurtenissen, doch het is ook uitsluitend de v o r m : in werkelijkheid zijn de daar medegedeelde dingen niet geschied. Daarom kan men dan ook niet van geschiedschrijving spreken; w a n t „de geschiedschrijver wil de w e r k e l i j k e g e b e u r t e n i s s e n weergeven", aldus GUNKEL.">) Inderdaad hebben wij hier te doen met een niet te verwaarloozen element in het begrip „geschiedschrijving". Ze onderscheidt zich daardoorvan gelijkenis, fabel, sprookje, waarbij wij wel te doen hebben met den vorm van beschrijving v a n wat geschied is, m a a r het toch niet de

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1928

Rectorale redes | 28 Pagina's

De geschiedschrijving in het Oude Testament - pagina 8

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1928

Rectorale redes | 28 Pagina's