GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1953 - pagina 95

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1953 - pagina 95

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Heerlijk ver gebracht? Men kan over onze Universiteit verschillende gedachten hebben. Al naar dit het geval is, zal men er ook in uiteenlopenden toonaard over spreken. En het kan niet anders, of dit zal eveneens van invloed zijn op de wijze, waarop men in zijn spreken met God, in het gebed dus, er zich over uitlaat. Het zou zeer interessant zijn, wanneer wij van die verschillende gedachten, zoals zij op een bepaald moment onder ons leven, eens een nauwkeurig beeld konden krijgen. Materiaal daarover is niet onder mijn bereik. Het lijkt mij trouwens niet gemakkelijk, in dit opzicht betrouwbare en volledige gegevens te verkrijgen. Ik denk er dan ook niet aan, een schets te ontwerpen van wat er onder ons leeft aan gedachten over de Vrije Universiteit en van wat er zo al tot God en mensen gezegd wordt over haar prestaties en idealen. Slechts over één manier van denken en spreken zou ik thans een enkele opmerking willen maken. Of die manier van denken en spreken in werkelijkheid veel wordt aangetroffen, weet ik niet eens. Sommige verschijnselen wekken soms wel het vermoeden, dat zij zich hier en daar laat gelden. Hoe het zijn moge, het is in elk geval bij de huidige gesteldheid, waarin onze Universiteit verkeert, heel aannemelijk, dat zij onwillekeurig zich haast aan een ieder onzer opdringt. Vooral in onbewaakte ogenblikken, die in een mensenleven niet zo weinig zijn, hebben wij een neiging om te gaan in den weg van het denken en spreken, waarop door mij hier gedoeld wordt. Wanneer wij letten op den uitbouw van de Universiteit en wij haar groei en bloei gadeslaan, vat haast voordat wij er ons rekenschap van hebben gegeven, het gevoelen bij ons post, dat wij het toch heerlijk ver hebben gebracht. Die Universiteit wordt langzamerhand een macht, die in ons land er wezen mag en ook in de verdere wijde wereld iets ic betekenen heeft! Er moeten stellig nog een paar flinke stootjes bijkomen. Maar als dit ook gebeurd is, en er behoeft geen twijfel aan te zijn dat het gebeuren gaat, dan zullen wij er zijn! In dien trant gaan wij gemakkelijk denken. En ons spreken over de Universiteit bij de propaganda wordt er door beïnvloed. Ook tot in het gebed toe klinkt het door. Van deze Universiteit mag voor de wereld wat worden verwacht. Wat er aan andere Universiteiten wordt overlegd en nagestreefd, het kan niet halen bij wat hier tot stand gebracht en gepretendeerd wordt. Hoe vergissen wij ons! Welk een gevaarlijke weg dreigen wij te betreden! Het is goed, oog te hebben voor wat wij met de Universiteit mochten bereiken. Wanneer wij er op letten, hoe zij in den loop der jaren is uitgegroeid en nog maar aldoor voortgaat sterker te worden in vermogen, moeten wij ons verbazen, dankbaar voor den eegen dien het God beüefde in en door haar te geven.

Het is goed ook, onze roeping te verstaan nu met het bouwen onvermoeid voort te gaan. Wie zou kunnen rusten, die iets heeft mogen zien van de kostelijke taak, die het God beliefd heeft mede op onze schouders te leggen ? Maar weg met de gedachte, dat wij het heerlijk ver zouden hebben gebracht! In den grond der zaak is het een schamel iets; wat wij er van terecht gebracht hebben. En wij moeten ons maar niet verbeelden, dat het ons gelukken gaat met haar veel in de wereld teweeg te brengen. Wanneer wij in dezen trant leren denken over onze Universiteit, gaan wij over haar spreken met minder zelfverzekerdheid. Het is slechts met zekere aarzeling, dat wij het wagen met haar als ons onderwerp voor de dag te treden. Wat echter sterker en dieper toon bij ons krijgt, dat is het spreken tot Hem, Die in den hemel woont.Dan leeft bij ons persoonlijk de innige behoefte om God aan te roepen. Die het ons moet doen gelukken. Dan wordt het ook verstaan, in het openbaar gebed van de gemeente de zaak van de Universiteit telkens weer, en meer dan het in den laatsten tijd schijnt te gebeuren, voor den troon der genade neer te leggen. Wat zou er van onze Universiteit worden, indien niet de gerechtigheid van Christus haar schamelheid bedekt en indien niet God haar genadig is en blijft. D.N.

V.U.'Kroniek De t w e e d e g e n e r a t i e Aan de nagedachtenis van Prof. Diepenhorst zijn in toespraken en herdenkingsartikelen vele goede woorden gewijd. Het is hier de plaats niet om daar iets aan toe te voegen over de betekenis en de verdiensten van deze markante figuur. Maar wel mag in verband met zijn overlijden aan iets anders worden herinnerd. Wie op de liefelijke herfstdag van 9 October getuigen waren van de sobere en treffende plechtigheid op het Eper kerkhof werden er opnieuw bij bepaald, dat de rijen aan het dunnen zijn van een generatie, die in het universitaire leven een zeer belangrijke taak heeft vervuld. Het zijn de mannen, die van hun jeugd af aan met de V.U. zijn opgegroeid, de leerlingen en later de collega's van de eerste hoogleraren, en op hun beurt de leermeesters van een derde en vierde geslacht. Zo vormen zij de levende verbindingsschakel tussen een verleden, dat steeds verder terugwijkt, en het heden. Verscheidene van hen, thans de 70 al korter of langer tijd gepasseerd, werken nog altijd voort op een wijze, die menig jongere jaloers kan maken. Zij hebben recht op de eerbied en de dankbaarheid van allen, die na hen kwamen en nog dagelijks profiteren van hun onverdroten arbeid'. ''395

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1953

VU-Blad | 104 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1953 - pagina 95

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1953

VU-Blad | 104 Pagina's