GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

UIT DE SCHRIFT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT DE SCHRIFT

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

En hebt hem een weinig minder gemaakt dan de engelen. (Een weinig minder hebt Gij hem gemaakt dan een goddelijk wezen. Vert. v. Noordtzij.) Psalm 8:6a.

De grootheid van den mensch naar zijn koninklijk ambt.

Groot en heerlijk spreekt de H. Schrift van den mensch in zijn koningsambt, maar zij laat er zich ondanks dat niet toe verleiden met h-eit koninklijk ambt afgoderij te bedrijven: zij verzet zich zelfs met kracht tegen alle beschouwingen, die dat wel doen. En die waren en zijn er maar al te veel.

Hoe werd bijv. in Egypte de koning vereerd? Men achtte hem als een godenzoon, men offerde voor hem als voor een god, een vorst in Egypte

heette gestorven aan zijn niensch-zijn en opgestaan tot zijn god^zijn.

Hoe werd ooli in Babel de koning verheerlijkt? Hij is een priester voor zijn volk, zit als een god op zijn troon, hem volgt ©en geheele lilolsitoet in zijn dood'.

En overal vinden wij die koningsmystiek. Men legt een knaap van 17 jaren (Nero) de woorden in den mond, dat liij uit alle stervelingen is aangewezen om op aarde de rol der goden te spelen, men eert den gezagsdrager als onfeilbaar, en in het nationaal-socialisme ontziet men zich niet om openlijk te getuigen: zooals de R.-Katholieke Christen overtuigd is, dat de Paus in alle religieuze en zedelijke dingen onfeilbaar is, zoo verklaren wij, Nationaal-socialisten, met dezelfde innerlijkste overtuiging, dat de Leider in alle politieke en andere dingen, die samenhangen met het nationale en sociale leven, volkomen onfeilbaar is. (Goring.)

Dat is het dwepen met den gezagsdrager, het hem eeren als ware hij God.

En dat doet men niet alleen met het bijzondere koningsambt, men doet het ook met het algemeene koninklijke ambt. Wat heeft men bijv. niet heel veel verwacht van de techniek, die de aarde zoozeer aan den mensch zou onderwerpen, dat alle levensramp uitgesloten zou worden en in vreugde en blijdschap de mensch zou wonen in het-dooreigen-arbeid-verkregen-Paradijs.

Als Israël den koning bovenmate had willen vereeren, dan had het daartoe in David alle reden gehad. Wat is David een groot koning geweest! Wat had Isiraël veel aan hem te dianken! Hij heeft bet bevrijid van do FiUstijnsche suzereiniteit, heeft zijn grenzen wijd uitgezet, heeft orde gebracht in de hinnenlandsche toestanden en maakte Israels naam vermaard lot aan de einden der aai'de. Maar nergens blijkt ons in de H. Schrift iets van veirgoddelijking. De profeten Nathan en Gad zeggen ook David zijn zonden aan, de geschriften, die over Da\'id handelen, doen ook mededeeling van zijn ongerechtigheden, ja, als er maar iets openbaar wordt in het hart van David om koning te zijn als de koningen der omringende volken, komt de HEERE reeds tusschenbeide met Zijn oordeel (2 Sam. 24).

En doet de Schrift niet aan koningsmystiek bij het bijzondere ambt, ze doet het ook niet in het algemeene ambt. David erkent in Ps. 8 de grootheid van het koninklijk ambt, en spreekt van den mensch zelf als van een, die in dat opzicht weinig minder is dan God, maar liij overschat het niet, hij eindigt niet in verheerlijking van de koninklijke taak des menschen, de lof op die grootheid staat in een psalm, die begint en eindigt 'met de woorden: o, HEERE, onze Heere, hoe heerüjk is Uw naam op de gansclie aarde!

David eindigt niet in menschenaanbidding; hij aanvaardt de grootheid van den mensch en doet er niets afj maar hij voegt er ooJv niets aan toe, hij doet niets aan koningsmystiek.

Hoe komt dat? Omdat David uitgaat van God. Hij weet, dat God alleen groot is, en als de mensch groot is, de kleinei, 'zwakke, broze mensch — zoo spreekt hij toch van den mensch in vers 5 — dan is hij dat alleen door de goedheid Gods, die dezen brozen mensch zoo hoog gesteld hoefL God heeft aan dien mensch gedacht. God heeft naar dien mensch omgezien, het is alleeji maar door de genadige beschikking des Heeren, en daarom: David kan alleen maar den HEERE prijzen: o, HEERE, onze Ileere, hoe heerlijk is Uw naam op de gansche aarde!

Laten wij die grooite goedheid Gods zien, en laten wij Hem loven, zooals Davdd het gedaan heeft. Gods goedheid moeten wij prijzend erkennen, die den mensch zoO' hoog heeft gesteld en zelfs na den zondeval mag de mensch doorgaan, alle dingen aan zich te onderwerpen. Dit moet niet ons verschil met dte wereld zijn, dat de wereld die onderwerping aanvaardt en dat de gemeente die onderwerping afwijst — dit zij het verschil, dat, als de wereld den mensch prijst eai in die onderwerping te onafhankelijker wil worden van hoogere machten, de gemeenije Hem prijst, Wiens Naam geweldig is over de gansche aarde, en die in Zijn goedheid den mensch zooveel toestaat. Hem alleen zij de eere voor deze werldng van hel koninldijlce ambt in deze gevallen wereld. En Hem zij bovenal de eere, waar Hij in Zijn genade door den Heere Jezus 't koninklijk ambt herstelt en ons leert hunkeren naar de beideeling, dat het volkomen zal werken, ongestoord en ongeremd. Wij weten, dat Zijn lieerlijkheid komt, en die heerlijkheid zal oolc onze heerlijkheid zijn, waar wij oveir alle dingen met Hem zullen regeeren. En dit zal onze blijdschap zijn. Hem alleen daarvoor te loven.

„En wierpen Inmne kronen vooir den troon, zeggende: Gij Heere, zijt waardig te ontvangen de heerlijkheid, en de eer, en de kracht; want Gij hebt alle dingen geschapen, en door Uwen wil zijn zij, en zijn zij geschapen." (Op. 4:11.)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 oktober 1937

De Reformatie | 8 Pagina's

UIT DE SCHRIFT

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 oktober 1937

De Reformatie | 8 Pagina's