GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 39

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 39

Rede bij de 54ste herdenking van de stichting der Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

31 van den aanvang af Rud. Hildebrand om zijn al in 1867 versche* nen Vom deutschen Sprachunterricht, een boek dat omstreeks 1890, ofschoon al bijna 25 jaar oud, nog stil doorwerkte. De derde of de vierde druk (1887, 1890) zal vooral bij onze taalradicalen in het spel zijn. De kennisneming zal U verbaasd doen staan. Had* den de Kollewijnianen Hildebrand maar gevolgd! Er is in verschil* lende punten zeker eenige oppervlakkige overeenkomst op te merken, maar het groote verschil is, dat Hildebrand niet de taal wil veranderen, doch de didactiek der taal. En hoe bezadigd en voorzichtig drukt hij zich uit. De stelling, dat ons beschaaide Duitsch een schrijf^taal (Schriftsprache) is, en wel beschouwd nergens werkelijk gesproken wordt, is niet heelemaal waar en in haar overdrijving zeer schadelijk, protesteert hij: het Duitsch is toch geen doode taal? " ' Maar volmondig erkent hij, dat uit de taal van Meissen door schrift en druk en lectuur de Zondagsche taal is ontstaan van allen, die aan de nationale cultuur deel willen hebben. Dat de historische ontwikkeling en de verhoudingen van de algemeene taal en de ver uiteen loopende volksdialecten van Duitschland zich niet best leenen tot vergelijking met de taal* toestanden in Nederland, is overigens bekend genoeg."° Onze „vereenvoudigers" wijzen verder ook zeer zelden naar onze Oos« telijke buren; gebeurt het een enkele maal, dan treft ons licht de durf meer dan de kracht van het betoog. Men zou zich gemakke* lijker, en met meer grond, op Duitschland kunnen beroepen voor de overheerschende beteekenis van de schrijftaal. Misschien heeft het boekje van Hidebrand een eersten critischen blik op ons taal* onderwijs doen slaan, daar kon het wel toe leiden; "° maar het bevat alles behalve een KoUewijniaansch program. Al lijkt soms zelfs de leuze dezelfde, dan is de bedoeling en de toepassing toch anders."' En het voorname hoofdstuk over de vreemde woor* den "* gaat lijnrecht in tegen de opvattingen, die wij bij onze taaihervormers vinden: zij behoorden Hildebrand een belachelijk, bekrompen purisme te verwijten . Er is een ander, een Nederlander, waarop zij zich met meer recht kunnen beroepen, als met name Van den Bosch dan ook

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1934

Rectorale redes | 142 Pagina's

Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 39

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1934

Rectorale redes | 142 Pagina's