Oholiba
Dr H. N. Ridderbos heeft, men herinnert het zich, ons verbaasd door zijn uitdrukkelijke loochening van de identiteit van „hoer" en „stad" uit Openb. 17. Wij wezen hem dadelijk op het feit, dat Charles herinnert aan OhoUba; het mocht niet helpen. Thans zij nog herinnerd aan Charles (I, Ixxiv), waar gezegd wordt, dat Openb. 17 : 16 (de hoer haten, eenzaam maken, en naakt) direct op het hebr. van Ezech. 23 : 29 gebaseerd is. En daar is weer die onheilige coalitie, die tenslotte uitloopt op een zichzelf verteren. Het is daar Jeruzalem, dat onder het oordeel komt. En het had „minnaars". Maar tusschen de minnaars van de wereldmacht (o.a. de zonen van Babel) en deze „hoer'' (Jeruzalem-Oholiba) is een gespaimen verhouding: e zullen elkaar haten. En dan komt er weer het verhaal van dooden en verbranden, neersabelen en verbranden, VS 25.
We laten het aan dr R. over te vragen: hoe kèn dat nu? Doch herhalen wat we dadelijk tegen hem schreven, om hem, nadat hij van drift tegen B. H. gestruikeld was, weer op de been te helpen met een oproep tot wat bedachtzaamheid.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 26 augustus 1950
De Reformatie | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 26 augustus 1950
De Reformatie | 8 Pagina's