GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vergadering van den Retormlerte Bund voor Duitschland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vergadering van den Retormlerte Bund voor Duitschland.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

II.

in dit artikel willen we van de eigenlijke vergaderingen van den Reformierten Bund iets mededeelen. Het ligt natuurlijk niet in onze bedoeling van al de vergaderingen een uitvoerig verslag te .geven; daarvoor waren er wel wat veel en bovendien waren sommige voor Nederland van minder belang. De vier hoofd-referaten handelden over •een onderdeel der gereformeerde kerkgeschiedenis, over het gereformeerde ouderlingenambt, over gereformeerde ethiek en over de inrichting van den gereformeerden eeredienst.

De eerste twee referaten werden in de vergadering van Pinkstermaandag-middag gehouden, die speciaal voor ouderlingen en gemeente-vertegenwoordigerswas belegd. Leider van deze ouderlingenconferentie zou de vroegere rijksminister van justitie Professor Dr Bredt zijn, die indertijd op de Bentheimer vergadering van den Bond ©en referaat hield over het oudste gereformeerd© kerkrecht. Professor Bredt is hoogleeraar in de rechtsgeleerde faculteit, naar ik meen te Marburg en... zooals men misschien weet wordt in Duitschland het kerkrecht niet gedoceerd in de theologische-, maar in de juridische faculteit bij het wereldlijk recht. Hij was door ziekte echter verhinderd en zoo berustte de leiding der ouderlingen-conferentie bij Dr Mensing, advocaat en kerkmeester te Elberfeld.

Referenten waren ds Klugkist Hesse uit Elberfeld en ouderling Dehnen uit Vörde, bij Emmerik.

Pastor Klugkist Hesse zal aan meerdere Reformatie-lezers bekend zijn, omdat hij twee jaar geleden op de Jubileumfeesten van de Vrije Universiteit een korte toespraak hield uit naam van de gereformeerde kerk te Elberfeld. We zouden hem „den Rullmann" van de Duitsche reformierten kunnen noemen. Op uitnemend populair-wetenschappelijke wijze doet hij de geschiedenis van de gereformeerd© kerk in Duitschland, vooral uit haar bloeitijd in Oost-Friesland en aan den Rijn, weer leven voor zijn lezers uit de 20ste eeuw, opdat die daaruit bezieling zullen putten tot hun strijd voor de gereformeerde religie. .

Zoo schreef hij o.a. een lijvig werk over Menso Alting, den Eelder calvinist in het tijdperk der contra-reformatie te Emden; over Adolf Clarenbach, den marielaar voor de gereformeerde leer aan den Rijn, terwijl hij op de vergaderingen van den Reformierten Bund zich ook veelal de taak ziet toegewezen, om de kerkgeschiedenis van de plaats waar vergaderd wordt, naar voren te brengen. Zoo was het drie jaar geleden te Bentheim, zoo was het dit jaar te Mo©rs, waar de Elberfelder pastor sprak over „Het Heimatrecht der gerefor­ meerde belijdenis in het graafschap Moers".

Een hoogst interessant referaat, voor een Nederlander ook al, omdat het contact tusschen ons land en het graafschap Moers, waarvan Prins Wiltem I ook den graventitel voerde, in vroeger eeuwen zoo levendig is geweest. Zoo was de eigenlijke reformator van het Moerser-land de Gelderschman. Hendrik van Melius, die in het jaar 1536 door den graaf van Moers uit Wittenberg naar zijn 'gebied werd gehaald. Melius' hoofdwerk „De hoofdsom der Heilig© Schrift", in Luthers geest geschreven, werd in 'tEngelsch, Fransch en Nederlandsch vertaald.

Een latere graaf, Adolf van Moers, die van den kérkeraad te Utrecht het getuigenis ontving, dat hij „kundig was in zaken der waarheid", was 'd© held uit den Geuzentijd.

Natuurhjk hoorden we, net als in de geschiedenis van een Nederlandsche gereformeerde kerk, ook van Piëtisme en Rationalisme. Interessant te vernemen was, hoe de handvaste theologie der dorschvlegels van de Moerser gemeentenaren het won van de tolerantie der synode, toen deze een predikant wenschte te handhaven, dien de gemeente om zijn verlichte denkbeelden niet langer duldde.

Bij dit onderdeel van het historisch© referaat : de uitoefening der kerkelijke tucht, maar dan in kerkelijk-geordenden weg, sloot zich de voordracht van den tweeden referent aan. Deze voordracht was getiteld : „De taak der ouderlingen en gemeente-vertegenwoordigers in een gereformeerde gemeente", en de referent was ouderling Dehnen uit Vörde. Broeder Dehnen is geen theoloog van beroep, hij is een boer uit de omgeving van Emmerik, maar in zijn voordracht gaf hij blijk van een helder oordeel, ook in godgeleerde aangelegenheden. Hij stamt dan ook uit een goed gereformeerd geslacht. Omtrent zijn vader, eveneens een boer, hoorden we, dat deze altijd om zes uur zijn gewone dagtaak als geëindigd beschouwd© om zich dan te wijden aan de studie van Schrift en belijdenis. Zijn zoon, de referent, behoort tot de groep der Jdng-Reformierten, die wij het best© kurmen vergelijken met de gerefo^rmeerden van Nederland. Gedurende den oorlogstijd had hij als soldaat meermalen de Nederlandsche godsdienstoefeningen te Wezel bijgewoond en later was hij in aanraking gekomen met een ouderling der gereformeerd© kerk van Arnhem (w© meene: n, dat het een zekere broeder Van Loo is geweest) aan wiens omgang hij veel had gehad.

