GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 289

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 289

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zal het de chinezen lukken wat anderen niet gelukt is? door Jaques de Winter

Vele jaren geleden, in 1938, publiceerde de Amerikaanse historicus Crane Brinton zijn klassiek geworden studie The Anatomy of Revolution. In dit werk, dat enkele decennia lang het Westerse denken over revoluties diepgaand heeft beïnvloed, stelt Brinton de vraag aan de orde of 'grote' revoluties zich niet volgens een bepaald uniform patroon voltrekken. Na een grondig onderzoek van een viertal van dergelijke revoluties - de Puriteinse opstand in het Engeland van de zeventiende eeuw, de Amerikaanse omwenteling van de achttiende eeuw, alsmede de Franse en Russische revoluties - beantwoordt hij deze vraag bevestigend: In revoluties is een zekere over-

Wie, zoals de schrijver van dit artikel, de vrij zeldzame kans heeft gehad om een bezoek aan de Volksrepubliek China te brengen, kan niet anders dan onder de indruk zijn van het opmerkelijke maatschappelijke experiment dat daar ondernomen wordt. Hier wordt een grootscheepse poging gedaan om een nieuwe maatschappij en een nieuwe mens te scheppen, ondanks het feit dat soortgelijke pogingen elders eclatante mislukkingen zijn geworden. Zal de Chinezen lukken wat anderen niet gelukt is? Deze vraag staat centraal in dit artikel, dat als volgt is opgebouwd. Na een betrekkelijk uitvoerige inleiding waarin het probleem gesteld wordt, volgt een korte schets van de ontwikkelingsgang van de Chinese revolutie. Vervolgens wordt ingegaan op een belangrijke tegenstelling binnen het Chinese communisme, waarna de maoïstische strategie te voorkoming van verstarring van de revolutie aan de orde komt. Besloten wordt met enkele opmerkingen over de vooruitzichten van het Chinese experiment.

De beide auteurs, links Jaques de Winter en Peter Idenburg (rechts) op bezoel< bij een gezin in de volkscommune van Fuslian

eenkomst regelmatig van vier elkaar opvolgende fasen te herkennen. De eerste fase, die Brinton onderscheidt, is die van het gezagsverlies van het ancien régime, waarin een revolutionaire situatie ontstaat ten gevolge van onder meer verscherping van klassetegenstellingen, psychische onzekerheid en politieke onbekwaamheid van de heersende klasse, vervreemding van de intelligentsia en chronische financiële tekorten van de overheid bij een overigens groeiende economie. Met de val van het ancien régime begint de tweede fase, namelijk die van de heerschappij der gematigden. Dezen blijken echter niet opgewassen te zijn tegen de enorme problemen waarmee zij gekonfronteerd worden. Al spoedig nemen zelfbewuste en agressieve extremisten de macht over, waarmee de derde fase zijn intrede doet. Kenmerkend voor deze fase is de poging der extremisten een régime van 'voorbeeldige deugdzaamheid' te vestigen, een poging echter die uitloopt op een grootscheepse terreur. Deze kan om psychologische redenen nooit lang duren. Onvermijdelijk volgt de contra-revolutie, een reactie die Brinton aanduidt met 'Thermidor', een term ontleend aan de val van Robespierre op 27 juli 1794, de negende Thermidor volgens de revolutionaire kalender. Deze vierde fase volgt

even natuurlijk op de extremistische derde fase als de eb na de vloed, als de kalmte na de storm. Kenmerkend voor de Thermidor is de onderdrukking van de radicale revolutionairen, een amnestie voor de politieke gevangenen, de opkomst van een dictator en de geleidelijke vorming van een nieuwe heersende klasse. Brintons 'faseologie', zijn bewering dat de door hem bestudeerde revoluties een aantal fasen doorlopen, is een hypothese met een voorgeschiedenis. In de vorige eeuw namelijk had de historicus Jacob Burckhardt al een gedetailleerde beschrijving gegeven van de 'natuurlijke geschiedenis' van de revolutie, vanaf de eerste tekenen van onrust in een maatschappij, via een revolutionaire terreur uitmondend in een Thermidoriaanse reactie, naar de uiteindelijke restoratie van de oude maatschappij. Burckhardts schets van het verloop van revoluties vindt men in grote lijnen terug in het grootste deel van de moderne revolutieliteratuur, of het nu gaat om studies van de hand van sociologen als Sorokin en Pettee, van sociaal-psychologen als Le Bon en Hopper of historici als Brinton en Edwards. De meeste van deze schrijvers zien bovendien, net als Burckhardt, de revolutie als een ziekteproces. Zo vergelijkt Brinton het revolutionaire proces met een koortsaanval: deze begint met een infectie van de patiënt in de eerste fase, de ziekte manifesteert zich tijdens het bewind der gematigden, de crisis volgt in de derde extremistische fase en gaat vaak vergezeld van een 'delerium' (de 'terreur'), terwijl de laatste fase, 'Thermidor', het-herstel van de patiënt inluidt.

Ziekte De zojuist geschetste visie op het verloop van het revolutionaire proces is voor kritiek van verlerlei aard vatbaar. Zo kan men zich afvragen of het vergelijken van de revolutie met een ziekteproces geen uitvloeisel is van een al te negatieve zienswijze op revoluties, die blijkbaar beschouwd worden als pathologische en dus te veroordelen maatschap35

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 289

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's