Denkt dus het

Denkt dus het volk des Heeren in deze landen: „Deze Vrije Universiteit is nu ons Babyion, dat wij gebouwd hebben, wij nu voor den Naam des Heeren overgehad; en daarmee sullen we nu onsen schoen op Edom werpen! — dan sal de Heere onze God er in blazen, en Satan sol verlof van den Heere der heirscharen krijgen, om te vernielen en te verdoen.

Dan kan dit werk niet bestaan.

Dan komt er geen zegen over.

Maar ziet het volk daarentegen in, dat niet de wilde hoop daar buiten, maar juist de belijders den Heere het schrikkelijkst hebben vertoornd; dat er schuld ligt bij de lippen die vloekten, maar minstens evenzeer bij de lippen die lang gebeden hebben; dat het alleen de goedertierenheden des Heeren zijn, dat we niet vergingen; en dat het, o, zulk een onuitsprekelijke barmhartigheid zal zijn, als Hij, die God, dien we zoo telkens bedroefden, ons toch nog een levensteeken wil gunnen, en toch nog een opleven der hope onder ons schenke wil, dan ja, durven we van verlossing en geestelijke opwaking profeteeren.

Dr A. KUYPER,

De Heraut, No. 353, 2S Sept. 188^.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen