GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 347

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 347

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

magazine

dit te verduidelijken. De bedoeling van deze poging is duidelijk: hoe kunnen er (betere) methoden ontwikkeld worden, die werkelijk effect kunnen sorteren voor de slachtoffers van onrechtvaardigheid? In een wat bredere context gesteld: Moeten we vanuit Nederland ons (voorlopig) 'beperken' tot druk 'achter de schermen' (via diplomatieke kanalen en andere persoonlijke kontakten met mensen, die er in Indone-

sië zélf wat aan kunnen doen; óf moeten we b.v. onze 'ontwikkelingshulp' koppelen aan bepaalde voorwaarden als vrijlating van politieke gevangenen? Voorzover ik de politieke ontwikkelingen hier probeer te peilen en te begrijpen, vrees ik dat de laatste methode alleen maar als de bekende rode lap op de stier zal werken. Althans: bij de huidige machtsverhoudingen in Indonesië. De spanningen zijn hier sinds begin van dit jaar (politiek-sociaal economisch) toegenomen. Oók de angst van de mensen: openlijk te protesteren, 't Is b.v. 'gevaarlijk' voor een Indonesiër openlijk op te komen voor de 'Universele Rechten van de Mens'. Een hoofdartikelschrijver in één van de kranten hier schreef onlangs: 'De westerse waarden (als o.a. de rechten van de mens) zijn in Indonesië maar niet te importeren als ware het coca-cola!' Wat veroorzaakt deze negatieve ontwikkeling? Analyse van de achtergronden hiervan valt buiten de grenzen van dit artikel. Bovendien: dit is door deskundigen in vele boeken en artikelen al gedaan, vanuit historisch perspectief tot op heden. Wel lijkt 't me (als niet-deskundige overigens) dat Indonesië in een nieuwe, gevaarlijke stroomversnelling is geraakt. Hoe lang zal 't nog duren voor 't tot een bloedige uitbarsting zal komen? Volgens mijn gevoelen (hopelijk al te pessimistisch) hoeft er niet zoveel te gebeuren of een katastrofe breekt los. Een alternatiefis er

vooralsnog echter niet. 't Leger is 'opermachtiger' dan ooit: hun 'arrogance of power' neemt toe en zal de hele maatschappij in een steeds sterker wordende wurggreep houden, tenzij... tenzij men er in slaagt fascistoïde tendenzen in het leger onder controle te houden. Om de Indonesische werkelijkheid te verstaan moet dat laatste er werkelijk expliciet aan worden toegevoegd. Daarmee bedoel ik niet terug te nemen dat de huidige ontwikkeling (aanvankelijk na de coup van '65 door velen over het algemeen als hoopvol gesignaleerd: b.v. de visieioi economische opbouw te komen) dreigt te verzanden in een star dogmatisch kapitalisme van de slechtste soort. Tot je verontrusting constateer je daarbij, dat ondanks 'officiële' economische groeicijfers, slechts een dunne 'elitaire' bovenlaag van de 'ontwikkeling' profiteert. Dat de corruptie pathologisch voortwoekert; dat bepaalde groepen - die de kans hebben - rücksichtloos zich rijkdommen verzamelen . . . in één generatie, die voor '10 generaties' méér dan voldoende zouden zijn e t c . . . . Maar heeft 'het Westen' moreel recht van spreken, zolang we tot op heden (collectief gesproken) ons minder zorgen maken over de vraag hoe wij aan onze welvaart komen en ons nog steeds meer opwinden over de vraag hoe onze ontwikkelingscenten worden uitgegeven? Tegen de achtergrond van deze vraag wil ik

dan toch maar proberen wat meer begrip te wekken voor de 'bovenmenselijke' taak waarvoor Indonesië zich geplaatst ziet. Dit dan in een paar vrij - wellicht al te willekeurige punten. 1. Er sijpelt van al die 'ingepompte' buitenlandse hulp wel terdege iets door naar 'beneden', 't Gaat naar onze westerse begrippen alleen veel te langzaam. Mensen die hier langer dan ik zitten, vertellen je dan ook dat er iets als 'vooruitgang' is. 2. Indonesië heeft als ontwikkelingsland ook nog feodale trekken, met een eigen sterk

hiërarchische denktrant. Het norm- en waardenstelsel daarmee gegeven, verschilt ingrijDe gesloten gemeenschapsvormen van de stamverbanden, met hun adat (gewoonterecht), met hun beveiliging en zekerheden (geborgenheden) zijn voor miljoenen op losse schroeven komen te staan. Het individualisatieproces is begonnen, pend van het 'westerse'. Hoe je 't ook keert of wendt: je kunt dit als 'westerling'niet vandaag op morgen veranderen. 3. Maar doorwerken blijft de houding: de gemeenschap denkt voor je. Wie ben jij als individu, dat je het tegen de gemeenschap (en daarbinnen geldende opvattingen) durft op te nemen? Je buigt dus als een 'rietstengel' met de opvattingen van de gemeenschap mee. Met innerlijke weerzin wellicht, maar je wacht dan tot 'morgen' het getij keert. Het is 'immoreel' tegen de geldende opvattingen in te gaan. M.a.w.: martelaarschap, de 'profetenrol' zijn hier geen maatschappelijke deugden. De 'gemeenschap' kan immers niet 'fout' zijn. Als de gemeenschap iets beslist, dan moet je je 'voegen': als individu neem je het daar niet tegen op: je bent immers slechts individu binnen die gemeenschap. Oók binnen de kerk werkt die 'feodale denktrant' na. Bijvoorbeeld in het 'zondebegrip'. Dit is vóór alles een ethische categorie, en veel minder (of nauwelijks) een religieuze categorie: 'Ik als persoon in geweten - verantwoordelijk tegenover God. 'Si Ie president Ie veut' d.i. als de regering het wil, dan moet ook jij 'willen'. Dit betekent inderdaad dat men zonder innerlijke overtuiging achter de nu geldende opvattingen lijkt aan te hobbelen. Met alle hypocrisie vandien. Ook de kerk als minoriteit waagt het, naar onze begrippen, nog veel te weinig om als 'geweten' van de staat te fungeren. 4. Indonesië zoekt z'n identiteit in de bekende staatsideologie: de zg. Panca Sila. Op grond daarvan wijst men enerzijds de communistische 'gemeenschapsopvatting' af (als inderdaad totalitair). Anderzijds ook een nihilistische, op hol geslagen vrijheidsopvatting van het 'westen', die de gemeenschap dreigt te ontwrichten. We kunnen daarmee instemmen. Wij moeten niet te veel willen uitgaan van een europees (westers) mensbeeld en dat automatisch (statisch) willen overplanten op Indonesische situaties. Je moet hier (dynamisch perceptieO van een ander mensbeeld willen uitgaan, dat nog volop in ontwikkeling is, met inderdaad bepaalde 'waarde-blindheden', die terwille van een menswaardige Indonesische toekomst veranderen moeten. Ik schroom als christen niet in dit verband het woord 'bekering' te gebruiken. Voor Indonesië valt niets te verwachten van een communistische dictatuur, noch van een rechtse militaire dictatuur. Maar evenmin van een 'leeggelopen' westers vrijheidsbegrip. Je kunt als westers christen alleen hopen dat je door aan te knopen bij 5

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 347

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's