Allemaal kleinigheden, zult ge zeggen. Ongetwijfeld, maar ook den dag der kleine dingen mogen we niet verachten. Door deze kleinigheden was de aandacht van Dehnen den Nederlandsch-gereformeerden kant uitgeleid, hetgeen in zijn referaat ook duidelijk te merken was aan de vele aanhalingen uit de Nederlandsche Geloofsbelijdenis en uit de in het Duitsch vertaalde werken van Dr A. Kuyper, over het wezen en de tucht der kerk.

Dit referaat willen we iets uitvoeriger meedeelen. Eerst werd gevraagd: Wat is een gereform©©rd© g©me©nte? Toen: Wat is h©t ouderlingen-ambt? En ten slotte: Wat is de taak van de ouderlingen? Een gereformeerde gemeente — aldus br. Dehnen — is een levende gemeente, die haar bestaansgrond vindt in de uitverkiezing Gods; zij is een belijdende gemeente, die niet alleen het oude eert, maar ook in het heden haar stem verheft; zij is een geregeerde gemeente, die niet staat onder menschelijke leiders, maar onder Christus, haar Koning, die haar kocht; zij is een vrije gemeente, 'die alleen in vrijheid tegenover den staat gezond kan blijven; en eindelijk is zij een hopende gemeente, die haar volmaking nog wacht.

Omtrent het ouderhngen-ambtt hoorden we opmerken, dat dit in Duitschland na de revolutiejaren 1789 en 1918 nieuwen opbloei had gekend. Wel eenigszins verdacht! Krachtens de leer der volkssouvereiniteit werd de Duitsche ouderling dan ook meer als vertegenwoordiger (Vertreter) dan als regeerder der gemeente beschouwd, en zijn ambt als een burgerlijk eere-ambt gezien.

363 Als voorwaarden voor het schriftuurlijke ouderlingenambt noemde de referent allereerst ©en levend geloof, in den zin van vraag 21 van 'den Heidelberger Catechismus, vervolgens bijzonder© geschiktheid, roeping en kennis van Schrift, belijdenis ea hedendaagschen tijd.

Tot de theologen van den Bond richtte hij' 'hier de vraag, of zij niet konden helpen aan een hanidboekje voor den ouderling!

Uitvoerig stond br. Ddhnen eindelijk stil bij de taak van den gerefoirmeerden ouderling. Onze ge^ meenten — zoo bekende hij — zijn niet meer dan een droevig overblijfsel, een nachthutje in den komkommerhof. Daarom heeft de gereformeerde ouderhng, evenals Nehemia op te bouwen en af te weren. Hij heeft de kudde te hoeden. Daarvoor is noodig:

1e. een fhnke organisatie van de plaatselijk© gemeenten, met bijv. lokalen, waar men elkander kan leeren kennen;

2e. een acht hebben op de leer, dat deze in overeenstemming met den Oatechismus is, terwijl op de volksscholen leerboeken met den Heidelberger en bijbels zonder platen moeten gebruikt;

3e. een acht hebben op de l©©raars. Kiest u geen leeraars, zoo wekte br. Dehnen op, die meen nen dat de waarheid nog moet worden uitgevonden of dat onkruid nog een soort van tarwe ïs;

4e. een acht hebben op den vorm van den eeredienst, opdat het blijv© een aanbidding in geest en waarheid en de liturgische roes buiten de bedding onzer kerken bUjve;

5e. een acht hebben op de tucht, naar Calvgn, de levenszenuw van de kerk. Veronachtzamen van de tucht beteekent inzinking der gemeente. Waar God niet wordt geheiligd, wordt de Heilige Geest bedroefd;

6e. een acht hebben op al hetgeen Christus ons gebod©n heeft. Zoo dient met nam© het algemeen© priesterschap der geloovigen, in eere gehouden, en de gemeenschap binnen de gemeente tot haar recht te komen. (Dit t^enover de Duitsche Gemeenschaps-beweging, waar men het hart uit de kerk verlegt naar de gemeenschap.)

Nog allerlei practische punten werden genoemd, waaraan de ouderling zijn aandacht te besteden had: zoo o.a. aan de school, opdat de verhouding van kerk en school werd opgehelderd, waartoe het streven der evangelische schoolvereenigingen diende gesteund.

Broeder Dehnen besloot zijn ernstige, maar wel wat overvolle voordracht met de woorden: „Wanneer wij alles gedaan hebben, zijn we nog slechts onnutte dienstknechten. Niet ons, maar Uwen Naam g©©f eer!"

Zeer, zeer jammer was het, dat op deze 'rede, waarvan Dr Mensing opmerkte, dat sommigen haar misschien een harde rede hadden gevonden, in het geheel geen discussie volgde. Voor een deel was dit aan den referent zelven te wijten, omdat hij te uitvoerig was geweest, maar toch had o.i. het moderamen naderhand nog gelegenheid voor gedachtenwisseling moeten geven, zooals dat ook met het referaat van Peter Barth het geval was..

Dan zou ook zijn gebleken in hoeverre de gedachten van br. Dehnen en van de Jong-gereformeerden weerklank hadden gevonden bij de vergadering. Nu bleek dat niet!

Het feit echter, dat zulk een forsch en zuiver geluid werd gegeven en dat het moderamen van den Bond een referent uit den Jong-gereformeerden kring had gekozen, mag o.i. hoopvol worden genoemd.

De gedachten van br. Dehnen werken door en tot een Aussprache zal het na korter of langer tijd wel komen. Moge de toepassing er dan ook op volgen.

F. DRESSELHUIS.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 september 1932

De Reformatie | 4 Pagina's

Vergadering van den Retormlerte Bund voor Duitschland.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 september 1932

De Reformatie | 4 Pagina's