GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

STEMMEN UIT ONZE KERKEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

STEMMEN UIT ONZE KERKEN

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zeer geachte Prof. Schilder,

Dinsdag 1 Oct. j.l. sprak hier Dr P. Prins van Groningen over de kerkelijke moeilijkheden, In zijn betoog heeft hij getracht duidelijk te maken hoe lankmoedig de Synode van '43 toch is geweest en hoe recalcitrant prof. Schilder wel was. Ter illustratie moest dienen de onthulling dat U tijdens uw verblijf in Wassenaar ten huize van den heer Bos(ch? ) een deputatie van de Synode hebt ontvangen onder leiding van Prof. Grosheide, die IJ gesmeekt heeft: „Man, bhjf er tooh in!"

Voorts - wist Dr Prins te vertellen dat de zin over het „houden voor wedergeboren" in de leerbeslissingen van 1942 opgenomen is juist omdat ze stond in UW rapport, zoodat toch zeker verwacht mocht worden dat tegen deze zinsnede geen bezwaar zou worden gemaakt, allerminst door U.

Zooals gewoonlijk werd ook hier geen gelegenheid gegeven tot dupliek, zoodat de menschen naar huis moesten met den Indruk dat de Synode het alleruiterste heeft beproefd om toch K. S. maar te behouden, maar dat K. S. niet anders heeft gewild en heeft aangestuurd op een conflict.

Waar het mij geweigerd werd deze dingen recht te zetten zou U er misschien in de Reformatie nog eens weer een enkel Woord aan kunnen wijden, temeer omdat Dr Prins nog al eens uit spreken gaat en deze verhaaltjes ook op andere plaatsen wel gebruiken zal.

Met alle hoogachting gaarne de Uwe

C. C. BOS.

ANTWOORD. Ook dr Prins vertelt onwaarheden. Wat de samenspreking in Wassenaar betreft: dr Grosheide heeft daar heelemaal niet „gesmeekt", maar aUeen gevraagd, of ik wat ik geschreven had, soms wilde terugnemen, en voorts verzekerd, dat Ik de formule van 1942 best als bindend kon ^anvaarden, en zoo meer. Ze was immers Gods Woord ? (Tegenwoordig mag ook dr Prins dat Gods- Woord tegenspreken). Verder heeft dr Polman nog wat beweerd, waarover ik reeds herhaaldelijk in het openbaar het mijne gezegd heb. Waarom haait dr Prms met aan wat ik schreef? Misschien niet eens gelezen? Voorts: ik schreef èn aan de „synode", èn aan de kerken: van dat onderhoud in Wassenaar geven de heeren een voorstelling van zaken, welke voorstelling ik als onwaar afvrijs. Toen schreef de „synode": laten we nog eens praten, dan kunnen we het daarover hebben. Ik antwoordde: best, kom maar in Den Haag. Gebeurd. Dr Grosheide weer present. Maar de heeren hebben geen woord gekikt over die kwestie. Hoewel het als punt voor bespreking stond aangegeven m de officieele, door de .synode goedgekeurde, -'maar in de Acta toch maar weggelaten, brieven van het moderaraen. Ia het wonder, dat TVij zeggen: nu maar eens zwart op wit? En dat men ginds daar maar niet aan wil ? Dr Prins kan gemakkelijker met praatjes, dan met argumenten werken.

Wat voorts de nonsens van dr Prins over het

houden voor wedergeboren betreft, dat in „mijn" rapport zo\i staan: de controle is b i e r al heel makkelijk. De synode heeft MIJN i-apport (met dat van prof. Volleniiove) natuurlijk niet gepubliceerd. Ik heb het dadelijk na de bevrijding wèl gedaan. N.l. in „De Reformatie". Laat dr Prins dat nog maar eens nakijken; als hij daarin vindt, wat hij zegt. dat er heuschelijk in staat, mag hij me de plaats aanwijzen; ik beloof hem dat ik het met vette letters zal opnemen in De Reformatie. Misschien bedoelt dr Prins iets anders, n.l. een looze-kalk-argument van dr J. Ridderbos. Maar daar heb ik al op geantwoord in „Looze Kalk"; waarom citeert dr Prins dat niet?

Slot: al was i k honderd maal zoo dv/aas en wat u verder wilt als dr Prins wil: zijn al die andere g e s c h o r s t e n soms ook al zoo dwaas? Heeft prof. Greijdanus soms mijn fouten? Of ds v. Dijk, dien men wegstuurde? Of al die ouderlingen, wier schorsing- men nog goedpraat, ik bedoel de Groningsehe? Of die candidaten? Wat voor een argumentatie! Quo usque tandem? Hoe lang nog zal men God verzoeken en de kerk misleiden door het gesprek te verleggen VAN de officieele stukken NAAR oncontroleerbare praatjes ? Dr Prins wete, dat zulk geargumenteer alleen maar de innerlijke voosheid van zijn synodaal

gedoe verraadt.

K. S.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 november 1946

De Reformatie | 8 Pagina's

STEMMEN UIT ONZE KERKEN

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 november 1946

De Reformatie | 8 Pagina's