GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Serie: Korte Verklaring der Heilige Schrift met nieuwe vertaling.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Serie: Korte Verklaring der Heilige Schrift met nieuwe vertaling.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Brief aan de Hebreeën, door Dr F. W. Grosheide.

De Profeet Jeremia, doqr Dr G. Ch. kaXders. Eerste Deel, Hoofdstuk 1—24.

Het Boek der Psalmen, door Dr A. Noordtzij. Eerste Deel, Pisalm 1—70.

De Brief aan de Colossensen en de Brieven aan de Thessalonicensen, door Dr J. A. C. van Leeuwen. Kampen. — J. H. Kok.

Er zit schol in dit werk.

Het is een heele • onderneming om een veTklaring - -zij het ook een korte — te geven op deHeilig'e Schrift.

Misschien hebben sommigen, die wat pessimistisch zijn uitgevallen, gemeend, dat hiermee wel een menschenleeftijd gemoeid zou zijn.

Maar de ganig van zaken heeft hen totnogtoie iiclogenstraft.

Bij hebben goede hoop, dat dit zoo zal doorgaan. Hoe rijk zuUen we ons voelen, als we 'straks oen complete Gereformeerde Schriftveridaring bezitten, weliswaar pop'ulaiu-en dus niet puur wetenschappelijk, maar lodh met een vasten wetenschappelijken ondergrond.

Prof. Grosheide begint zijn inleiding op de verklaring van den Hebreeërbrief met het korte en krachtige: van Oiigenes is afkomstig de uitspraak: alleen God weet, wie den brief aan de Hebreeën geschreven heeft. Eii verder dan .Origenes zijn we nog altijü niet gekomen". Daarmee wordt de stand der auteurskwestie opeens scherp geteekend. Zooals men weet. beschouwde CaJvijn Barnabas als den schrijver. Vele andere namen zija ook genoemd. De brief zelf meldde geen naam. Want het - opBchrift is er gemakshalve boven gezet: Zoodat 'we nog altijd in het duister verkeeren. . .; .^; , , .: , Wvr: ; r; ; , w.ï'*«; ïfB^? f; -. •

Aangaande den vorm vertlaar!f'M|? Wö' i's"er wef iets voor om aan te nomen, dat" Hebreeën eigenlijfe is een soort homilie of predikatie, na niet uitgespToken maar te schrift gesteld en met 13:22—^26 als begeleidend schrijven verzonden." Dat het - mij-genoegen doet, dat "hij: ot zulk een conclusie kwarn, zal men licht begrij'pien, wanneer men weet, dat ik indertijd onder de stellingen' achter mijln piroefischrift ook deze opnam: , Mits men zich van' de ' phantasieën der Schrjftcritici verre houde, heeft da hypothese, dat aan don Hebreeërbrief''een homilie ten grondslag' ligt, veel aantre'kkelijks".

Deze kommentaar verspteidt werkelijik licht over jneniige moeilijke pilaats in dézen 'brief. Öok voor een nieuwe vertaling heeft de hier gegeven vertaling groote waarde.

Een populaire verklaring van het Oude Testament te geven is in zoover mosilijlker, dat onze vertaling in veel gevallen niet recht verstaanbaar is. Hier moet eigenlijk van Gereformeerde zijde nog pioniersarbeid worden verricht. Prof. Ridderbos begon met Jesaja, Prof. Aalders volgde met Jeremia.

Het laat zich verstaan, dat waar prof. Grosheide met 6 bladzij'den inleiding kon volstaan, prof. Aalders er meer, zelfs viermaal zooveel noodig had. Ook kon hij • natuurlijk niet heel Jeremia in één deel afliandelen; Hij vertaalt en exegetiseert hier'dan ook slechts hoiofdstuk 1—24.

Als de inleiding door onze gemeenteleden goed bestudeerd wordt, zal veel onkunde, welke ten opEichte van het O. T. nog altijd onder ons gevonden wordt, worden opgeheven.

Wat mij betreft, zon ik jaarne de stukken, die zuiver en onbetwistbaar poëtisch zijn, ook als poëze hebben gedru'kt gezien. Evenwel eerbiedig ik het oordeel van prof. Aalders.

De exegese van piof. Aalders munt uit dooi' groote nauwkeurigheid.

Ook prof. Noordtzij exegetiseert hier nog slechts een deel der psalmen, n.l. 1—^70. Waarom prof. Noordtzij hier met den 70sten en niet met den 72sten psalm, die toch een deel van het psalmboek afsluit, eindigt, kan ik niet goed verklaren.

De inleiding, die 16 bladzijden beslaat, is zeer instructief. Zij geelt ook blijk van een eigen kijk.

Met de vertaling heeft prof. N. groaten ernst gemaakt, gelijk met name ook blijkt uit de lijst van tekstveranderingen aan het slot. Vele psalmen winnen daardoor aan duidelijkheid.

Alleen zijn de verklaringen over 't algemeen wat kort. Ik geloof, dat prof. I^. met bij de bewerking van het tweede deel wat uitvoeriger exegese te geven, ons Gereformeerde voilk nog meer aan zich verplichten zal.

Gaarne begroeten - wij den Utrechtschen hoogleeraar Dr J. A. C. van Leeuwen in dezen kring. Ook uit deze 'komjmentaren blijkt het: rachtens zijn standpunt behoort hij bij ons. De verklaring, door wijlen prof. Giesterveld van den Kolossenserbrief gegeven, maakt die van prof. Van Leeuwen niet overbodig. Wanneer men beide vergelijkt, merkt men het verschil. . De kommentaar op de beide Thessalonicenserbrieven heeft noig een aanhangsel over 2 Thess. 2:3—8, den pericoop aangaande den antichrist. Ook de acribri van prof. V. Leeuwen valt te loven.

Nóg één raad.

Men schaffe zich deze deeltjes aan bij hun verschijning.

Dan wordt de koopprijs niet bezwaarlijk.

En men heeft er zooveel meer genot van.

Men behelpe z'ich nu niet langer ijiet Klinkenberg er). Nahuys, Dachsel, enz.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 november 1923

De Reformatie | 8 Pagina's

Serie: Korte Verklaring der Heilige Schrift met nieuwe vertaling.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 november 1923

De Reformatie | 8 Pagina's