GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 162

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 162

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

werd bevestigd dat door de Amrobank deelgenomen is aan internationale leningen aan Zuid-Afrika, respectievelijk ZuidAfrikaanse bedrijven. 'Wij begrijpen uit uw brief dat u reeds kennis heeft genomen van ons standpunt dat onze kredietbeslissingen en het kredietbeleid door zakelijke overwegingen worden bepaald; bij de beoordeling van een bepaald land als beleggingsgebied of debiteur zullen zeker ook de zakelijke aspecten van politieke vooruitzichten in de overwegingen worden betrokken; van de bank zult u echter geen waardeoordeel mogen verwachten over het politieke stelsel van een bepaald beleggingsgebied. In een democratisch geregeerd land is het naar onze mening alleen aan de overheid een dergelijk oordeel te formuleren en daarop gedragsregels te baseren die de burgers dwingen bepaalde zaken te doen of te laten. Dit betekent niet dat wij ons aan de morele verantwoordelijkheid van ons handelen willen onttrekken. Wel menen wij dat het bij het ontbreken van wettelijke voorschriften niet juist is dat in een wettig geregeerd land een onderneming met de commercie politieke doeleinden nastreeft.' Prof. Blok (teleurgesteld) reageerde dat in het geheel niet op de problematiek werd ingegaan en dat het antwoord hem 'onbegrijpelijke' passages bevatte. 'Ten eerste heb ik zelf al in mijn brief gesteld, dat ik niet verwacht dat een bank zich met de aard van politieke systemen inlaat, doch dat het in Zuid-Afrika niet gaat om het politieke systeem (formeel een parlementaire democratie), doch om fascistische onderdrukking van een ander ras. Hierop gaat u in het geheel niet in. Moet ik hieruit opmaken, dat u ook zonder bezwaar Hitler-Duitsland financieel gesteund zoudt hebben? Ik kan het nauwelijks geloven. Ten tweede aanvaard ik uw argument niet, dat de overheid van ons land u bij de 'Wet zou moeten dwingen. De overheid is veel meer beperkt in haar mogelijkheden dan een persoon of instelling. De regering heeft bovendien haar mening over de apartheidspolitiek duidelijk uitgesproken. Ik vind het treurig dat een grote instelling als de Amrobank ervan uitgaat, dat alles geoorloofd is zolang er geen Wet tegen gemaakt is. Hiermee onttrekt u zich aan alle morele verantwoordelijkheid. Ten derde begrijp ik niet, wat u bedoelt met de zinsnede: 'Dit betekent niet, dat wij ons aan de morele verantwoordelijkheid van ons handelen willen onttrekken'. Bedoelt u hiermee werkelijk, dat u de 4

morele verantwoordelijkheid voor uw steun aan de onderdrukking van het zwarte ras voor uw rekening neemt? Of heeft deze zin een andere betekenis, die mij ontgaat?' Daarop werd door de Amrobank geantwoord, dat men duidelijkheidshalve nog eens wilde stellen dat van de bank geen uitspraken verwacht mogen worden over een door een bepaald land, in dit geval Zuid-Afrika, gevoerde politiek. 'Wij hebben reeds eerder bekend gemaakt dat het o.i. niet op de weg van de leiding van een onderneming ligt zich terzake uit te spreken en maatregelen te nemen; het zou in gevallen waarin de overheid tot het treffen van maatregelen en het weigeren van medewerking aan zakelijke transacties geen of onvoldoende reden aanwezig acht, naar onze mening onjuist zou zijn wanneer de leiding van een onderneming persoonlijke opvattingen terzake zou laten prevaleren boven een zakelijke beoordeling. De onderneming dient zich o.i. te bewegen binnen de ruimte die de bevoegde overheid hem door middel van haar wetgeving en daarop steunende besluiten heeft gelaten; dit betekent bepaald niet dat wij ervan uitgaan dat alles zonder meer geoorloofd is zolang er geen wet tegen is gemaakt. Wat onze morele verantwoordelijkheid betreft zijn wij met name van mening dat in Zuid-Afrika gevestigde ondernemingen naar hun vermogen in overeenstemming met de plaatselijke omstandigheden moeten streven naar goede arbeidsverhoudingen en i.e. naar gelijkberechtiging van alle werknemers.' Het had weinig zin, dacht prof. Blok, de correspondentie voort te zetten. In z'n laatste brief, waarin hij aankondigde een andere bank te hebben gekozen, omdat via de Amrobank zijn geld bij Zuidafrikaanse bedrijven kan terechtkomen, liet hij o.a. weten: 'Ik verwachtte uiteraard niet, dat u op grond van de mening van één cliënt uw beleid zoudt veranderen. Ik verwachte wèl dat ik bij het bestuur van een grote onderneming zou kunnen rekenen op een goed gefundeerde visie en op het vermogen zo'n visie duidelijk onder woorden te brengen. In dit laatste ben ik erg teleurgesteld.'

Carpe Dentem

lustrum rond rottend gebït Vorige maand vierde de fakulteitsvereniging VU tandheelkunde (Favervuta) haar eerste lustrum. De veelkleurige feestelijkheden die aan dit jubileum waren verbonden en die werden gevoerd onder het motto 'Carpe Dentem' (pluk de tand), blijven onbesproken want het is niet leuk te lezen over andermans pret, zonder de mogelijkheid te hebben daarin te delen. Het programma omvatte onder meer een reeks korte lezingen; drs. G. J. Sollewijn Gelpke, hoofdmedewerker preventieve en sociale tandheelkunde, was daarbij een van de woordvoerders. Zijn onderwerp, 'De toepasbaarheid van kinder-tandverzorgsters', had betrekking op het experiment waarbij het opleiden van en het werken met kindertandverzorgsters aan de VU werd gestart (zie VU-magazine van juli/augustus 1972). In zijn lezing gaf de heer Sollewijn Gelpke de volgende cijfers over de patiënten van de tandarts en hun klachten: 'Een geschat aantal is 10.000 pijnlijders per dag. Dit leidde tot enorme hoeveelheden extracties (trekken van tand of kies), die op hun beurt weer leiden naar een snelle tandheelkundige begrafenis van het eigen gebit. Per jaar worden niet minder dan 3.500.000 extracties en 150.000 prothesen (kunstgebitten) gemaakt. In ons land is zo langzamerhand i/4 deel van de bevolking prothese-drager'. De heer Sollewijn voerde een pleidooi voor een 'sluitend systeem van tandheelKindertandverzorgsters in de bus aan het werk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 162

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's