GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 176

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 176

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In haar geboortejaar (1948) kreeg de thans jubilerende economische faculteit van de toenmalige rectormagnificus prof. mr. P. A. Diepenhorst de volgende opdracht mee: 'Tegenover de opvatting die de wetenschap der economie bouwt op de uit het welvaartstekort geboren natuurkracht van het economisch motief en dit motief isoleert van ethische factoren, heeft zij te stellen haar wetenschapsbeoefening, die ook de economische overleggingen bindt aan Gods Woord.' Vrees dat de toen benoemde hoogleraren Sneller, Van Muiswinkel en Zijlstra dit zouden opvatten als een wenk om het ontwerp te leveren voor een nieuw jubeljaar (Lev. 25) of van een christelijk communisme (Hand. 4) bleek - indien al gewekt - ongegrond. Weinig bedreigend voor het heersende economische stelsel klonk het vervolg in de rectorale rede van 1948. 'Het practische leven roept om degelijke wetenschappelijk geschoolde economen. Departementale bureaux en administratieve instanties zoeken hen en vooral in het bedrijfsleven openbaart zich de sterke neiging om op economische krachten beslag te leggen. Banken en fabrieken, organisaties van ondernemers en arbeiders, die vroeger zich van de medewerking van juristen voorzagen, trachten al meer en al sterker oud-leerlingen ener economische faculteit aan zich te verbinden. De vooruitzichten van het slagen in het vinden ener maatschappelijke betrekking werden voor de studenten in de economie nog verhoogd doordien hun diploma's sinds enkele jaren tot het geven van middelbaar onderwijs in de economie en enkele andere vakken kunnen bevoegd verklaren.' En bepaald geruststellend voor verdedigers van het westerse economische systeem klonk de uithaal, die in de rectorale rede van 1948 werd gepleegd tegen het 'opstandige communistische manifest' een eeuw eerder door Marx uitgegeven. Dit was, aldus prof. Diepenhorst (P.A.) 'voor onze Universiteit geen aanleiding tot feestelijke herdenking'. Wat prof. Diepenhorst dan in 1948 wel precies voor de geest heeft gezweefd, toen hij de te starten economische faculteit maande economische overleggingen te binden aan Gods Woord, werd uit zijn rede verder niet duidelijk. Helderder, en meer in de lijn van het anti-kapitalisme van de Bijbel (zie het hoofdstuk Communisme in de Chr. Encyclopaedie van prof. G. Kuypers), drukte Abraham Kuyper zich uit, toen hij in zijn openingsrede van de Vrije Universiteit in 1880 stelde dat 'reeds buiten de wetenschap om, de Christelijke consciëntie én tegen de heersende staathuishoudkunde, én tegen de in zwang zijnde handelscostumen, én tegen het roofdierachtige der sociale verhoudingen in verzet komt.' O.a. daarom diende de Vrije Universiteit te worden gesticht. De VU was voor hem de wetenschappelijke 'aangording' van een politiek-sociaal-religieuze richting en verwijten vanuit de Eerste Kamer als 'De wetenschap wordt verlaagd tot nederige dienstmaagd der politieke partij' legde hij naast zich neer. Fel keerde hij zich tegen 'de alleenheerschappij der financieel en intellectueel bevoorrechte klasse', 'de vrienden van allerlei machtige maatschappijen, en de patroons van eerste handelshuizen en de miljonairs van de haute finance'. 18

'Van den Christus raakt onze maatschappij los; voor den Mammon ligt ze in het stof gebogen; en door den rustelozen prikkel van het brutaalst egoïsme, waggelen, gelijk de Psalmist klagen zou, de fundamenten der aarde,' aldus schetste hij in 1891 het economisch leven tijdens de industriële revolutie.' Of de 'politiek-sociaal-religieuze richting' waarvan Kuyper sprak, tot een eensgezinde afwijzing kwam van de kapitalistische economische orde van die dagen, moet worden betwijfeld (zie VU-magazine apil '72: De Standaard en Het Kapitaal), maar hij had zoveel kleine luyden weten te mobiliseren, die zich aangesproken voelden door zijn Bijbelse verwerping van de maatschappij, dat zijn stem domineerde in de politieke beweging van de protestantse orthodoxie. In ieder geval hebben kritici van het kapitalistische economische stelsel de oudste papieren aan de Vrije Universiteit om mee te zwaaien, wanneer zij de thans 25-jarige economische faculteit willen aanporren tot fundamentele kritiek op een economische orde, waarin meer armen en hongerigen zijn dan ooit. Is het wel 'wetenschappelijk' om - als Kuyper - een bestaande economische orde te verwerpen en dit zelfs te willen opleggen aan een Universiteit? Bij de start van de Economische Faculteit maakte in zijn inaugurele rede prof. dr. Jelle Zijlstra op 28 oktober 1948 een aantal opmerkingen over Economische wetenschap en levens- en wereldbeschouwing, die na een kwarteeuw het herdrukken waard zijn, al was het alleen maar om na te gaan wat terecht gebracht is van de opdracht, die daarin gelegen was. Prof. Zijlstra eindigde z'n rede als volgt: 'Gaarne had ik deze middag tot U willen spreken over het onderwerp: Economische wetenschap en levens- en wereldbeschouwing. Dit is mij nu nog niet mogelijk, staande eigenlijk nog slechts aan het begin van mijn werkelijke studie; want deze samenhang mag niet aprioristisch worden geconstrueerd. Toch wil ik nu reeds enkele opmerkingen maken over de bedoelde samenhang, daarbij aanknopend bij het probleem van de economische orde. De economische orde is n.l. naar mijn mening één van de belangrijkste poorten, waardoor levens- en wereldbeschouwing binnendringen in de economische wetenschap. De economische wetenschap wordt dikwijls verdeeld in een drietal onderdelen, t.w. de theoretische economie, de leer van de economische orde en de leer van de economische politiek. T.a.v. het laatste onderdeel is in dezen meningsverschil mogelijk, doch dit is grotendeels een kwestie van woorden. In het voorafgaande is wel gebleken welk een nauwe samenhang er tussen deze drie onderdelen bestaat, ledere vorm van economische politiek moet afgestemd zijn op de economische orde, waarin deze politiek plaats vindt, op straffe van het verbreken van de bestaande economische orde. Of - en in hoeverre - dit het geval is, leert ons de economische theorie. Om tf weten, welke van onze theorieën actueel zijn, moeten wij de bestaande economische orde hebben geanalyseerd. Om een voorbeeld te geven, stel U voor, dat het gewenst geacht wordt een politiek tot stabilisatie van het prijsniveau te voeren, terwijl het bestaande geldsysteem wordt gevormd door de gouden standaard. (Dit laatste is dus een element van de

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 176

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's